Hans van de Velde: "Ik wil helpen om het Fries sterker te maken"

Boter, roggebrood en groene kaas, wie dat niet kan zeggen is geen echte Fries.
Boter, roggebrood en groene kaas, wie dat niet kan zeggen is geen echte Fries.

Naar aanleiding van zijn oratie It fertutearzjen fan it Frysk (De verwaarlozing van het Fries) sprak prof. dr. Hans van de Velde (Talen, Literatuur en Communicatie) in Het Friesch Dagblad (3 maart) en bij Omrop Fryslân (4 maart) over zijn onderzoek.

Prof. dr. Hans van de Velde. Foto: Ed van Rijswijk
Prof. dr. Hans van de Velde. Foto: Ed van Rijswijk

Dubbele verwaarlozing

De verwaarlozing waar Van de Velde op doelt heeft twee kanten. Aan de ene kant staat de Nederlandse taalkunde, waarin het Nederlandse ontzettend goed bestudeerd wordt maar er weinig aandacht is voor het Fries. Aan de andere kant ziet Van de Velde verwaarlozing aan de taalbeleidskant. "De provincie doet echt heel veel om het beleid te implementeren, maar de provincie heeft ook niet alle middelen." De provincie heeft steun van het Rijk nodig, maar die is nu nog minimaal: "Als ik dan een rekensommetje maak, dan geeft het Rijk vijftig cent uit per Fries, dat is wel heel weinig". (Omrop Fryslân)

Verbindingsofficier

Van de Velde ziet zichzelf niet als grote redder van het Fries, maar wil wel graag zijn steentje bijdragen aan de versterking van de taal. Zijn hoogleraarschap is daar een middel voor: zijn hoofdtaak is het bij elkaar brengen van wetenschappers en te zorgen dat er meer bekend wordt over het Fries. "Ik ben een soort van verbindingsofficier tussen de Nederlandse taalwetenschappen en de Friese taalsituatie." Zo kunnen ontwikkelingen die het voortbestaan van het Fries bedreigen, zoals een gebrek aan spraakherkenning van het Fries, worden ontdekt en aangepakt. (Omrop Fryslân)

Klankmetingen

De wetenschap biedt de technologie en kennis die het Fries kan versterken. "We kunnen tegenwoordig zo veel op het gebied van klankmetingen. Ik wil graag die technieken gebruiken om tot nieuwe inzichten te komen in de taal", zegt Van de Velde. "Sommige kenmerkende klanken komen niet zó vaak voor dat je ze makkelijk spontaan kunt meten. Daarvoor heb je een experimenteerruimte nodig, een soort laboratorium waar je meer zaken kunt meten dan je alleen op het eerste gehoor hoort. Bijvoorbeeldof er een neusklank is via een microfoontje in de neus. Het mooiste zou zijn als dit een mobiel laboratorium wordt, zodat moedertaalsprekers in hun eigen vertrouwde omgeving onderzocht kunnen worden." (Friesch Dagblad)