Strategisch Human Resource Management

De leerstoelgroep Strategisch Human Resource Management (SHRM) richt zich op maatschappelijke en wetenschappelijke vraagstukken met betrekking tot twee kernthema’s: ‘Strategisch Human Resource Management (SHRM) & public service performance’ en ‘Human resource management (HRM) van publieke vraagstukken’.

De inhoudelijke leiding is in handen van prof.dr. Paul Boselie en prof.dr. Eva Knies.

Inhoud:

  • SHRM & public service performance
  • HRM van publieke vraagstukken
  • Theoretische en methodologisch perspectieven
  • Samenwerking
  • Onderzoeksmedewerkers

SHRM & public service performance

Het onderzoek binnen dit thema is gericht op de bijdrage van SHRM aan prestaties van dienstverlenende publieke en semipublieke organisaties met een publieke functie, de rol van leidinggevenden bij de implementatie van HRM, de motivatie van medewerkers in publieke organisaties, en vraagstukken en dilemma’s rond het meetbaar maken van prestaties in organisaties in de publieke en semipublieke sector waaronder de overheid, de zorg en het onderwijs.

Performance wordt multidimensionaal gedefinieerd conform het Harvard-model, bestaande uit organisatie-effectiviteit, medewerker-welzijn en maatschappelijk welzijn. De onderzoekers van SHRM & public service performance werken samen met anderen binnen het onderzoeksfocusgebied Professional Performance van de Universiteit Utrecht.

Onderzoek en projecten:

  • VENI-onderzoek ‘Capturing the nature of public value creation’ (Eva Knies);
  • Strategic human resource management – a balanced approach (Paul Boselie), tekstboek, McGraw-Hill Higher Education, tweede editie;
  • Promotieonderzoek naar: people management van teamleiders in het voortgezet onderwijs (Julia Penning De Vries);naar people management & professionals in de publieke sector: wisselwerking tussen management en professionele sturing (Renée Vermeulen); naar de implementatie van lean management in de zorg en de rol van leidinggevenden (Robert van Kleeff); naar uitbesteding en contracting van medewerkers van gerechtshoven en de impact op organisatie prestaties, medewerkerswelzijn en risico’s op schandalen (Arvie Purnomo); HR analytics en het meetbaar maken van de toegevoegde waarde van HRM bij het ministerie van Buitenlandse Zaken (Michèlle van Wijk);
  • Special issue in the International Journal of HRM met als thema SHRM & public sector performance (2018) (guest editors: Eva Knies, Paul Boselie, Julian Gould-Williams en Wouter Vandenabeele);
  • Jaarlijks seminar People Management in het onderwijs, met deelnemers uit de wetenschap en de praktijk in samenwerking met HR Studies Tilburg (georganiseerd door o.a. Julia Penning de Vries, Peter Leisink en Eva Knies);
  • The Future of Health Care Work seminar (15 november 2018) met circa vijftig deelnemers uit de wetenschap en de praktijk (voorzitter Jasmijn van Harten);
  • Onderzoek naar de professionalisering van gemeentelijke re-integratiedienstverlening en de rol van HRM-beleid en -praktijken daarbij (Rik van Berkel, in samenwerking met Hogeschool Rotterdam en Hanzehogeschool).

HRM van publieke vraagstukken

Het onderzoek binnen dit thema richt zich op de vraag naar de rol van HRM in publieke en private organisaties bij de aanpak van vraagstukken rond arbeid en arbeidsparticipatie. Dit kernthema is verdeeld over twee subthema’s: (1) duurzame inzetbaarheid en management van demografische diversiteit (gender, leeftijd, etnische afkomst); en (2) sociaal- en personeelsbeleid van kwetsbare werknemers (o.a. langdurig werklozen, ongeschoolden, mensen met een beperking, flexibele werknemers) en zzp‘ers.

