Vrijheid en gelijkheid: De idealen van de Atlantische Revoluties

De bestorming van de Bastille (14 juli 1789), Jean-Pierre Houël. Bron: Wikimedia
De bestorming van de Bastille (14 juli 1789), Jean-Pierre Houël. Bron: Wikimedia

Op 5 december 2018 was prof. dr. Annelien de Dijn (Geschiedenis en Kunstgeschiedenis) te gast bij NPO radio 1 bij het programma Focus om te spreken over haar aankomende oratie over Vrijheid en gelijkheid: De idealen van de Atlantische Revoluties.

Prof. dr. Annelien de Dijn. Foto: Ed van Rijswijk
Prof. dr. Annelien de Dijn. Foto: Ed van Rijswijk

De Dijn kaart in het gesprek aan dat er in Europa en Amerika aan het einde van de 18e eeuw verschillende revoluties plaatsvonden. De revolutioneren streden voor vrijheid en gelijkheid. Zij wilden de politieke situatie verwerpen om zo een democratische samenleving te realiseren. De revolutionairen zagen (politieke) gelijkheid als een vereiste voor vrijheid. 

Gelijkheid van bezit  

De beoogede gelijkheid werd onder andere gerealiseerd door een wet omtrent bezit. Dit houdt in dat rijke mensen hun bezit niet aan één kind mochten schenken, maar moesten verdelen onder al hun kinderen. De revolutioneren waren namelijk van mening het bestaan van groepen extreem armen of extreem rijken gelijkheid in de weg stond. Extreem rijke mensen zouden namelijk in de positie zijn om de democratie aan te tasten. 

Les voor het heden 

Tegenwoordig wordt vaak gedacht dat de begrippen vrijheid en gelijkheid elkaar ondermijnen. Volgens De Dijn is dit niet het geval. De revoluties van de 18e eeuw zijn het bewijs dat vrijheid en gelijkheid goed samengaan.