Online bedreigingen jegens burgemeesters onderzocht door Utrecht Data School

Dreigen via social media © iStockphoto.com/asiandelight
© iStockphoto.com/asiandelight

Burgemeesters in Nederland hebben te maken met een groeiend aantal bedreigingen, agressie en geweld. In samenwerking met de Landelijke Eenheid heeft de Utrecht Data School onderzocht in welke context en via welke communicatiekanalen bedreigingen voorkomen. Ze maakten daarbij gebruik van automatische tekst-analyses en scanden zo Twitterberichten gericht aan burgemeesters. Deze methode bleek echter te beperkt om het aantal bedreigingen aan burgemeesters te achterhalen. De onderzoekers starten nu een vervolgonderzoek. 

De onderzoekers hebben drie verschillende contexten kunnen onderscheiden waarin ambtenaren worden bedreigd. Elk van de contexten vraagt om een ander handelingsperspectief, risico-inschatting en aanpak. De resultaten zijn onlangs gepubliceerd in het WODC-rapport Aard en omvang van dader- en slachtofferschap van cyber- en gedigitaliseerde criminaliteit in Nederland.

Drie soorten dreigingen  

In het onderzoek komen drie vormen van bedreigingen naar voren: bedreigingen tegen burgemeesters door georganiseerde criminaliteitsbendes, bedreigingen van burgers die het niet eens zijn met bepaalde beslissingen (populistisch sentiment), en een dreiging van een individuele burger vanuit een persoonlijk perspectief. “In het onderzoek op sociale media zagen we de bedreigingen vanuit de zware criminaliteit en door individuele burgers met persoonlijke redenen niet terug” geeft Mirko Schäfer aan. “Dat kan drie oorzaken hebben: de bedreigingen waren door ons niet als dreiging te herkennen, de dreigingen waren inmiddels verwijderd, of sociale media blijken vanwege hun publieke kwaliteit geen geschikt medium voor directe bedreigingen.” 

Hashtags © iStockphoto.com/MicroStockHub
Hashtags © iStockphoto.com/MicroStockHub

Exploratieve verkenning 

Uit de eerste, exploratieve, analyse van Twitter komen dan ook niet veel voorbeelden van bedreigingen jegens ambtsleden van het lokaal bestuur naar voren.  Deze bedreigingen met een populistisch sentiment worden met name naar landelijke politici gestuurd. Het onderzoek kon dan ook geen sluitende informatie leveren over de omvang van het probleem rondom online bedreigingen jegens burgemeesters. Uit de analyse van kranten en sociale media blijkt dat online kanalen, zoals Twitter, wél gebruikt worden voor bedreigingen, maar dat deze zich meestal voordoen in de context van populistisch sentiment.  

#boerenprotest 

Het gaat hier meestal om emotionele reacties of gevoelige onderwerpen. “Neem bijvoorbeeld reacties betreffende de zwarte pieten-discussie, de komst van asielzoekers en het protest van de boeren tegen de stikstofmaatregelen van de regering. Vooral de hashtag #boerenprotest op Twitter een reeks indirecte bedreigingen oplevert die representatief zijn voor onze classificatie van dreigingen in de context van populistisch sentiment.” Echter betreft het hier wel vaak prominente politici, zoals leden van de Tweede Kamer. Zij staan dichter bij het landelijke, politieke, debat en worden sneller geassocieerd met beleidsmaatregelen.

Ondermijning van lokaal gezag  

De vijandelijke toon jegens volksvertegenwoordigers op sociale media is onaanvaardbaar en doet afbreuk aan het politieke debat in een open samenleving als de onze

Vooral bedreigingen vanuit het populistisch sentiment en vanuit het criminele circuit kunnen een ondermijnend effect hebben. Ze kunnen dusdanig intimiderend zijn dat lokale ambtsdragers zich beperkt voelen in hun handelingsvermogen. Op die manier kunnen bedreigingen een onzichtbare en niet-legitieme invloed op beleid vormen. De drie verschillende soorten van bedreigingen die in dit onderzoek naar voren komen vragen elk om een verschillende aanpak. Hierbij moet worden samengewerkt met verschillende stakeholders, stellen de onderzoekers. De beroepsverenigingen en de politie moeten methodes ontwikkelen om op gepaste wijze met deze bedreigingen om te gaan. Ook moeten sociale mediaplatvormen hun verantwoordelijkheid nemen in het verwijderen van de bedreigingen. Daarnaast moet de burger zelf ongehoord gedrag herkennen en tegenspreken. “De vijandelijke toon jegens volksvertegenwoordigers op sociale media is onaanvaardbaar en doet afbreuk aan het politieke debat in een open samenleving als de onze”, concluderen de onderzoekers.

Vervolgonderzoek 

Voor het vervolgonderzoek is in samenwerking met de Vereniging Nederlandse Gemeenten een enquête onder alle burgemeesters, wethouders en raadsleden uitgezet.

Betrokken onderzoekers  

Vanuit de Universiteit Utrecht zijn dr. Mirko Schaefer (Media en Performance Studies), Max Boiten (Media en Performance Studies), Sander Prins (ICT & Media), Marjolein Krijgsman (Utrecht Data School) en Joris Veerbeek (Utrecht Data School) betrokken. Allen werken ook voor de Utrecht Data School en zijn betrokken bij het focusgebied Governing the Digital Society.