Opvang- en schoolgebouw van belang voor identificatie kinderen

Tweedaagse conferentie over oplossen van vroegtijdige en aanhoudende onderwijsongelijkheden

Met het onderzoeksproject ISOTIS wilde hoogleraar Pedagogiek Paul Leseman van de Universiteit Utrecht bijdragen aan de bestrijding van vroege en aanhoudende onderwijsongelijkheden. Leseman rondt zijn project, dat door de Europese Unie is gefinancierd en waarbij 17 instituten uit 11 landen zijn betrokken, af met de tweedaagse, internationale conferentie Equality and Inclusion in het Utrechtse TivoliVredenburg. 

Gevraagd naar een onderzoeksresultaat dat wat hem betreft niet onbelicht mag blijven, wijst Leseman op een onderzoek geleid door zijn Italiaanse collega’s. “Binnen ons project zijn zij op zoek gegaan naar de stem van de kinderen: wat vinden kleine kinderen zélf belangrijk voor de beschrijving en vorming van hun identiteit?”

kind aan lunch op school

Goed ingerichte school

Bedoelde kinderstudie is uitgevoerd in stedelijke gebieden, in acht landen. De betrokken kinderen hadden een migrantenachtergrond, waren Roma of kwamen uit gezinnen met een laag inkomen. Leseman: “Deze kinderen weten natuurlijk dat hun achtergronden en hun thuistalen kunnen verschillen, maar dat maakt ze niet uit. En ze verwijzen niet vaak naar hun culturele en taalachtergrond bij het beschrijven van hun eigen identiteit.” Veel belangrijker voor hun identiteit bleek de sociaal-relationele ruimte van het gezin en de (voor)school. “Kinderen identificeerden zich vooral met hun (voor)school als een fysieke-sociale ruimte waar ze thuishoren, en die daarom aantrekkelijk en goed ingericht zou moeten zijn.” 

Thuis en school

Maar het allerbelangrijkste voor kinderen waren hun sociale relaties met leeftijdgenoten, met leerkrachten op de (voor)school en met hun eigen families. “Kinderen ervoeren vloeiende grenzen tussen de sociale structuren van het gezin en de (voor)school, en ze vonden het leuk als hun broers en zussen op dezelfde (voor)school zaten. Continuïteit tussen thuis en school door regelmatige betrokkenheid van de ouders bij activiteiten op (voor)school werd door alle kinderen als wenselijk genoemd, en draagt bij aan hun welbevinden en het gevoel van thuishoren.”

Dat vereist een inclusief, multicultureel, kindgericht klimaat binnen deze gebouwen.

Betrokken bij samenleving

Deze studie geeft dan ook de aanbeveling dat opvangruimten en basisscholen worden erkend als ruimten die gezamenlijk eigendom zijn van de kinderen, en die belangrijke bestanddelen zijn van hun identiteit. Leseman: “Dat vereist een inclusief, multicultureel, kindgericht klimaat binnen deze gebouwen. Ook gezamenlijke groepsactiviteiten en de participatie van ouders is een vereiste, zodat er niet langer een harde grens getrokken is tussen hun eigen huis en de opvang- en schoolgebouwen. Op deze wijze creëer je een gevoel van acceptatie en inclusie voor de kinderen met verschillende achtergronden en zorg je voor een sterke basis voor de latere betrokkenheid van kinderen bij de samenleving.”

De conferentie Equality and Inclusion wordt gesponsord door het focusgebied Education for Learning Societies en de strategische thema's Instituties for Open Societies en Dynamics of Youth van de Universiteit Utrecht.