Een aantal onderzoekers kijkt daarbij naar het management van de duurzame inzetbaarheid van professionals waaronder docenten, artsen en verpleegkundigen, en werkt samen met anderen binnen het onderzoeksfocusgebied Professional Performance van de Universiteit Utrecht. De onderzoekers van HRM van publieke vraagstukken werken samen met anderen binnen de Future of Work hub van het strategische onderzoeksthema Institutions for Open Societies van de Universiteit Utrecht. Zij besteden nadrukkelijk aandacht aan de duurzame inzetbaarheid van individuele medewerkers in wisselwerking met de organisatie(omgeving). Daarnaast kijken zij naar kwetsbare groepen medewerkers en de rol die werkgevers en netwerken van werkgevers kunnen spelen om werknemers een duurzaam arbeidsmarkt perspectief te bieden.

Onderzoek en projecten:

  • Internationaal vergelijkend onderzoek in Noorwegen en Nederland naar de (duurzame) inzetbaarheid van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt in het midden- en kleinbedrijf: ENGAGE. (Rosan Haenraets en Rik van Berkel).
  • Onderzoek in opdracht van Instituut GAK ‘Samen aan het Werk’ naar effectieve en gedragen gedragsverandering van werkgevers om meer mensen met een arbeidsbeperking aan te nemen. (Onder leiding van Lars Tummers, met Rik van Berkel).
  • Promotieonderzoek: naar de duurzame inzetbaarheid van medisch specialisten (Evelien van Leeuwen); naar de transitie van MBO studenten naar de arbeidsmarkt (Corine Buers); naar sustainable employment among professionals – an international perspective (Ahmad); naar duurzame inzetbaarheid en job crafting bij banken (Mandy Brouwer); naar Employer Engagement (Laura van Os);
  • Onderzoek in het kader van de nationale wetenschapsagenda naar bevordering van de arbeidsparticipatie van jong gehandicapten en de rol van werkgevers (Rik van Berkel en Silvia Rossetti, in samenwerking met de Universiteit van Tilburg);
  • Special issue in Human Resource Management Journal met als thema Employer Engagement (2018) (guest editors o.a. Rik van Berkel en Paul Boselie);
  • Special issue in the International Journal of Human Resource Management met als thema duurzame inzetbaarheid (2019/2020) (guest editors o.a. Jasmijn van Harten en Eva Knies);
  • Special issue in Journal of Vocational Behavior met als thema career sustainability (2019/2020) (guest editor o.a. Mandy van der Velde).

Theoretische en methodologische perspectieven

In het onderzoek binnen de twee kernthema’s worden verschillende theorieën toegepast (o.a. AMO theorie, resource based view, institutionele theorie, social exchange theorie, attribution theory, motivatie theorie, job demands-resources theorie en leiderschapstheorie).

Wat betreft opzet en uitvoering van onderzoek worden er binnen de twee kernthema’s diverse methodieken – zowel kwalitatief als kwantitatief – gebruikt. In toenemende mate wordt daarbij gebruik gemaakt van (a) een mixed method opzet en (b) een multi-actor perspectief: input van verschillende soorten actoren waaronder medewerkers, leidinggevenden, HR professionals en andere relevante spelers c.q. belangenpartijen.

Samenwerking

Onderzoekers binnen de SHRM kernthema’s werken samen met partners in de omgeving en de praktijk waaronder de VO Raad (HRM in het voortgezet onderwijs), UMCU (HRM in ziekenhuizen), het Ministerie van Binnenlandse Zaken (HRM binnen het Rijk c.q. ministeries) en de Normaalste Zaak (een netwerk van organisaties gericht op werk voor kwetsbare werknemers).

Daarnaast werken we structureel en strategisch samen met andere wetenschappelijke instituten en groepen binnen en buiten de Universiteit Utrecht. Bovendien hebben we een strategische verbinding met HR Studies Tilburg University, Aarhus University Denemarken en via het Dutch HRM Network met een tiental aangesloten Vlaamse en Nederlandse universiteiten met HRM onderzoek en een HRM masteropleiding.

Onderzoeksmedewerkers

Inhoudelijke leiding

Onderzoekers