In memoriam Mathieu Segers
Op 16 december 2023 overleed op 47-jarige leeftijd Europahistoricus Mathieu Segers in zijn woonplaats Maastricht. Jorrit Steehouder deelt herinneringen aan zijn promotor en schreef dit in memoriam om hem te gedenken.
In 2007 kwam Mathieu als universitair hoofddocent naar de Universiteit Utrecht, nadat hij in Nijmegen was gepromoveerd op een proefschrift over de Frans-Duitse betrekkingen in de jaren vijftig. Gedurende negen jaar was Mathieu verbonden aan de afdeling Geschiedenis van de Internationale Betrekkingen, tot hij in 2016 Utrecht verruilde voor de Universiteit Maastricht. Daar, waar zijn wortels lagen, kwam hij thuis en werd hij zijn ware zelf: een wetenschapper en publiek intellectueel, die oog had voor de menselijke maat en zich sociaal betrokken toonde.
Ook in Utrecht liet Mathieu zijn sporen na. Als student had ik het genoegen om colleges bij hem te volgen. Later werden we collega’s en uiteindelijk zelfs Mitstreiter in het NWO-onderzoeksproject Blueprints of Hope, over de vroege wortels van de Europese integratiegeschiedenis.
De hoorcolleges van Mathieu waren speciaal. Hij kon gepassioneerd, eloquent en met precisie over zijn vakgebied vertellen. Achter de Dom, op tweehoog, gaf hij geheel uit het hoofd zijn vertogen over de Geschiedenis van de Europese integratie. Hij nam ons mee in de intriges van de macht, de Frans-Duitse betrekkingen en de bureaucraten achter de schermen. Vaak deed hij dat met aanmerkelijk gevoel voor de monumentale en vaak emotioneel beladen momenten die de geschiedenis van de Europese eenwording rijk is. In die jaren was ik zelf overigens geen al te beste student, druk met andere dingen. Nadat Mathieu mij het mondelinge hertentamen met de hakken over de sloot gunde, volgde het advies om iets beter mijn best te doen en wat vaker een boek open te slaan. Dat advies nam ik ter harte, niet vermoedend dat hij bijna tien jaar later mijn promotor zou worden.
Achteraf bezien legde Mathieu al in zijn Utrechtse jaren en in zijn hoorcolleges de kiem voor zijn recent bij Cambridge University Press gepubliceerde The Origins of European Integration: The Pre-History of Today’s European Union, 1937-1951. Als student waren wij hier al deelgenoot van. Het is zijn levenswerk en nalatenschap aan de academische gemeenschap.
In de ondertitel van dit boek ontwaart zich bovendien een andere eigenschap die Mathieu niet alleen tot een geliefd docent maakte, maar ook tot geroemd duider van al dat Europees was. Hij had het vermogen om de diepere geschiedenis van de Europese integratie en de internationale politiek te verbinden aan de ontwikkelingen in de hedendaagse Europese Unie. Daarbij betrok hij bovendien ook de leef- en denkwereld van de grote intellectuelen, schrijvers en diplomaten van twintigste eeuw, van Roger Martin du Gard tot Umberto Eco, Isaiah Berlin en George Kennan. Dat maakte Mathieu uniek in zijn soort. Soms was het ook onnavolgbaar voor de minder literaire-verstaanders, waartoe ik mezelf ook reken. Het inspireerde wél om zelf ook eens het werk van Thomas Mann, Curzio Malaparte en Carlo Levi ter hand te nemen.
In zijn Utrechtse jaren was Mathieu een productief schrijver. Zo bezorgde hij de Europese dagboeken van Max Kohnstamm in twee delen (2008 en 2011). In 2013 volgde het met de Prinsjesboekenprijs bekroonde Reis naar het continent, over de (ambivalente) Nederlandse verhouding tot het Europese integratieproject. In de aanloop naar de Europese verkiezingen van 2014 verscheen Waagstuk Europa. Zijn boeken werden door een breed publiek gelezen. Een selectie van de columns die hij zeven jaar lang voor het Financieel Dagblad schreef, werd in 2016 gebundeld in Europa en de terugkeer naar de geschiedenis.
Na zijn vertrek naar Maastricht bleef Mathieu betrokken bij het onderzoeksproject NWO Blueprints of Hope, waar hij als medetrekker promovendi begeleidde (onder wie ondergetekende). In december 2020 kwam als een donderslag bij heldere hemel het onheilsbericht van Mathieus ziekte. Een zwaar behandeltraject volgde. Toch bleef hij onverminderd gedreven in zijn werk. Dat was vooral zichtbaar in het publieke debat over Nederland en Europa en de zorgen die Mathieu hierover uitte. Ook als promovendus was dit te merken. Onze gesprekken over onderzoek, wetenschap en samenleving werden zelfs frequenter, ook naarmate mijn proefschrift voltooiing naderde. Hier haalde hij veel voldoening uit en hij was er ook ontzettend trots op. Het betekent veel voor mij dat Mathieu – ondanks zijn ziek zijn - in januari 2022 bij mijn verdediging was.
Onderwijl werkte Mathieu gestaag door aan de voltooiing van The Origins of European Integration. Als co-editor van de Cambridge History of the European Union werkte hij bovendien aan hét standaardwerk over de Europese integratiegeschiedenis. Een maand voor zijn overlijden verschenen beide werken.
Het overlijden van Mathieu is een groot verlies voor de wetenschap, politiek en samenleving. Veel te vroeg moeten wij afscheid nemen, juist nu zijn stem in het Europadebat zo nodig is. Bovenal verliezen we een mooi mens.
Wij wensen zijn vrouw en drie kinderen alle kracht toe om dit verlies en verdriet een plaats te kunnen geven.