Diploma van een niet-Nederlandse universiteit

Let op: 60 studiepunten is gelijk aan 1 jaar full-time studeren (European Credit Transfer system, ECTS). 

Ambities

Afhankelijk van je ambities kies je een van de volgende tracks:

• Meertalig
• Duits
• Engels
• Frans
• Italiaans
• Nederlands
• Spaans

Competenties: algemeen

Dit is een selectieve master. Je kunt worden toegelaten tot het programma Interculturele communicatie als je een bachelordiploma hebt van een Nederlandse universiteit of een buitenlands equivalent daarvan en beschikt over onderstaande competenties:

• Kennis en inzicht op het gebied van taal, cultuur en communicatie. Dit blijkt uit het hebben afgerond van minimaal 15 EC aan taal- en communicatiewetenschappelijke onderdelen op gevorderd bachelorniveau en 15 EC aan cultuurwetenschappelijke onderdelen op gevorderd bachelorniveau.
• Basiskennis en inzicht op het gebied van bestuur, management en organisatie. Dit blijkt uit 7,5 EC op dit gebied.
• Kennis en inzicht op het gebied van methoden en technieken van interdisciplinair onderzoek naar interculturele communicatie. Dit blijkt uit 7,5 EC op dit gebied.
• Onderzoeksvaardigheid op het gebied van interculturele communicatie. Je bent in staat om onder supervisie kleinschalig intercultureel onderzoek op te zetten, uit te voeren, te analyseren en hierover schriftelijk te rapporteren. Geef in je motivatiebrief aan wat je op dit gebied gedaan hebt. Als het onderwerp van je bachelor eindwerkstuk op het gebied van interculturele communicatie ligt vergroot dat je kans op toelating.
• Communicatievaardigheid. Je communiceert helder en effectief, afgestemd op de gesprekspartner(s) en de specifieke setting/situatie en bent in staat om te reflecteren op je eigen communicatief handelen in meertalige en / of interculturele settings. Je bent in staat daarvan adequaat verslag te doen in zowel mondelinge als schriftelijke vorm. Dit blijkt uit relevante onderdelen uit het afgeronde bachelorprogramma.

Competenties: taal

Alle studenten volgen drie taaloverstijgende cursussen. Voor deze cursussen gelden de volgende toelatingseisen:

• De hoorcolleges zijn in het Engels. De vereiste taalvaardigheid voor Engels is B2-C1.
• De werkcolleges van deze cursussen kunnen in het Engels of het Nederlands gevolgd worden. Voor zowel Engels als Nederlands is de ingangseis niveau C1.

Alle studenten volgen taalspecifieke cursussen. Afhankelijk van de track die je volgt gelden andere toelatingseisen.

Toelatingseisen voor een taalspecifieke track

• Je hebt het bachelordiploma in de betreffende taal en cultuur behaald. 
• Je beheerst de taal van de taalspecifieke track (C1 niveau) en daarnaast ook een tweede taal in voldoende mate (B1 niveau). Je kunt je aanmelding voor de taalspecifieke track versterken door je taalvaardigheid met officiële documentatie te onderbouwen. Bekijk de samenvatting van de taalvaardigheidseisen (pdf).

Toelatingseisen voor de meertalige track

• Je beschikt minimaal over een goede taalvaardigheid (B2 of C1 niveau) in één taal (Duits, Engels, Frans, Italiaans Nederlands of Spaans) en een voldoende taalvaardigheid in een tweede taal (B1 niveau). Je kunt je aanmelding voor de meertalige track versterken door je taalvaardigheid met officiële documentatie te onderbouwen. Bekijk de samenvatting van de taalvaardigheidseisen (pdf).

Selectieprocedure

Een toelatingscommissie beslist of je wordt toegelaten tot het programma. Aan de hand van de door jou aangeleverde documenten beoordeelt de commissie of je in staat bent het programma met goed gevolg en binnen de tijd die ervoor staat af te ronden. De commissie weegt daarbij mee:

• Motivatie en talent.
• Niveau van de relevante kennis en van de beheersing van methoden en technieken uit het vakgebied.
• Algemeen academisch denk- en werkniveau.
• Beheersing van de in het programma gehanteerde taal of talen.
• Internationale studie- en werkervaring.

Het programma laat per jaar maximaal 60 studenten toe. Als er meer aanmeldingen zijn dan beschikbare plaatsen, selecteert de toelatingscommissie de meest geschikte kandidaten. De toelatingscommissie let hierbij op motivatie en studieresultaten, en streeft naar een gelijke verdeling over de verschillende tracks binnen het programma.

Toelatingstest

Wanneer je geen universitaire bachelor hebt met een cijfergemiddelde van boven de 7,5 kun je na je aanmelding gevraagd worden om aanvullende documenten om je academische lees- en schrijfvaardigheid te documenteren. De toelatingscommissie kan ook vragen om certificaten waarmee je je taalvaardigheid in de door jou gekozen talen kunt onderbouwen (zie Competenties: taal).