Joop Schippers onderzoekt vijf maanden fulltime de toekomst van werk

Jonge mannen met laptops buiten bij ochtendgloren

Hebben alle werkenden wel evenveel baat bij de introductie van nieuwe technologie in hun vak? Wat voor eisen worden aan jongeren gesteld als ze de arbeidsmarkt betreden? En hoe kunnen we zorgen dat lifelong learning ook echt voor iedereen is weggelegd? 

Deze en andere vragen gaat arbeidseconoom Joop Schippers van de Universiteit Utrecht de komende tijd proberen te beantwoorden. Hij stort zich vijf maanden volledig op onderzoek naar hoe mensen in de toekomst een duurzame carrière voor zichzelf kunnen realiseren. De titel van zijn onderzoek is: The future of work: sustainable careers, lifelong learning and basic jobs. Hij is hiervoor uitgenodigd door NIAS-KNAW, een instituut voor onderzoekers in de sociale - en geesteswetenschappen, dat onderdeel is van de KNAW. Elk jaar selecteert dit instituut een aantal gerenommeerde onderzoekers die zich bij hen in Amsterdam volledig aan hun eigen onderwerp wijden, vrijgesteld van onderwijstaken.

Ik richt me dit keer specifiek op jongeren: wat heeft de arbeidsmarkt van de toekomst voor hen in petto? En welke eisen worden aan hen gesteld?

“Een eervolle klus”, zegt Schippers, “die perfect aansluit bij het Future of Work onderzoek, dat ik met collega’s aan de Universiteit Utrecht doe. Mijn bevindingen zal ik beschrijven in een whitepaper, die een vervolg is op de paper “Op weg naar een duurzame arbeidsmarkt”, die we in 2015 met een aantal collega’s uit verschillende disciplines hebben gemaakt. Deze keer richt ik me meer specifiek op jongeren. Wat heeft de arbeidsmarkt voor jongeren in petto? Wat voor eisen worden er aan hen gesteld? En wat doen we, als niet iedereen kan meedoen?”

Leven lang leren niet altijd makkelijk

Een deel van Schippers' onderzoek gaat zich daarbij richten op het principe van een “leven lang leren". Dat wordt vaak als een oplossing gezien om de negatieve effecten van nieuwe technologie op de arbeidsmarkt tegen te gaan. Mensen blijven zichzelf bijscholen en omscholen, zodat ze hun baan niet kwijt raken of kans maken op een nieuwe baan. “De vraag is echter hoe we een "leven lang leren" als maatschappij en als individu kunnen vormgeven. Voor sommige werkenden is een terugkeer naar de schoolbanken niet weggelegd. Die zijn al blij dat ze een vak hebben geleerd, waarin ze nu gelukkig zijn en goed functioneren”, aldus Schippers. 

Aandachtsbaan

“Wat is het alternatief? Kunnen werkenden in eenvoudigere banen wellicht ook een keer ergens anders een tijdje meewerken of meelopen, concreet wat doen? Ik ben bijvoorbeeld benieuwd naar de “aandachtsbaan”, in de zorg. Daarin doen mensen het werk, waar verplegers niet aan toekomen: gezelschap bieden, een praatje maken, voorlezen, samen eten met patiënten. Werk dat gedaan kan worden door mensen die anders wellicht thuis zitten.” Arbeidseconoom Schippers wil uitzoeken wat er mogelijk is, wat er in de pratijk wel en niet werkt. Hij praat met het UWV, met bedrijven, met sociale partners. Hij put uit ander onderzoek en informeert bij het NIAS ook bij collega’s uit andere landen hoe men daar met dezelfde kwesties omgaat. 

Joop Schippers werkt tot 1 juli in Amsterdam aan dit onderzoek, als fellow bij NIAS-KNAW. NIAS staat voor het Netherlands Institute for Advanced Study in the Humanities and Social Sciences. Het is naar eigen zeggen "een vrijhaven" voor onderzoekers in de sociale - en geesteswetenschappen. De fellows die NIAS jaarlijks selecteert, kunnen ook kunstenaar, journalist of schrijver zijn. Het “fellowship” van Joop Schippers wordt mede mogelijk gemaakt door NSVP, een stichting die via hun kenniscentrum "Innovatief in werk", wetenschap en praktijk met elkaar verbindt. Op dit moment wordt hard gewerkt aan de afronding en publicatie van het whitepaper. Al nieuwsgierig? De NSvP interviewde Joop Schippers alvast.

Presentatie bij het NIAS bij de start van het onderzoek

Joop Schippers legt uit wat hij onderzoekt.
NIAS-KNAW
Het gebouw van NIAS-KNAW in Amsterdam.