Dierenarts kan meer sturen in discussie veehouderij

Er moet tempo op de discussie over de toekomst van de veehouderij en de positie van het dier daarin. Daarin kan de dierenarts een sturende rol hebben als die daarvoor is toegerust en het lef heeft om kleur te bekennen. Dat zegt Franck Meijboom, universitair hoofddocent aan de faculteit Diergeneeskunde en werkzaam bij het Ethiek Instituut van de Universiteit Utrecht.

In de afgelopen zestig, zeventig jaar is depositie van het dier verschoven van een ding, weliswaar een levend ding, naar voelende wezens met een intrinsieke waarde. Dus het dier is niet alleen maar meer dat ding”, vertelt Franck Meijboom die ook hoofd is van het Centre for Sustainable Animal Stewardship (CenSAS) dat zich richt op actuele, maar ook op toekomstige maatschappelijke thema’s rondom het samenleven van mens en dier. “Aan de andere kant zijn we ook nog niet zover om te zeggen: het dier is net als een mens een persoon en gaan we beschermen als een persoon. In de samenleving is er wel een trend in die richting. Mensen vinden dierenwelzijn écht belangrijk. Dat bleek onlangs ook uit de resultaten van de publieksenquête die de Raad voor Dierenaangelegenheden liet uitvoeren.” Naast onder andere milieu en volksgezondheid zorgt dierenwelzijn al jaren voor discussie over de toekomst van de veehouderij. “Er moet wat tempo op die discussie, want als we nog een keer tien jaar gaan nadenken over hoe we die discussie gaan voeren, en hem daarna tien jaar voeren, kan de  veehouderijsector zijn maatschappelijke draagvlak weleens kwijtraken. Als je dat kwijt bent, kun je gewoon verdwijnen. Kijk maar naar de nerstenhouderij. De veehouderijsector moet laten zien waarvoor hij staat, en dat moet niet alleen maar economie zijn”, aldus Meijboom.

Het volledige artikel is verschenen in de Veearts in april 2019.