Pilot met online colleges op University College Utrecht

Neurowetenschap op het web

Het gebruik van onderwijsinnovatietools op de Universiteit Utrecht nam vorig collegejaar sterk toe. Dat bleek afgelopen maand uit cijfers van het onderwijsinnovatieprogramma Educate-it. Zo steeg het aantal opgenomen colleges tot boven de 2.000. Toch zijn er niet louter positieve geluiden over digitale colleges. Recent onderzoek van onderzoekers van Harvard en Stanford laat zien dat studenten die hun colleges online volgen gemiddeld tien procent lager scoren en vaker uitvallen. We spreken over digitale colleges met dr. Matthijs Vink, één van zijn studenten en Educate-it, die allen betrokken zijn bij de recente pilot van online colleges aan University College Utrecht.

Geïnspireerd op het YOUth-onderzoek

Vink verraste zijn studenten begin september 2017 met de mededeling dat zij hun colleges ‘advanced cognitive neuroscience’ voortaan online zouden volgen. Het idee daarvoor ontstond door Vinks werk voor het YOUth-onderzoek. Net als bij YOUth, pleit hij namelijk voor open en transparant onderzoek, dat met subsidies verzamelde kennis weer teruggeeft aan de maatschappij. Vink droomt van een grote universiteitsbibliotheek aan colleges en kennisclips die voor iedereen vrij toegankelijk is. Zijn colleges zijn ook al op YouTube te vinden, al is er nog wel werk nodig om de academische stof om te zetten in video’s die voor een groter publiek te begrijpen zijn.

Matthijs Vink
Dr. Matthijs Vink. Foto: Martijn Koevoets

Betekenisvollere discussies 

Maar niet alleen de buitenwereld heeft profijt van de digitalisering. Vink ziet ook voor studenten en docenten van Universiteit Utrecht zelf grote voordelen: “Wat ik het leukste vind aan onderwijs geven, is met studenten de diepte in gaan. Samen kletsen en filosoferen, dat is de ware academie. Maar dat soort gesprekken zijn niet te examineren. Nu zet ik alle colleges online en kunnen studenten die in hun eigen tijd bekijken. Dat stuk kennisoverdracht kan prima online. Daarna komen studenten onderbouwd de collegezaal in en kunnen we veel betekenisvollere discussies hebben. We hebben bijvoorbeeld 'meet expert sessies' waarin studenten vragen kunnen stellen aan experts. En er zijn optionele werkgroepen waarin we on site gaat kijken bij de MRI- en de PET-scanner voor de mensen die meer willen weten. Dat is fijn, want je kunt niet alleen online les hebben.

Steeds individueler

Ik denk dat het onderwijs steeds individueler wordt. Gemiddeld genomen zijn universitaire studenten de top van Nederland, maar binnen die top is er nog veel spreiding. Er zijn groepen die in een plusprogramma terecht willen komen en groepen die meer ondersteuning nodig hebben. Als docent denk ik dat je door digitale lesmethodes veel flexibeler bent: als je de colleges online aanbiedt, zul je tijd kunnen vrijmaken voor de begeleiding van individuele studenten of groepjes.

"Als je de colleges online aanbiedt, kun je tijd vrijmaken voor de begeleiding van individuele studenten of groepjes"

Het moderne leren

Studenten geven daarnaast aan dat ze intensiever met de stof bezig zijn. Tot mijn vreugde merk ik dat mensen de video soms pauzeren en op Wikipedia termen opzoeken die ze niet snappen. Dat is prima. Als je maar met de stof bezig bent, dat is het moderne leren. Niet meer iets overschrijven uit een tekstboek, wat waarschijnlijk toch al achterhaald is.

Gastsprekers

Het kost ook minder tijd. Als studenten vragen hebben, kunnen ze dat op een tijdspunt in de video aangeven en krijg ik een mail. Ik beantwoord de vraag en dat is voor iedereen zichtbaar. Maar wie het al wel snapte, hoeft daar dan geen tijd mee te verliezen. Voor mij is het ook handig omdat ik de colleges in de zomer kon opnemen toen ik niet veel andere dingen te doen had. Daarnaast kunnen andere cursussen mijn online colleges ook tonen en kan ik zelf ook gastsprekers uitnodigen om een college op te nemen. Die video’s kunnen dan in de periodes daarop ook gebruikt worden, zonder dat een spreker daarvoor weer opnieuw naar de collegezaal hoeft te komen.

Met hun neus op het vuur 

Het is erg goed dat onderzoekers onderwijs geven. Zij zitten immers met hun neus op het vuur en op de nieuwe technieken en ontwikkelingen. Maar het is natuurlijk zonde als het onderwijs geven zoveel tijd kost dat het ten koste gaat van de kwaliteit van het onderzoek, zeker als het op een manier als deze ook efficiënter kan.”

Student studeert met laptop op zitkussens in de Universiteitsbibliotheek in De Uithof.

Luie studenten

Maar hoe zit het dan met de berichten dat studenten online lagere cijfers halen? Bij het onderzoek van Harvard en Stanford kunnen enige kanttekeningen geplaatst worden. De studenten mochten in het onderzoek namelijk zelf kiezen voor online colleges of colleges op de campus. Daardoor zou het kunnen dat misschien vooral de luie of minder gemotiveerde studenten voor de online optie kozen.

Slechtere resultaten

Educate-it zegt online geen slechtere resultaten te merken. Al sinds 2011 bieden Universiteit Utrecht en UMC Utrecht academisch online onderwijs aan via Elevate Health, waaronder een complete master. En met succes, vertelt Mirjam van de Kraats van Educate-it: de toetsresultaten en studenttevredenheid zijn gelijk of soms zelfs hoger dan bij campusonderwijs met dezelfde inhoud en de uitval is juist relatief laag.

Intensiever met de stof bezig 

Ook Vink gebruikte de hulp van Educate-it. De gehele online cursus werd gezamenlijk ontwikkeld. Van de Kraats: “Het ging daarbij in de eerste plaats om de digitale didactiek die online onderwijs vraagt. Het gaat om een compleet herontwerp van het onderwijs waarbij sociale interactie centraal staat. Docenten kunnen daarbij kiezen uit een breed scala van online werkvormen, waarvan video er slechts één is.” De video’s die gebruikt worden zijn vaak vooral korte clips. Die moeten de studenten activeren in plaats van slechts aanzetten tot consumeren. Dat laatste lijkt bij Vink, die ziet dat zijn studenten intensiever met de stof bezig zijn, dus goed te werken. En dat is fijn, want “online of blended leren is voor de Universiteit Utrecht geen doel op zich”, stelt Educate-it, “het is een mogelijk middel om het onderwijs sterker te maken.”

Dynamics of Youth

Matthijs Vink is als onderzoeker verbonden aan Dynamics of Youth. Dit is een van de vier strategische thema’s van de Universiteit Utrecht. Dynamics of Youth verbindt excellent kinder- en jeugdonderzoek uit alle zeven faculteiten, en zoekt het antwoord op een cruciale vraag voor volgende generaties: hoe kunnen we onze kinderen helpen bij hun ontwikkeling tot gebalanceerde individuen, die zich succesvol kunnen handhaven in een snel veranderende omgeving?

Meer informatie
YOUth cohort study