Hans Kooistra benoemd tot hoogleraar Interne Geneeskunde van Gezelschapsdieren

Het College van Bestuur heeft Hans Kooistra per 1 maart 2018 benoemd tot hoogleraar Interne Geneeskunde van Gezelschapsdieren bij het departement Geneeskunde van Gezelschapsdieren van de faculteit Diergeneeskunde.

Kooistra studeerde in 1990 af aan de faculteit Diergeneeskunde. Na een korte periode in een eerstelijnspraktijk te hebben gewerkt, volgde hij een internship en een residency interne geneeskunde van gezelschapsdieren bij het departement Geneeskunde van Gezelschapsdieren.

Hans Kooistra

In 1997 behaalde hij de Europese specialistentitel. Hij promoveerde in 2000 (cum laude) op onderzoek naar de hypofysefunctie bij honden. In 2004 werd hij aangesteld als universitair hoofddocent bij het departement Geneeskunde van Gezelschapsdieren, met als aandachtsgebieden de endocrinologie en de voortplanting. Van 2007 tot 2009 was hij voorzitter van de European Society of Veterinary Endocrinology. Vanaf 2016 coördineert hij het klinisch onderzoek bij zijn departement. Vorig jaar werd Kooistra benoemd als lid van de Onderzoeksraad van de faculteit.

Geneeskunde van de kat 

“Ik ben erg blij met deze benoeming", zegt Hans Kooistra. "Het is een voorrecht om leiding te mogen geven aan de uiterst gemotiveerde en deskundige collega’s in de divisie interne geneeskunde van gezelschapsdieren. De komende jaren zal ik me wat betreft gezondheidszorg inzetten voor het ontwikkelen van een aantal speerpunten van de interne geneeskunde, zoals de neurologie, de cardiologie, de oncologie en de genetica. Ook zal er meer aandacht moeten komen voor de geneeskunde van de kat.”

Hans Kooistra (links in beeld) behandelt een patiënt met schildklierproblemen
Hans Kooistra (links) behandelt een patiënt met schildklierproblemen.

Belangrijke rol in de samenleving

Op het gebied van onderzoek wil Kooistra zoeken naar meer samenwerking met onderzoeksgroepen buiten het departement. “Aandacht voor het welzijn van onze huisdieren en het terugdringen van erfelijke aandoeningen en schadelijke raskenmerken zal veel aandacht krijgen binnen ons onderzoek.” Ook in het onderwijs (zowel voor studenten als post-academisch) ziet hij nog veel ruimte voor modernisering, zoals het digitaliseren van onderwijs en het meer toepassen van blended learning. “Last but not least, wil ik bewerkstelligen dat we ons steeds meer bewust zijn van onze belangrijke rol in de samenleving. Als hét kenniscentrum op het gebied van de gezondheid van gezelschapsdieren hebben we veel te bieden, én we willen graag samenwerken met partners.”