Deze sociologiemaster is niet voor spek en bonen

Geen ivoren torens voor beleidssociologen in wording, maar de paden op, de lanen in. De vijftig studenten van de masteropleiding Contemporary Social Problems interviewden hulpbehoevende Amsterdammers, gaan weldra gemeentelijke instanties bezoeken om te bekijken wat er wel en niet goed gaat in de dienstverlening, en overhandigen uiteindelijk een rapport aan de Amsterdamse ombudsman. Masterstudente Stefanie de Kleijn: “Ja, met deze master heb ik echt het gevoel dat ik een maatschappelijke bijdrage lever.”

Stefan Soeparman, programmacoördinator van het masterprogramma, is blij dat de studente haar master op deze manier ervaart. “Ik vind het belangrijk dat ons onderwijs een maatschappelijke impact heeft. Sociologie gaat over het bestuderen van de samenleving. Dan moet je ook onderwijs geven voor die samenleving.”

masterstudenten
Studenten van de master Contemporary Social Problems

Dat ging wat ver

Het unieke project binnen de master is opgezet met de Amsterdamse ombudsman Arre Zuurmond. Soeparman: “Ik heb nog bij hem gestudeerd, toen hij aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam werkte. Op professioneel terrein zijn we elkaar de afgelopen jaren herhaaldelijk tegengekomen. Vorig jaar vroeg ik hem voor een gastcollege. Hij stelde voor om al mijn studenten een stageplek te geven in Amsterdam. Dat ging wat ver. Maar we kwamen wel tot dit project.”

Bureaucratie

Zuurmond kreeg en krijgt geregeld berichten van hulpbehoevende Amsterdammers die niet de ondersteuning van instanties krijgen waar ze recht op hebben. Soeparman: “Ruim twee jaar geleden zijn sommige overheidstaken naar gemeenten gedecentraliseerd. Dat is niet altijd even soepel verlopen. In zijn functie als Amsterdamse ombudsman signaleert Arre dit probleem; hij merkt dat hulpbehoevende Amsterdammers geregeld vastlopen in de bureaucratie. En de instanties die deze mensen moeten ondersteunen hebben heus de beste bedoelingen, maar een oplossing voor de bureaucratie is er nog niet altijd.”

Een bezoek aan iemand in Amsterdam Noord, in een flat acht hoog, doet wel beseffen dat je als student ook in een bubbel kan leven.

Amsterdam Noord, acht hoog

Om dit probleem het hoofd te bieden heeft de Amsterdamse ombudsman de hulp van de Utrechtse masterstudenten Contemporary Social Problems ingeroepen. Door bijna vijftig hulpbehoevende Amsterdammers te interviewen hebben de studenten het verhaal van deze Amsterdamse burgers in kaart gebracht. De Kleijn: “Ik ben niet wereldvreemd. Maar een bezoek aan iemand in Amsterdam Noord, in een flat acht hoog, doet wel beseffen dat je als student ook in een bubbel kan leven. Met deze mensen zou ik normaliter niet in aanraking komen. Het is goed om te zien hoe zij leven. En hoe zij de dienstverlening van gemeentelijke instanties ervaren.”

Frisse en onbevangen blik

In het vervolg van het project gaan de studenten bij de instanties langs waar de hulpbehoevende Amsterdammers de meeste problemen ervaren. Soeparman: “De studenten gaan op de werkvloer de dienstverlening observeren. En ze zullen de ervaren problemen van de Amsterdammers bespreken met de organisatie door middel van focusgroepen.” Hij vermoedt dat de instanties deze werkwijze interessant vinden: “Het is eens wat anders dan enkel een kritisch rapport. Nu kijken studenten met hun frisse en onbevangen blik naar de problemen en denken ze mee over mogelijke oplossingen.”

Volgend jaar voortzetten

Dat rapport komt er uiteindelijk ook, en wordt in juni aangeboden aan de Amsterdamse ombudsman. Soeparman: “Daarna gaan we zien wat de impact van ons project werkelijk is. Sterker nog: volgend jaar willen we, met weer een nieuwe groep masterstudenten, onderzoeken of onze bevindingen resultaat boeken.” Aangezien alle betrokken partijen dit project zien als een mogelijkheid om te leren, is er een sterke intentie om de samenwerking volgend jaar voort te zetten. “In de hoop een bijdrage te leveren aan een nog betere dienstverlening voor deze groep Amsterdammers. Voor hen en de instanties staat er echt iets op het spel. Stefanie heeft dan ook helemaal gelijk als ze zegt dat ze met deze master ook iets nuttigs doet. Het is niet voor spek en bonen.”