“Met voeding kunnen we gezondheidsproblemen voorkomen”
Rilana van de Lande is voedingsdeskundige bij het voedingscentrum van het Universitair Dierenziekenhuis. Dagelijks adviseert zij mensen over de juiste voeding voor hun (huis)dier.
“Mijn interesse in voeding begon al vroeg”, vertelt voedingsdeskundige Rilana van de Lande. “Tijdens de opleiding Diermanagement kwam ik erachter hoeveel effect voeding heeft op je gezondheid. Dat vond ik zo interessant dat ik besloot de opleiding Voeding en Diëtiek te volgen. Toen miste ik het bezig zijn met dieren, totdat de perfecte baan zich aandiende: mensen en hun (huis)dieren begeleiden in combinatie met wetenschap binnen het Universitair Dierenziekenhuis.”
Bouwstenen van het lichaam
“Voeding is een belangrijk onderdeel van een behandelplan. De juiste voeding is belangrijk voor de kwaliteit van leven, voeding levert de bouwstenen van je lichaam. Natuurlijk is elk dier verschillend. Factoren zoals leeftijd, ras, omgeving en genen spelen een rol in de gezondheid van het dier.”
Veganistische trend
“Bij het geven van voedingsadvies kijk ik wat er speelt in het leven van diereigenaren. Wat doen ze zoal met hun (huis)dier en wat vinden ze belangrijk? Sommige eigenaren voeren graag brokken, terwijl anderen voor hun huisdier willen koken. Steeds vaker krijg ik de vraag naar veganistische voeding voor de hond of kat. Trends die bij mensen in opkomst zijn, willen eigenaren steeds vaker toepassen op hun (huis)dier. Dat is soms zorgelijk, honden en katten zijn vleeseters (carnivoren). In tegenstelling tot een kat kan een hond wel plantaardig materiaal verteren. Je kunt een hond vegetarisch voeren als je dit aanvult met supplementen, maar dit heeft niet de voorkeur. Veganistisch voeren raden we af voor zowel honden als katten. Er is al veganistische voeding op de markt, maar op langere termijn weten we niet wat de effecten zijn. Tekorten zijn pas zichtbaar na een aantal jaar.”
Diereigenaren vragen steeds vaker om veganistische voeding
Problemen voorkomen met voeding
“We zetten voeding in om klachten te verminderen, of zelfs te voorkomen”, gaat Van de Lande verder. “Onlangs stond er een man aan mijn balie, omdat zijn hond gewrichtsproblemen had. Ik heb hem aangeraden een supplement bij de voeding te geven. Vaak zie je daarvan al na drie weken effect. Hoewel de man erg sceptisch was, kwam hij een paar weken later twijfelend terug. Hij vermoedde dat ik wel eens gelijk kon hebben, maar was nog niet helemaal overtuigd. Tot hij na een paar maanden weer langskwam en vertelde duidelijk effect te merken van het voedingssupplement. Hij was er even mee gestopt, maar toen ging zijn hond weer achteruit. Toen hij het supplement weer gaf, verbeterde de conditie van de hond aanzienlijk. Hij kon er niet meer omheen. Hij gaf dit supplement ook direct aan zijn jonge hond, een nakomeling van zijn oudere hond.”
“Soms kun je met voeding problemen voorkomen. Sommige rassen hebben meer problemen dan andere rassen. Grote rassen kampen bijvoorbeeld vaak met gewrichtsproblemen. Dan adviseren we op jonge leeftijd al voeding die de gewrichten ondersteunt. Zo stellen we eventuele (ras)specifieke problemen uit. Soms zie ik een bepaald ras in de wachtkamer en dan heb ik al een vermoeden welke klacht het dier heeft.”
Door intensieve begeleiding viel zijn hond af als een speer
Jack Russel van 23 kilo
“Een ervaring die mij het meest is bijgebleven, had ik in mijn eerste jaar bij het voedingscentrum”, herinnert Van de Lande zich. “Er kwam een baasje binnen met een strompelende hond die letterlijk door zijn poten zakte. De man zei: ‘Als u mij niet kan helpen, dan weet ik het niet meer’. Zijn hond was een Jack Russel van 23 kilo. Normaliter wegen Jack Russels gemiddeld vijf tot zes kilo. De man had de hond overgenomen van zijn moeder, omdat hij zag dat het de verkeerde kant op ging met het dier. Ik begeleidde hem intensief: we hadden elke maand contact en zijn Jack Russel viel af als een speer. Hij speelde weer met zijn bal, kon weer lopen en was niet meer kortademig. Zes maanden later zag ik dezelfde man in de wachtkamer, maar de hond herkende ik niet. Ik vroeg of het dezelfde hond was of een andere? De man antwoordde enthousiast: ‘Ja, dit is hem en het is weer een jonge hond geworden.’ Zo zie je maar hoe belangrijk voeding is. De juiste voeding in de juiste hoeveelheid maken een wereld van verschil.”