Taal in verkiezingsprogramma’s onder de loep: deze programma’s zijn het ingewikkeldst
“De taal van partijprogramma’s kan anders”
De verkiezingsprogramma’s van politieke partijen lijken niet geformuleerd voor het grote publiek, concluderen Leo Lentz en Henk Pander Maat. De onderzoekers analyseerden de programma’s van elf partijen. De moeilijkste taal kwamen ze tegen bij NSC, GroenLinks-PvdA en ChristenUnie. “Er zijn echter ook eenvoudige versies van programma’s die laten zien dat het anders kan.”
Het moeilijkste partijprogramma
Lentz en Pander Maat namen de verkiezingsprogramma’s van elf partijen onder de loep. Ze onderzochten de programma’s van BBB, CDA, CU, D66, GL-PvdA, NSC, PvdD, PVV, SP, Volt en VVD. “NSC had het moeilijkste partijprogramma”, vertellen de onderzoekers. “Je zou kunnen zeggen dat ze even moeilijk schrijven als een rechter in gerechtelijke uitspraken. De verkiezingsprogramma’s van twee andere partijen, GL-PvdA en CU, komen qua moeilijkheidsgraad dicht bij de koploper in de buurt.”
De moeilijkheidsgraad van verkiezingsprogramma’s gemeten
Voor de analyse gebruikten Leo Lentz en Henk Pander Maat LiNT, een tool van de Universiteit Utrecht die de moeilijkheidsgraad van teksten meet. De tool kijkt naar onder andere moeilijke woorden en jargon, abstracte woorden en complexe zinnen. LiNT-scores lopen van 13 (Jip-en-janneke: erg eenvoudig) tot 61 (gerechtelijke uitspraken: erg moeilijk). Daartussenin scoren bijvoorbeeld roddelnieuws (34), nieuwsberichten (44) en opiniestukken (49).
Lentz en Pander Maat onderzochten de partijprogrammapassages op twee thema’s: bestaanszekerheid en landbouw & natuur. NSC had de moeilijkste LiNT-score: 61. Aan de andere kant van de schaal vinden we VVD (46) en PVV (47). Daar tussenin zitten SP (50), D66 en CDA (53), Volt en Partij van de Dieren (54), BBB (55), CU (57) en GroenLinks-PvdA (59). GL-PvdA biedt ook een verkorte, eenvoudige versie van hun verkiezingsprogramma, met een LiNT-score van 33.
NSC en BBB verrassen in hun verkiezingsprogramma
Met name de score van NSC en BBB (de nummer vier als het aankomt op taalmoeilijkheid) verrast Lentz en Pander Maat. “Ze scoren hoog, terwijl duidelijke taal een belangrijk thema is in hun verkiezingsprogramma’s.” De onderzoekers verwijzen bijvoorbeeld naar een passage uit het BBB-programma: ‘BBB staat voor de menselijke maat en voor begrijpelijke taal. Mensen moeten snappen wat we aan het doen zijn. En dingen die we niet uit kunnen leggen, moeten we niet doen.’
“Eén zin over begrijpelijke taal in het partijprogramma van NSC viel in het bijzonder op”, vinden Lentz en Pander Maat. “Er staat: ‘Communicatie met de overheid dient altijd in begrijpelijk Nederlands opgesteld te zijn’. Je zou dit kunnen lezen als dat NSC vindt dat burgers begrijpelijke brieven moeten schrijven aan ambtenaren.” Verderop maakt NSC duidelijk dat ze pleiten voor een loket waar burgers terecht kunnen met moeilijke brieven van de overheid.
Wie zich als politieke partij in het programma direct tot de kiezer wil richten: het kan.
Tegelijkertijd, zien Lentz en Pander Maat, schrijft NSC zinnen als: ‘Verbinding tussen domeinen zoals pensioen en eventueel vermogen in een eigen woning (zoals de zogenaamde ‘omkeerhypotheek’) kan meerwaarde bieden en zijn routes om op termijn verder te verkennen’. “In deze zin overheersen naast abstracte begrippen zoals ‘domeinen’ en ‘routes’, ook vaktermen als ‘vermogen’ en ‘omkeerhypotheek’. Bovendien wordt er allerlei extra informatie gegeven: ‘zoals’, ‘eventueel’, ‘zogenaamd’, ‘op termijn’. Een pakhuis aan informatie.”
Eenvoudige samenvatting van verkiezingsprogramma’s
D66 en GL-PvdA bieden naast het partijprogramma een eenvoudige samenvatting aan. “Deze hebben we ook geanalyseerd”, zeggen Lentz en Pander Maat. Ze zien goede pogingen om relevante informatie te behouden. “We vreesden dat de samenvattingen een flets aftreksel van de verkiezingsprogramma’s zouden zijn, maar dat valt erg mee.”
“Deze eenvoudigere versies van partijprogramma’s bevatten geslaagde voorbeelden van vereenvoudiging. Dus mocht een politieke partij zich in het programma direct tot de kiezer willen richten: het kan.” De onderzoekers verwijzen naar hun eerdere onderzoek naar de moeilijkheidsgraad van de troonrede. “We zagen toen dat een toegankelijkere tekst winst oplevert: mensen begrijpen en waarderen het verhaal beter. Er is dus hoop!”