Jan Langermans benoemd tot hoogleraar Welzijn van Proefdieren

Het College van Bestuur heeft Jan Langermans per 1 november 2018 benoemd tot hoogleraar Welzijn van Proefdieren (0,2) bij het departement Dier in Wetenschap en Maatschappij van de faculteit Diergeneeskunde.

De Nederlandse overheid wil dat Nederland in 2025 koploper is op het gebied van proefdiervrije innovaties. De Universiteit Utrecht wil hier, samen met andere partners binnen Utrecht Life Sciences, maximaal aan bijdragen. Dit gebeurt onder meer in het nationale 3Rs-centre ULS. Tegelijk is duidelijk dat we op korte termijn niet helemaal zonder dierproeven kunnen. De faculteit Diergeneeskunde vindt het haar plicht om actief bij te dragen aan het terugdringen van dierproeven door alternatieven te ontwikkelen, maar ook om zo zorgvuldig mogelijk om te gaan met de proefdieren, zolang we ze nog inzetten.

“De faculteit ziet het als haar wetenschappelijke en maatschappelijke taak om het welzijn van dieren te bevorderen, inclusief het hierin opleiden van toekomstige dierenartsen en onderzoekers”, zegt prof. dr. Hans Heesterbeek, hoofd van het departement Dier in Wetenschap en Maatschappij waarbinnen de nieuwe leerstoel valt. “Wij richten ons op alle dieren, en speciaal op de dieren die een relatie hebben met de mens en menselijke activiteiten. Het welzijn van proefdieren verdient daarbij ook expliciet aandacht, maar kreeg dat tot nu toe nog niet op het niveau van een leerstoel. Nu wel. Daar ben ik blij mee.”

Er zijn volgens Heesterbeek verschillende manieren om het welzijn van proefdieren te verbeteren, zoals betere pijnstilling, betere huisvesting, en kooiverrijking. “Om te weten hoe het welzijn van dieren precies verbeterd kan worden, moet je ook onderzoek doen, bijvoorbeeld naar hun voorkeuren. Jan Langermans is een internationaal erkende expert op het gebied van dierenwelzijn en een autoriteit in Nederland op het gebied van welzijn van proefdieren.”

Welzijn van grote proefdieren

Langermans wil zich vooral richten op het welzijn van grote proefdieren, het verfijnen van de proeven met deze dieren en het breder uitdragen van het belang hiervan. Hij is werkzaam bij het BPRC, dat hem voor een dag in de week onderzoek wil laten doen in Utrecht om zijn visie over het welzijn van proefdieren te kunnen verbreden en uitdragen. “Het ecosysteem van de Uithof is volgens mij zeer geschikt om dit op brede schaal te realiseren. Mijn interesse en hart liggen vooral bij grote proefdieren. In Utrecht worden geen proeven gedaan met primaten. Mijn onderzoek zal zich richten op het welzijn van de diersoorten zoals konijnen, varkens en runderen.”

“Ik ben heel blij dat ik benoemd ben tot hoogleraar Welzijn van Proefdieren”, zegt Langermans. “Proefdieren zijn vooralsnog nog nodig in zowel veterinair als biomedisch onderzoek en het onderwijs aan studenten diergeneeskunde. Voor de dieren en ook voor het onderzoek is het belangrijk dat dit gebeurt onder omstandigheden waarbij het welzijn van de dieren zo optimaal mogelijk is. Daarom vind ik het vergroten van de kennis hierover en het delen daarvan met studenten en onderzoekers een belangrijke taak.”

Breed uitdragen

Langermans was betrokken bij meerdere promoties als copromotor en is al actief in het masteronderwijs van de Universiteit Utrecht (biologie) en de Universiteit Leiden (proefdierkunde). Het is zijn ambitie om bewustwording van dierenwelzijn van proefdieren als speerpunt te ontwikkelen. “Dat wil ik graag uitdragen en niet alleen in de organisatie van het onderwijs. Dit hoort breed uitgedragen te worden in het onderzoeksveld, en het is ook belangrijk om politieke en maatschappelijke groeperingen hierin mee te nemen en bij te betrekken. Veel mensen zijn niet goed op de hoogte van de activiteiten die op dit gebied al toegepast en ontwikkeld worden.”

Dierenwelzijn speelt een centrale rol bij de faculteit Diergeneeskunde. Daarom is er naast de leerstoel Dierwelzijn nu een aparte leerstoel Welzijn van Proefdieren.

Dr. Jan Langermans, geboren 9 mei 1960, studeerde af in 1987 in de biologie aan de Universiteit Utrecht. In 1992 behaalde hij zijn PhD (cum laude) aan de Universiteit Leiden. Sinds 2008 is hij verbonden aan het Biomedical Primate Research Centre (BPRC) te Rijswijk, waar hij vanaf 2014 als adjunct-directeur werkzaam is. Hij heeft meer dan 94 wetenschappelijke artikelen gepubliceerd en is betrokken bij een aantal Europese onderzoeksconsortia.