Femke van Esch benoemd tot hoogleraar European Governance and Leadership of the European Union
Met ingang van 1 september 2021 is Femke van Esch benoemd tot hoogleraar European Governance and Leadership of the European Union, bij het departement Bestuurs- en Organisatiewetenschap (USBO) van de faculteit Recht, Economie, Bestuur en Organisatie. In haar leerstoel wil zij twee aspecten van bestuur en beleid van de Europese Unie gaan benadrukken: legitimiteit en leiderschap.
‘Ik denk dat het belangrijk is dat als academicus onderzoek doet naar de dingen waarin burgers geïnteresseerd zijn en naar de manier waarop Europa bij hen de huiskamer binnenkomt’, zegt Femke van Esch. ‘En daarin spelen politieke leiders een grote rol’. Tegelijkertijd is de Europese Unie zo ingericht dat er geen top-down leiderschap mogelijk is: geen van de landen, geen van de instellingen, geen van de leiders is de baas over anderen. Je hoort vaak dat Brussel ons iets oplegt, maar in Brussel zitten onze eigen ministers de beslissingen te nemen. Als je invloed op de EU wilt uitoefenen, dan moet je dus niet per se in Brussel ‘maar juist ook in Den Haag zijn’.
Prof. dr. Femke van Esch heeft expertise op het gebied van leiderschap, Europese (economische en monetaire) integratie en de methode van comparative cognitive mapping (CCM). In haar proefschrift bestudeerde zij de rol van overtuigingen van leiders bij de totstandkoming van de Europese Economische en Monetaire Unie (EMU).
In haar onderzoek bestudeert Van Esch de Europese reactie op Europese crises en de legitimiteit van het leiderschap van de EU, waarbij ze zich in het bijzonder richt op de rol van overtuigingen van leiders, nationale cultuur en de politiek-psychologische dimensie van legitimiteit. Zij was workpackage leader en maakte deel uit van de management board van het Horizon2020 Transcrisis Project, dat zich richtte op grensoverschrijdende crisismanagement capaciteiten van de EU en multi-level leiderschap (https://www.transcrisis.eu/).
Daarnaast initieerde zij verschillende projecten gericht op cognitive mapping als onderzoeksmethode om zowel de beleidsideeën van politieke elites als de opvattingen van Europese burgers over de Europese Unie te bestuderen.
Femke van Esch is coördinator van het interdisciplinaire, Double Degree masterprogramma European Governance van de faculteit Recht, Economie, Bestuur en Organisatie in samenwerking met Masaryk University Brno, University of Konstanz en University College Dublin.
Van Esch heeft in de loop der jaren tal van cursussen gegeven op het gebied van Europees bestuur, leiderschap, internationale betrekkingen, politicologie, bestuurskunde en kwalitatief onderzoek en heeft tweemaal de USBO Beste Docent prijs gewonnen. Zij is lid van de Faculteitsraad, maakt deel uit van het USBO Masteropleidingsbestuur en was voorzitter van de USBO Opleidingscommissie.
Naast haar academische werk mengt Van Esch zich regelmatig in publieke en beleidsdebatten over leiderschap en Europees bestuur met blogs en mediaoptredens. Van 2011-2019 was zij lid van de Commissie Europese Integratie van de Adviesraad Internationale Vraagstukken die de Nederlandse ministers van Buitenlandse Zaken en Europese Zaken en de minister van Defensie adviseert.
Legitimiteit en Leiderschap in de EU
Binnen haar leerstoel wil Femke van Esch twee aspecten van European Governance explicieter benadrukken: legitimiteit en leiderschap. In hoeverre is leiderschap van de EU en binnen de EU legitiem? Hoe werkt het precies en hoe reageren burgers erop?
‘Binnen de Europese studies gaat het vrijwel altijd over de instituties, de Europese commissie en het beleid en dergelijke,’ zegt Femke van Esch. ‘In de media gaat het echter vaak over de ‘poppetjes’, de belangrijke leiders: wat doet Merkel; wat heeft Orbán gezegd en hoe kijkt Rutte daar tegenaan? Met name in crisissituaties spelen de leiders een belangrijke rol en dit is ook wat de burgers mee krijgen van Europa. Ik denk dat het belangrijk is dat je daar als academicus ook onderzoek naar doet, naar de dingen waarin burgers geïnteresseerd zijn, naar de manier waarop Europa bij hen de huiskamer binnenkomt. Dat is mijn ambitie.
