Diploma van een niet-Nederlandse universiteit

Let op: 60 studiepunten is gelijk aan 1 jaar full-time studeren (European Credit Transfer system, ECTS). 

Competenties

Dit is een selectieve master. Je kunt worden toegelaten tot het programma Cultuurgeschiedenis en erfgoed als je een bachelordiploma hebt van een nederlandse universiteit (of een buitenlands equivalent daarvan) en beschikt over onderstaande competenties: 

• Je hebt een aantoonbare belangstelling voor culturele geschiedenis, culturele vraagstukken in de moderne samenleving, erfgoed of publieke geschiedenis.
• Je bent in staat om theorieën en concepten op het gebied van cultuur of erfgoed te hanteren en te evalueren op basis van je kennis van culturele geschiedenis. Dit blijkt uit een bachelordiploma geschiedenis met tenminste 30 EC aan verdiepende cursussen op het gebied van cultuurgeschiedenis, geschiedenis van ideeën, wetenschap of filosofie, cultuurtheorie, kunstgeschiedenis of een vergelijkbaar terrein, of uit een bachelordiploma in de geesteswetenschappen met tenminste 30 EC aan geschiedeniscursussen.
• Je bent in staat om zelfstandig historisch onderzoek op te zetten en uit te voeren met gebruikmaking van de analytische en methodologisch vaardigheden verworven tijdens je bachelorstudie, en je bezit goede vaardigheden in het lezen en schrijven van academische teksten. Dit blijkt uit je bacheloreindwerkstuk of een onderzoekspaper dat je als writing sample instuurt bij je aanmelding.
• Je bezit initiatief, goede communicatieve vaardigheden en vaardigheden tot samenwerken. Dit blijkt uit je CV, je extra-curriculaire activiteiten en eventuele aanbevelingsbrieven.

Selectieprocedure

Een toelatingscommissie beslist of je wordt toegelaten tot het programma. Aan de hand van de door jou aangeleverde documenten beoordeelt de commissie of je in staat bent het programma met goed gevolg en binnen de tijd die ervoor staat af te ronden. De commissie weegt daarbij mee:

• Algemeen academisch denk- en werkniveau.
• Niveau van de relevante kennis en beheersing van relevante methoden en technieken.
• Motivatie voor het programma en interesse in cultuurgeschiedenis.
• Communicatieve vaardigheden, initiatief en vermogen tot samenwerken.
• Beheersing van de in het programma gehanteerde taal of talen.

Een toelatingsgesprek kan deel uitmaken van de selectieprocedure als er twijfel bestaat over je geschiktheid, je motivatie of beide. In dat geval ontvang je na je aanmelding via de mail een uitnodiging van de coördinator van het programma voor een dergelijk gesprek.