Komt een paard bij de dierenarts

Meten is weten. De technologie om precies te zien hoe een paard beweegt, zit in de lift. Bij mensen wordt bewegingsanalyse al langer toegepast.

Grand Prix dressuuramazone Jolanda de Pijper en onderzoeker Filipe Serra Bragança analyseren de bewegingen van paard Bombay
Grand Prix dressuuramazone Jolanda de Pijper en onderzoeker Filipe Serra Bragança analyseren de bewegingen van paard Bombay

Komt een paard bij de dokter… Als de patiënt in deze mop een mens was, zou het verder gaan met: ‘Dokter, mijn rechter onderbeen doet pijn’. Maar paarden kunnen niet praten. ‘Dat maakt het lastig om precies te weten waar het vandaan komt als ze bijvoorbeeld kreupel zijn’, constateert Filipe Serra Bragança, onderzoeker aan de faculteit Diergeneeskunde. ‘Ook al kan de eigenaar van het dier wel praten wil dat nog niet zeggen dat deze adequaat de zere plek aan kan wijzen. Het is niet ongebruikelijk dat de eigenaar van een paard denkt dat de kreupelheid linksvoor zit en het uiteindelijk rechtsachter blijkt te zijn.’ Aan de dierenarts de lastige taak om een diagnose te stellen, maar dat is niet altijd eenvoudig, aldus Serra Bragança. ‘Zelfs als een team van de beste dierenartsen ter wereld naar een paard kijkt, zijn ze het lang niet altijd eens over de locatie en ernst van de kreupelheid.’

De hand van een onderzoeker checkt de sensor die is aangebracht op de enkel van een paard.
Sensor om het onderbeen van het paard.

Daarom is bewegingsanalyse om objectief te bepalen waar de pijn zit hard nodig. En op dat gebied worden de laatste jaren grote sprongen gemaakt, vertelt een enthousiaste Serra Bragança. ‘Inmiddels hebben we een paar systemen beschikbaar om bewegingsonderzoek te doen bij paarden, als Universiteit Utrecht hebben we bijvoorbeeld samen met twee partners het meetsysteem Equimoves ontwikkeld om snelle en betere diagnostiek mogelijk te maken.’

Paarden en Parkinsonpatiënten

In de humane geneeskunde zijn ze al wat verder met zulke technologieën. In feite werkt het hetzelfde als bij dieren, zegt Jaap van Dieën. Hij is hoogleraar en hoofd van het departement Bewegingswetenschappen van de Vrije Universiteit in Amsterdam. ‘Het gaat bij mensen - net als bij paarden - om camerasystemen waarmee je hun bewegingen vastlegt. Wij combineren dat meestal met lopen op de treadmill, loopband. Zo kun je gemakkelijk veel stappen meten. Tegenwoordig wordt ook de kracht op de voeten gemeten, dat geeft een heel compleet beeld. Qua ontwikkeling van de techniek is men veel bezig met het makkelijker proberen te maken voor de praktijk om het systeem te gebruiken. Bijvoorbeeld met goedkopere sensoren in plaats van camera’s. Momenteel komt er ook een beweging op gang waarbij men big data verzamelt, van veel mensen met veel aandoeningen. Want als je een patiënt matcht aan een grote database, heb je misschien nog maar drie sensoren nodig in plaats van twintig.’

Het klinische deel van onderzoek naar kreupelheid is erg subjectief. Je ziet die subjectiviteit ook in de humane geneeskunde.

Hoogleraar en hoofd van het departement Bewegingswetenschappen van de Vrije Universiteit in Amsterdam

Paarden waarvan de bewegingen geanalyseerd worden, zijn op dit moment meestal topsportpaarden. Bij mensen is dat breder. Van Dieën houdt zich vooral met klinische toepassingen bezig. ‘Bijvoorbeeld bij cerebrale parese. En wij kijken veel naar de problemen rond vallen bij ouderen, mensen die een beroerte hebben gehad of aan Parkinson lijden. De vraag is hoe gezonde mensen het presteren om niet te vallen en wat er mis gaat bij deze patiëntgroepen. Zou je dat vroeg kunnen herkennen en dan tijdig ingrijpen? Verder is medicatie altijd moeilijk af te stellen. Als je aan een bewegingspatroon kunt zien - sneller dan met subjectieve waarneming - of de medicijnen op het juiste niveau zitten, dan kun je zo de medicatie bijregelen. We houden ons ook bezig met vroege diagnostiek. Parkinson wordt vaak heel laat pas ontdekt, terwijl mensen al jaren vage klachten hebben en je waarschijnlijk veel meer aan behandeling kunt doen in een vroeg stadium. De hoop is dat we dankzij de bewegingspatronen vroeg een ziekte of probleem kunnen ontdekken. Dat zal bij paarden niet anders zijn.’ Vroegdiagnostiek is ook een wens bij paarden, beaamt Serra Bragança. ‘Maar we lopen nog jaren achter op de humane geneeskunde wat bewegingsanalyse betreft. Wij zijn eigenlijk met paarden pas net begonnen, daarom zie ik een gigantisch potentieel, in de hele breedte van de paardensport, van manegepaard tot topatleet.’