Als wij als burgers naar de Europese Unie kijken, dan gaat het over leiders die op afstand staan, waar we minder interactie mee hebben dan met nationale politici. Die afstand creëert een andere dynamiek in hoe burgers denken over de EU en over leiderschap. Dat werkt het eigenlijk net zoals met filmsterren: wat we weten wordt voor een groot deel bepaald door wat die leiders communiceren en hoe dat in de media komt. Beeldvorming. Dat is wat burgers zien en waarop ze hun standpunten baseren. Met politieke leiders uit eigen land heb je andere, persoonlijker ervaringen en meer diverse informatie. Je kunt wensen dat de afstand tot de EU kleiner was, maar als wetenschapper wil ik vooral onderzoeken hoe dat werkt.
De Europese Unie is juist zo ingericht dat er geen top-down leiderschap mogelijk is: geen van de landen, geen van de instellingen, geen van de leiders is de baas over anderen.
Als het misgaat, ligt het aan Europa en als er succes is, dan komt het door de nationale politiek, dat is ook deel van die beeldvorming. Tegelijkertijd is de algemene tendens dat als er een crisis is, zoals nu rondom corona, dat er een roep klinkt om meer Europees leiderschap, centralisatie van macht en visie. Maar dat is eigenlijk een leeg statement, want als je vraagt om visie, om welke visie vraag je dan? Er zijn nogal veel verschillende visies op hoe het verder moet. Bovendien gaat die roep uit van een ouderwets, top-down idee van leiderschap dat niet past bij de EU. Want stel je voor dat de EU ons komt uitleggen wat wij moeten doen, dan vinden we leiderschap ineens niet zo prettig meer.’
‘De Europese Unie is daarom juist zo ingericht dat er geen top-down leiderschap mogelijk is: geen van de landen, geen van de instellingen, geen van de leiders is de baas over anderen’ gaat Van Esch verder. Je hoort vaak dat Brussel ons iets oplegt. ‘Maar wat legt de EU ons op? Alleen wat wij aan de EU gevraagd hebben om ons op te leggen. De EU staat niet buiten ons, wij zijn Europa. In Brussel zitten onze eigen ministers de beslissingen te nemen, samen met de ministers uit de andere landen. Achteraf mopperen ze dan soms over de beslissingen die ze zelf hebben genomen.’
Crisis na crisis houdt de EU op de agenda
‘Ik heb zelf geen sterke ideologische gedachte over de EU,’ zegt Femke van Esch. ‘Ik vind niet dat er per se een supernationaal centraal gezag in de EU moet komen, bijvoorbeeld’. Ik vind het wel belangrijk om te vertellen waar burgers moeten zijn als ze willen dat de EU iets gaat doen, of juist niet gaat doen. Waar ze hun stem kunnen laten horen, hoe ze effectief kunnen protesteren, waar ze invloed kunnen uitoefenen. Het antwoord is dan vaak dat je niet per se in Brussel maar juist ook in Den Haag moet zijn. Of in Den Haag én in Parijs én in Berlijn.
Als het bijvoorbeeld gaat om de Europese aanpak van het (corona)zorgbeleid: daarover beslist uiteindelijk de Raad van Ministers – waarin onze eigen minister van Volksgezondheid zit. Hij wordt weer gecontroleerd door de tweede kamer. Ook minister-president Rutte en het Europees Parlement hebben natuurlijk inspraak, maar als je hier iets over wilt zeggen, kun je Den Haag dus niet overslaan. Die Raad van Ministers is overigens zo ongeveer het allerbelangrijkst orgaan binnen de EU en die zien we eigenlijk heel weinig in het nieuws. Dat is wel opvallend en jammer.
Ik ga me de komende jaren onder andere ook verder bezighouden met het Europese monetaire beleid, een van mijn expertises. Het is interessant om te zien hoe bijvoorbeeld Christine Lagarde bij de ECB opereert en wat de opvolger van Merkel gaat doen: Of het gedachtegoed van individuele leiders het beleid kan sturen, of niet. Dat Europe nu gezamenlijke leningen aangaat, er economische veel gestimuleerd wordt, dat werd jaren als een groot taboe gezien. Dat zelfs de Duitsers daar nu voorstander van zijn, is een interessante omwenteling.
‘Ik ga Angela Merkel trouwens wel missen. Ik moet op zoek naar een nieuwe favoriete leider,’ zegt ze lachend. Maar vervelen hoeft Van Esch zich zeker niet: ‘Toen ik begon met mijn studie van de EU was Europa nog een saai onderwerp maar ondertussen stromen onze cursussen en opleidingen al jaren vol. De ene crisis na de andere houdt de EU op de agenda, en dat wekt veel interesse van studenten.’
Meer informatie
Wilt u meer weten over Femke van Esch, kijk dan op haar persoonlijke pagina.