Heilige Graal van de Vlaamse Literatuur teruggevonden

Links: Paul van Ostaijen (1896-1928). Rechts: Deel van het gedicht 'Boem paukeslag', deel van de bundel 'Bezette stad'. Bron: Wikimedia
Links: Paul van Ostaijen (1896-1928). Rechts: Deel van het gedicht 'Boem paukeslag', deel van de bundel 'Bezette stad'. Bron: Wikimedia

Op 22 februari zou de Vlaamse dichter Paul van Ostaijen 125 jaar zijn geworden. Daarnaast is het dit jaar honderd jaar geleden dat zijn invloedrijke bundel Bezette Stad uitkwam, vol met dadaïstisch werk over de Duitse bezetting van Antwerpen. Als klap op de vuurpijl werd op 20 februari bekend dat het manuscript van deze bundel is teruggevonden en gekocht door de Vlaamse overheid. Prof. dr. Geert Buelens (Talen, Literatuur en Communicatie) noemt het manuscript in De Standaard "de Heilige Graal van de Vlaamse literatuur".

Prof. dr. Geert Buelens
Prof. dr. Geert Buelens

Het belangrijkste handschrift uit de moderne Nederlandse literatuur

"Dat het belangrijkste handschrift uit de moderne Nederlandse literatuur in publiek bezit zou kunnen komen, had vrijwel niemand meer voor mogelijk gehouden," vertelt Buelens aan De Standaard. Eigenlijk had Buelens het manuscript op 22 februari officieel moeten presenteren aan de pers, maar dat kon vanwege de coronaregels helaas niet doorgaan. Door middel van een video kon Buelens Bezette Stad toch 'voorstellen' aan het publiek.

Bezette Stad toen en nu

Bezette Stad beschrijft hoe het is om als jong iemand te leven in een bezette stad, om het bruisende uitgaansleven langzaam te zien verdwijnen. Dit beeld is ons tijdens de coronacrisis natuurlijk niet vreemd. Maar dat is niet het enige voorbeeld van een historisch moment waarin Bezette Stad opnieuw relevant blijkt. "Ik denk dat elke generatie zich een nieuwe Van Ostaijen bij elkaar leest en compileert, en vaak ook projecteert," zegt Buelens tijdens een 24-uursuitzending over Paul van Ostaijen van deBuren.

"Een belangrijk deel van de kracht van de poëzie van Van Ostaijen zit in het visuele en in hoe het klinkt."

Bruggen bouwen

"Een belangrijk deel van de kracht van de poëzie van Van Ostaijen zit in het visuele en in hoe het klinkt," legt Buelens uit bij vanBuren. Dat blijkt onder andere uit het feit dat de afgelopen jaren vanuit spoken word-poëzie en hip-hop interesse is getoond in het werk van Van Ostaijen. In een uitgebreid essay in De Standaard legt Buelens uit hoe die connectie logischerwijs voortvloeit uit de manier waarop het boek geschreven is. "Als de belangrijkste voorloper in onze poëzie van de podiumdichters van vandaag, stond het voor hem als een paal boven water dat je gedichten vooral moest kunnen horen," aldus Buelens. "Luisterboeken bestonden echter nog niet in 1921 en dus gaf hij zijn boek vorm als betrof het een partituur die wachtte op een uitvoering." Van Ostaijen gebruikte typografie als 'brug van dichter naar lezer', oftewel als middel om het ritme van gesproken tekst op papier vast te leggen. "En dat proces, het ontwerp van die bruggen dus eigenlijk, is van het handschrift af te lezen."