Leerlingen moeten worden voorbereid op de klimaatcrisis, de grootste uitdaging van deze tijd
Klimaatverandering verdient structurele aandacht in het onderwijs. Daarbij gaan eerlijke informatieoverdracht, actiegerichtheid en het creëren van hoop hand in hand, stellen Andrik Becht, Elma Blom en Sander Thomaes.
Het is een van de grootste ergernissen in het onderwijs. Wetenschappers, beleidsmakers en andere buitenstaanders met een mening die het onderwijs verantwoordelijk maken voor het oplossen van maatschappelijke problemen. De schooldag is eindig. Tijd en expertise van leraren zijn dat ook. Tegelijk heeft het onderwijs een brede verantwoordelijkheid die verder reikt dan het overdragen van kennis en vaardigheden. Het is ook de taak van het onderwijs om kinderen wegwijs te maken in de wereld en om nieuwe generaties voor te bereiden op maatschappelijke uitdagingen.
De klimaatcrisis is misschien wel de belangrijkste uitdaging van onze tijd. En het is een crisis die jongeren onevenredig raakt. Willen we de opwarming van de aarde tot 1,5 graden beperken, dan zullen zij acht keer minder CO2 moeten uitstoten dan hun grootouders. Dat veel jongeren dit zwaard van Damocles boven hun hoofd voelen, blijkt uit internationaal onderzoek.
Van de ondervraagde jongeren is 59 procent ‘erg’ of ‘extreem’ bezorgd over klimaatverandering. Maar liefst 75 procent ziet hun toekomst als beangstigend. En niet zonder reden. Onderzoek van Unicef laat zien dat ongeveer een miljard kinderen en jongeren, bijna de helft van alle jeugd in de wereld, leeft in landen met een zeer groot risico om blootgesteld te worden aan ernstige gevolgen van klimaatverandering, zoals levensbedreigende droogte, overstromingen en stormen.
Van Frankrijk tot Tonga
Gelukkig erkennen steeds meer landen de noodzaak om in nationale onderwijscurricula aandacht te besteden aan klimaat. Landen zoals Frankrijk, Italië en Noorwegen, maar ook landen die nu al zeer kwetsbaar zijn voor de gevolgen van klimaatverandering, zoals Tonga, Indonesië en Ethiopië. Kan Nederland achterblijven? Wij denken van niet. Effectieve curricula gaan immers met hun tijd mee en bereiden kinderen voor op de uitdagingen waar we voor staan als maatschappij. Niet omdat we kinderen verantwoordelijk moeten maken voor het oplossen van maatschappelijke problemen waarin zij geen rol hebben gehad. Ook niet om verantwoordelijkheid weg te nemen bij overheden en grote bedrijven. Maar wel om te voorkomen dat kinderen op dezelfde voet doorgaan als hun ouders en grootouders én om hen een handelingsperspectief te bieden.
De jeugd heeft de toekomst. Kinderen en jongeren hebben het nodig om een positieve toekomst voor zich te zien. En om een beeld te hebben van een wereld waar ze deel van willen uitmaken. Daarom is het onvoldoende als we in ons klimaatonderwijs alleen schetsen welk onheil ons te wachten staat bij verdere opwarming van de aarde. Het is ook riskant. Als we uitsluitend doemscenario’s schetsen over het klimaat, kan dat leiden tot gevoelens van hulpeloosheid, wanhoop, of verlammende angst.
In goed klimaatonderwijs is een balans tussen hoofd (kennisoverdracht over klimaatverandering en oplossingen), hart (hoe kunnen we leerlingen helpen omgaan met emoties rondom klimaatverandering?) en handen (wat kunnen we doen?) essentieel. Dat vraagt een gecoördineerde aanpak waarin leerlingen van jong tot oud leren hoe overheden, bedrijven en individuen samen het verschil kunnen maken en klimaatproblematiek tegen kunnen gaan. Daarvoor zijn we nu nog te veel afhankelijk van de goedbedoelde initiatieven van individuele scholen of leerkrachten.
Afkijken bij anderen
Die vrijblijvendheid past niet bij de urgentie van de situatie. In een goed onderwijssysteem is het vanzelfsprekend dat we leerlingen, alle leerlingen, leren hoe te handelen naar de uitdagingen waar we als maatschappij voor staan. Gelukkig bestaan er diverse educatieprogramma’s waarvan we weten dat ze effectief zijn in het verbeteren van de klimaatkennis en gedrag van jongeren. En Nederland kan afkijken bij landen waar klimaatonderwijs al wordt geïmplementeerd.
Een realistisch beeld van mogelijke gevolgen van klimaatverandering én een hoopvolle toekomst. Leerlingen zullen haarfijn doorhebben dat die twee op gespannen voet staan. Het is dan ook geen eenvoudige boodschap om te geven. Maar wel een essentiële. Hoe? Ontdek samen met leerlingen welke manieren er zijn om grip te krijgen op klimaatproblematiek. Kijk naar de meetbare gevolgen van aanpassingen in ons dagelijks gedrag. Bespreek de rol van overheden en grote bedrijven. En laat zien dat er urgentie maar ook hoop is en dat we samen een eind kunnen komen.
Dit opiniestuk is op 23 januari 2024 online gepubliceerd als klimaatblog van NRC. Pedagoog Andrik Becht doet onderzoek naar jongeren, klimaatverandering en duurzaam gedrag. Elma Blom is hoogleraar taalontwikkeling en meertaligheid in gezin en onderwijs. Sander Thomaes is hoogleraar ontwikkelingspsychologie en kijkt in zijn onderzoek naar oorsprong, aard en gevolgen van het zich ontwikkelende zelf bij jongeren.
Wetenschappers van de Universiteit Utrecht schrijven regelmatig over hun onderzoek in de klimaatblog van de NRC. Zij werken samen in het strategische thema Pathways to Sustainability.