Historie

Jonge faculteit met een rijke historie

De faculteit Geowetenschappen is ontstaan in 2003 uit een fusie van de faculteiten Aardwetenschappen en Ruimtelijke Wetenschappen. Maar belangstelling voor geowetenschappelijke onderwerpen bestond in Utrecht al veel langer. De beroemde meteoroloog Christophorus Buys Ballot gaf al in 1845 colleges geologie en mineralogie. Maar het officiële begin was in 1879, toen de Duitser Arthur Wichmann tot hoogleraar werd benoemd.

Rond 1900

Arthur Wichmann geldt als grondlegger van de aardwetenschappen aan de Universiteit Utrecht. Hij doceerde geologie en mineralogie. In 1907 behoorde hij tot de initiatiefnemers die voorstelden om ook een leerstoel fysische geografie in Utrecht op te richten. Die kwam er in 1908, samen met een leerstoel sociale geografie. In die tijd waren op de middelbare scholen veel leraren aardrijkskunde nodig. Daarnaast begon de vraag in de samenleving naar geologen en geografen sterk te groeien: oliemaatschappijen en mijnbouwbedrijven zochten geologen (typerend voor de rol die geologen en andere aardwetenschappers in die tijd vaak speelden). De Utrechtse opleidingen geologie, fysische en sociale geografie voorzagen in al deze behoeften.

Expansie na de oorlog

Vanaf de jaren vijftig van de vorige eeuw namen het aardwetenschappelijk en geografisch onderwijs en onderzoek in Utrecht een grote vlucht. Geografen stonden aan de wieg van de planologie: de ruimtelijke inrichting van Nederland. Ook raakten zij betrokken bij ontwikkelingsvraagstukken in de Derde Wereld. Bij aardwetenschappers nam het aantal onderzoeksdisciplines eveneens fors toe, bijvoorbeeld met geofysica en geochemie. In 1979 fuseerden de geologiefaculteiten van de universiteiten van Utrecht en Leiden. Sinds die tijd is al het aardwetenschappelijk onderwijs gelokaliseerd op het Utrecht Science Park (voorheen De Uithof).

Vernieuwing: innovatie- en milieuwetenschappen

Innovatie- en milieuwetenschappen zijn relatief jonge takken aan de geowetenschappelijke stam. De toenemende bezorgdheid over milieuvervuiling en –uitputting leidde tot de oprichting van een Werkgroep Milieukunde, die zich in 1985 aansloot bij de faculteit Ruimtelijke Wetenschappen. Een andere nieuwkomer is Natuurwetenschap en Innovatiemanagement. In haar oervorm dateert ze van 1991; ze werd in 2000 deel van de faculteit.

Geowetenschappen vandaag

Ooit begonnen als twee kleine instituten – het Mineralogisch-Geologisch Instituut en het Geografisch Instituut – is de faculteit Geowetenschappen uitgegroeid tot een organisatie met enige honderden docenten/onderzoekers en bijna tweeduizend studenten. Organisatorisch bestaat ze uit vier departementen. De faculteit opereert in het centrum van de actualiteit met ‘state of the art’ onderzoek en onderwijs op het gebied van aarde, mens, milieu, ruimtegebruik en innovatie. Duurzaamheid is het centrale leidende thema in het onderzoek door de faculteit.