Grand Prix dressuuramazone Jolanda de Pijper en onderzoeker Filipe Serra Bragança analyseren de bewegingen van paard Bombay.
Grand Prix dressuuramazone Jolanda de Pijper en onderzoeker Filipe Serra Bragança analyseren de bewegingen van paard Bombay.

Grand Prix dressuuramazone Jolanda de Pijper volgt de ontwikkelingen vol interesse. Ze hoopt namelijk met haar Bombay internationaal te gaan starten. ‘Bombay kent alle oefeningen al, dus nu is het finetunen en kracht trainen, we trainen wel vijf keer per week. Mijn grootste angst is dat hij een blessure oploopt, dan val je terug. Dus hoe eerder je zo’n blessure bespeurt en lokaliseert hoe beter. Het is goed voor de sportresultaten, maar ook voor het welzijn van je dier, als ruiter draag ik immers ook de verantwoordelijkheid voor zijn gezondheid. Wie weet kun je met nieuwe technologie wel maandelijks meten hoe een paard ervoor staat. Is een bepaald been wat zwakker, dan kun je daarop oefenen, een trainingsplan maken. Dat lijkt mij erg interessant.’

Vastgeroeste ideeën

De grootste winst van het gebruik van technologie is volgens Serra Bragança de objectiviteit. ‘Het klinische deel van onderzoek naar kreupelheid is erg subjectief. Alles wat volgt, ook de medicaties om te behandelen, is daardoor vaak onvoldoende wetenschappelijk onderbouwd. De analyse of het beter gaat na medicatie is vervolgens ook subjectief.’ Van Dieën ziet die subjectiviteit ook in de humane geneeskunde. ‘We hebben hele sterke ideeën: zo zit het. Clinici roepen bijvoorbeeld altijd dat een beenlengteverschil een enorm probleem is dat zich uit in rugklachten. Maar als je gaat meten, zie je dat mensen dat verschil in lengte vaak keurig kunnen compenseren en dat er geen associatie met rugklachten te onderbouwen is. Het objectieve meten is vooral een manier om vastgeroeste opinies te ontkrachten.’

Ervaringsdeskundige De Pijper denk dat ook de dressuursport gebaat zou zijn bij objectievere methoden. ‘Wat er precies met een paard is, is soms zo lastig te pinpointen, zelfs met al die ogen die meekijken of misschien juist daardoor wel. Zet tien mensen op een rij en allemaal zeggen ze wat anders over een blessure. Als technologie helpt om meer op één lijn te komen, is dat winst.’

Mijn grootste angst is dat hij een blessure oploopt. Hoe eerder je zo’n blessure bespeurt en lokaliseert hoe beter

Jolanda de Pijper
Grand Prix dressuuramazone

Kennis combineren

Kan de humane geneeskunde - ondanks de voorsprong op dit gebied - ook wat opsteken van bewegingsanalyse bij dieren? ‘Zeker wel’, denkt Van Dieën. ‘Bij dieren zit grotere anatomische variatie tussen soorten en dat leert ons veel over onderliggende en evolutionaire principes. Verder is op het gebied van techniekontwikkeling wat meer toegestaan bij onderzoek bij dieren dan bij mensen.’ Serra Bragança: ‘Ik denk dat we nog meer samen kunnen werken, ideeën verzamelen en delen. Wij baseren veel van onze onderzoekskeuzes op wat al bekend is bij mensen. Wat bij mensen werkt, ga ik dan ook proberen. Met behulp van collega Van Dieën zijn we nu ook gestart met het meten van de beweging van paarden met technieken die bij mensen al langer gebruikt worden.’ ‘Dat zijn in feite gewoon geschaalde versies’, zegt Van Dieën. ‘Het verschil is niet groot. Mensen zijn natuurlijk makkelijker te instrueren, maar bij paarden is dat ook goed te doen. Paarden zijn goed te trainen, beaamt Serra Bragança. ‘Vanaf vroege leeftijd zijn ze immers al gewend om aan de hand te lopen, te draven en gelongeerd te worden. Wij willen de techniek nog makkelijker maken zodat je paarden kunt meten tijdens de training en dan meer gericht op preventie. In het Universitair Dierenziekenhuis bieden wij de eigenaren van onze patiënten al de optie van bewegingsanalyse aan, maar dan weten we nog niet hoe deze paarden in hun eigen omgeving bewegen. Daarom willen we graag bij trainingen kunnen meten, ook met die big data benadering die ze bij mensen willen toepassen. Met machine learning kunnen we de training van een paard dan optimaliseren.’
Komt een paard bij de dokter… Dat die grap niet met een gesprek verder gaat, is volgens Van Dieën trouwens niet alleen een nadeel. ‘Mensen kunnen praten ja, maar klachtenrepresentaties van patiënten kunnen juist misleidend zijn. Pijn is immers ook een psychologisch fenomeen, een kwestie van perceptie. Als je een mens vraagt waar de pijn zit, hoeft het antwoord niet alles te zeggen.
 

Ben je geïnteresseerd in bewegingsanalyse voor je eigen paard(en) of in het toepassen van Equimoves in uw dierenartsenpraktijk? Stuur dan een e-mail naar dierenziekenhuis@uu.nl.

Dit is een artikel uit Vetscience nr.11.

Vetscience