Euripides’ Bacchae: Hoe Dionysus toetrad tot de Griekse godenwereld

Diederik Burgersdijk bij De Groene Amsterdammer

Mozaïek van Dionysus. Foto: Carole Raddato via Wikimedia Commons (CC BY-SA 2.0)
Foto: Carole Raddato via Wikimedia Commons (CC BY-SA 2.0)

Op het Holland Festival wordt deze zomer een moderne bewerking van Euripides’ toneelstuk Bacchae opgevoerd. Docent Antieke geschiedenis Diederik Burgersdijk sprak in de podcast van De Groene Amsterdammer over de inhoud en gelaagdheid van het klassieke stuk.

Boodschap en functie

De Bacchae is in de vijfde eeuw v.C. geschreven door de Griekse tragediedichter Euripides en vertelt over de introductie van de god Dionysus in de Griekse godenwereld. “Het is een ongelooflijk rijk en moeilijk stuk”, zegt Burgersdijk. “Het is een vrij eenvoudig verhaal, maar er zitten erg veel lagen in.”

“Euripides wil laten zien dat niet alles volgens de orde van de staat kan gebeuren.” In het toneelstuk streeft een koning om de orde in zijn stad te behouden. Hij probeert de bevolking in toom te houden door dronkenschap, uitzinnigheid en seksualiteit te onderdrukken. Dit mislukt door het optreden van Dionysus en het stuk eindigt met de ontwrichting van de gevestigde orde.  

“Juist door het onderdrukken van deze gevoelens van extase gaat de ketel extra hard stomen,” vertelt Burgersdijk. Volgens hem had toneel als het ware de functie van een ventiel op deze ketel. “Het spiegelt de mensen in hun mens-zijn.” Aanschouwers identificeren zich met de figuren in het stuk, leven met hen mee en delen hun gevoelens. “Na het zien van zo’n toneelstuk leidt dit tot catharsis, tot ‘zuivering van de ziel’.”

Toneel en volksfeesten

Naast een wijze les zit er ook een historische laag in het stuk van Euripides. “Dionysus was de god uit wiens cultus het toneel voortkwam”, legt Burgersdijk uit. Bij deze cultus hoorden allerlei rituele dansen, koorzangen en offerfeesten, die de basis vormden voor het toneel zoals wij het nu kennen.

Veel elementen van de feesten ter ere van Dionysus komen bovendien terug in hedendaagse volksfestivals. De maskers die de feestvierders droegen en de vele zangkoren uit het toneelstuk zijn bijvoorbeeld duidelijk terug te vinden in carnaval. “Iedereen neemt een rol aan”, zegt Burgersdijk. “Er zitten heel veel toneelmatige elementen in carnaval.”