Nieuw project verankert Groningse gaswinningsgeschiedenis in het landschap

Een gestut gebouw in de provincie Groningen, als gevolg van aardbevingen door de gaswinning. Foto: Hardscarf, via Wikimedia Commons (CC BY-SA 4.0)
Aan gestutte gebouwen zie je de gevolgen van de Groningse gaswinning nog. Foto: Hardscarf, via Wikimedia Commons (CC BY-SA 4.0)

In het Groningse landschap vind je weinig tekens die rechtstreeks verwijzen naar de gaswinning. Qua materieel erfgoed eigenlijk geen enkele, zien Gertjan Plets en Nikkie Wiegink, op de scheuren in de huizen en enkele door de NAM gefinancierde monumenten na. Via hun deelname aan het EU Horizon Europe-project PITCH willen ze daarin verandering brengen. “Dit belangrijke hoofdstuk uit de Nederlandse en Europese geschiedenis moet zichtbaar blijven.”

Gronings gas en fossiele financiering

De schaarste aan materieel erfgoed heeft een negatieve invloed op het in leven houden van de herinnering aan de Groninger gaswinning, vertellen Plets en Wiegink. “En dat is toch cruciaal, omdat er voor de toekomst lessen uit kunnen worden getrokken over hoe we met bodemrijkdommen moeten omgaan.” Ook het feit dat een deel van het erfgoed dat er wel is, wordt gefinancierd door de fossiele industrie is problematisch, vinden ze. Het gaat dan bijvoorbeeld om monumenten in de publieke ruimte en tijdelijke tentoonstellingen in Nederlandse musea. “Deze afhankelijkheid zorgt bij erfgoeddeskundigen voor heel wat uitdagingen.”

Het kunstwerk Gasmolecule van Marc Ruygrok. Foto: Gerardus, via Wikimedia Commons (publiek domein)
De NAM heeft kunstwerken in het Groningse landschap gesponsord, zoals dit werk, Gasmolecule van Marc Ruygrok.

Onder andere door samenwerkingen met de fossiele sector, missen veel musea en erfgoedinstellingen de instrumenten voor een kritische reflectie op fossiele brandstoffen. Plets zag dit al in eerder onderzoek. “Vooral musea hebben de laatste decennia heel wat sponsoring van grote bedrijven ontvangen en enkele tentoonstellingen zijn onder vuur komen te liggen door hun positieve verbeelding van onze ‘petrogeschiedenis’. Wij gaan nu experimenteren met een nieuwe beeldtaal en nieuwe samenwerkingsvormen. Zo hopen we tot een meer kritische reflectie over fossiele brandstoffen te komen en daarmee hopelijk tot een versnelling van de energietransitie.”

Plets en Wiegink werken in dit project nauw samen met EPIQ, het documentatiecentrum voor de beladen geschiedenis van de gasaardbevingen in Groningen. “Samen kijken we hoe we de gasbevingen kunnen verankeren in de publieke ruimte. Er komt bijvoorbeeld een fietsroute en voor land art en bouwkunst gaan we een beroep doen op lokale contemporaine kunstenaars.”

Internationale samenwerking PITCH

Het Gronings-Utrechtse team maakt deel uit van een breder internationaal project: Petrocultures’ Intersections with The Cultural Heritage Sector in the Context of Green Transitions (PITCH). PITCH is een samenwerking tussen negen academische en culturele organisaties uit zes landen, die onderzoek doen naar cultureel erfgoed en klimaatverandering in de context van groene transities.

“Met de andere universiteiten, musea en industriële erfgoedsites onderzoeken we internationaal hoe fossiele brandstoffen worden verbeeld en besproken in Europese musea en andere erfgoedinstellingen”, leggen Plets en Wiegink uit. Naast Universiteit Utrecht zijn de universitaire partners Universitetet i Stavanger (projectleider), Universiteit van Amsterdam, University College Londen, en Centro em Rede de Investigação em Antropologia (Portugal). Musea en andere instellingen die bijdragen zijn EPIQ (Nederland), Lusto (Finland), E-Werk (Duitsland) en Deutsches Technikmuseum.

PITCH wordt voor 3,3 miljoen euro medegefinancierd door het Horizon Europe-programma van de EU en UK Research and Innovation (UKRI). Het Gronings-Utrechtse team is ontstaan uit het Contesting Governance-platform en kreeg in aanloop naar de ERC-financiering zaaigeld van Institutions for Open Societies, UGlobe en Open Science.