Louk Vanderschuren over spel bij kinderen en dieren

Maak kennis met ons team van 'Spelen = gezond opgroeien'

Prof. dr. Louk Vanderschuren is hoogleraar Neurobiologie van Gedrag aan de faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht. Als neurobioloog bestudeert hij het gedrag van (knaag)dieren, om te zien wat er in hun brein gebeurt wanneer hen plezierige of vervelende dingen overkomen en wanneer ze (on)verstandige beslissingen nemen. Louk Vanderschuren is verbonden aan het interdisciplinaire thema ‘Healthy Play, Better Coping / Spelen is gezond opgroeien’ van het strategisch thema Dynamics of Youth.

Prof. Louk Vanderschuren

Zet wetenschappers bij elkaar die allemaal geïnteresseerd zijn in spelen: in het spel van ratjes, in het spel van kinderen – jonger en dynamischer wordt het niet snel op een universiteit. Hoe speels is Louk Vanderschuren zelf (nog)? “Op mijn werk ben ik het meest speels met woorden. Het spel van kinderen is heel elastisch; een kind van 4 speelt heel anders dan een van 8. Als je opgroeit, wordt dat spel wat minder fysiek. Volwassenen spelen met woorden, maken grappen, geven verbale duwtjes, sommige geven een duwtje terug… Maar fysiek spelen, anders dan sport? We hadden een tijdje een dartbord in de koffiekamer, maar ik heb niet zo veel met darten.”

Spel: goed voor je gedragsrepertoire

Jonge dieren en kinderen genieten van spelen. In hersenonderzoekstermen is spel dus een natuurlijke beloner, net als eten en seks. En spel is, behalve leuk, een training in sociale interactie: dieren en mensen leren al spelend met wie ze wel en niet goed kunnen omgaan, wat ze beter wel en niet kunnen doen (of zeggen). Spel is dus ook experimenteren met je gedragsrepertoire; door te spelen kun je allerlei situaties en scenario’s uitproberen, zonder dat dat meteen ernstige gevolgen heeft.

Spel is dus ook experimenteren met je gedragsrepertoire; door te spelen kun je allerlei situaties en scenario’s uitproberen, zonder dat dat meteen ernstige gevolgen heeft.

Van de ‘natuurlijke beloners’ zijn eten en seks het belangrijkst, omdat die nodig zijn om te overleven. Maar wat draagt spel bij aan overleven? Vanderschuren: “Uit onderzoek van onszelf en anderen blijkt dat als je dieren van spel onthoudt, ze nog wel kunnen eten en seks hebben, maar moeite hebben met het herkennen van nuances: in sociale interactie slaan ze allemaal handige stappen over. Bijvoorbeeld in een ruzieachtige setting: dieren die nooit hebben gespeeld, vallen direct aan, zónder eerst te dreigen, het ‘spelletje’ waarmee een echt gevecht op leven en dood afgewend kan worden. Gelijk erop los slaan is voor dieren heel energie-onhandig.” Uit onderzoek van Vanderschuren en co blijkt ook dat dieren die zonder spel opgroeien bevattelijker zijn voor verslaving: “Ze nemen meer alcohol en cocaïne; hun impulscontrole is ook niet zo groot.”

Wat wij al weten over het jonge brein van knaagdieren, kan helpen bij kennisvergroting over het jonge sociale brein van kinderen; daar weten we nog weinig van.

Buitenbeentjes

Ziedaar de voornaamste aanknopingspunten uit Vanderschurens dierenwetenschapswereld met Healthy play, better coping. “Andersom wil ik onze kennis aanvullen met wat ik leer over het spelgedrag in kinderen – ons onderzoek speelt zich af in een lab-situatie, maar we willen natuurlijk ook graag weten wat er in een natuurlijke omgeving gebeurt.” Een interessant vraagstuk voor Vanderschuren is bijvoorbeeld dit: “We zien bij kinderen met chronische ziekten later veel sociale en emotionele problematiek. Zou dat samenhangen met dat ze zo weinig hebben kunnen spelen, of te voorzichtig zijn behandeld? Ze zijn vaak de buitenbeentjes. Is hun spelgedrag inderdaad anders dan dat van gezonde kinderen? En zouden wij daar nu alvast iets aan kunnen veranderen, door te zorgen dat ze meer mee kunnen doen?”

Gamen is wél spel

Als fundamentele onderzoeker is het voor Vanderschuren verfrissend om onderdeel te zijn van zo’n bont gezelschap als Healthy Play. “Ik heb al met zoveel méér zienswijzen op het fenomeen spel kennis gemaakt. Neem Sander Bakkes die over de structuur van games nadenkt. En die dus tegen mensen zoals ik zegt: ho eens, gamen is echt niet alleen met kromme rug urenlang voor zo’n console zitten! Want dat is vaak het beeld; jongetjes die alleen maar ergens veel punten voor moeten scoren. Maar Sander laat mij zien dat digitale games wél speels en sociaal kunnen zijn.” Zijn zonen van 10 en 14 bewijzen dat overigens ook. “Neem Fifa, een voetbalgame. Als speler kies je welk team je wilt zijn: FC Barcelona bijvoorbeeld. Hadden ze allebei voor Barca gekozen, en ook nog allebei voor het thuis-tenue. Zo zag je dus op het scherm twee teams tegen elkaar spelen die er precies hetzelfde uitzagen. Wat ik grappig vond, is dat ze het zichzelf expres moeilijk maakten, om daarmee de grootste lol te hebben.”

 

Tafelvoetbalspel

Even terug naar dat dartboard in de koffiekamer. Vanderschuren houdt hoop. “Laatst zag ik bij collega’s een tafelvoetbalspel staan. Dat is misschien wat voor hier! Er staat er ook eentje bij mij thuis, die heeft mijn zoon ooit cadeau gekregen. Daar had ik wel een hand in, ja, in die cadeaukeuze. Echt voetballen doe ik ook graag – ik ben coach en trainer, maar mijn knieën stellen zélf veel voetballen niet meer zo op prijs.”

Louk Vanderschuren is behalve hoogleraar bij de faculteit Diergeneeskunde ook President-Elect van de European Behavioural Pharmacology Society. Daarnaast is hij redacteur bij het wetenschappelijk tijdschrift Behavioural Pharmacology.

Onderzoeksthema Dynamics of Youth

Wil je maatschappelijke problemen aanpakken, dan kun je het beste beginnen bij kinderen. Het Utrechtse onderzoeksthema Dynamics of Youth investeert in een veerkrachtige jeugd. Wetenschappers uit alle vakgebieden werken samen om kinderontwikkeling beter te leren begrijpen. Hoe helpen we kinderen en jongeren groeien en bloeien in onze snel veranderende samenleving?

Meer informatie
Dynamics of Youth