De leerweg van het circulair ontmantelen van het Aardwetenschappengebouw

Het Aardwetenschappengebouw wordt ontmanteld. Ondanks dat het gebouw niet gebouwd is om te demonteren en er veel asbest in toegepast is, proberen we het ontmantelingsproces zo circulair mogelijk te doen.  Het doel van circulair ontmantelen is om verspilling tegen te gaan. Dit betekent dat de vrijgekomen materialen uit het gebouw zo veel mogelijk hergebruikt worden tot nieuwe producten, materialen en grondstoffen van dezelfde kwaliteit en aard. De circulaire economie is ontworpen om de herbruikbaarheid van producten en grondstoffen te maximaliseren en waardevernietiging te minimaliseren.

Universiteit Utrecht vindt het haar verantwoordelijkheid om een bijdrage te leveren aan het vormgeven van een duurzame samenleving.  en heeft de circulaire doelstellingen voor de organisatie vastgelegd in het Duurzaamheidsplan Bedrijfsvoering en ambitiedocument Toekomstbestendige Gebouwen. Voor nieuwe gebouwen en herontwikkelingprojecten zijn KPI’s opgesteld zodat gebouwen zo circulair mogelijk worden ontworpen en gerealiseerd. Voor de sloop van oude panden, zoals het Aardwetenschappengebouw, is het doel om zoveel mogelijk materialen een hoogwaardige nieuwe bestemming te geven. Een ander doel is om zo veel mogelijk te leren over circulair ontmantelen. Bij het project Ontmanteling Aardwetenschappen zijn de circulaire ambities bij de voorbereiding van het project expliciet en uitdrukkelijk vertaald in de aanbestedingsstukken, zoals de gunningsleidraad en het bestek. Op basis hiervan is de aannemer Dusseldorp Infra, Sloop en Milieutechniek geselecteerd.

Hoe wordt het gebouw circulair ontmanteld?

Bijna alles in het gebouw is van waarde en het doel is om zo veel mogelijk producten die uit het gebouw vrijkomen een-op-een te hergebruiken. Voordat er gestart is met de ontmanteling, zijn alle aanwezige materialen geïnventariseerd. Voor het bepalen van de wijze van hergebruik is er gebruik gemaakt van de beslisboom van Cirkelstad, gemaakt door SGS Search Ingenieursbureau. Deze beslisboom is gedigitaliseerd en geïntegreerd in het sloopproces. Met dit instrument wordt digitaal de R op de Ladder van Lansink vastgesteld. Hiermee wordt het hergebruikscenario van het materiaal in beeld gebracht en kan het in de markt gezet worden. Blijkt achteraf dat het scenario wijzigt, bijvoorbeeld in plaats van hergebruik toch recycling, dan moet dit onderbouwd worden en wordt dit vastgelegd. In dit document is vastgelegd hoe dit precies berekend wordt.

Deze besluitvorming is gericht op levensduurverlenging en zorgt ervoor dat de producten op een zo hoogwaardig mogelijke manier naar een volgende levenscyclus worden gebracht. In onderstaande keten wordt dit proces van waarde in circulariteit uitgelegd.

10R Model. Bron: Dusseldorp Infra, Sloop en Milieutechniek

Mobiele weegstations

Tijdens de voorbereiding is een materialenlijst opgesteld van alle materialen uit het gebouw. Aan deze materialen is een gewicht toegekend. Dit betekent dat we weten wat het gebouw “weegt”. Normaal gesproken voert de aannemer het materiaal af naar erkende verwerkers, waarbij de vrachtwagens gewogen worden. Maar bij deze ontmanteling worden veel materialen rechtstreeks verkocht aan de nieuwe gebruikers. Om ook dit deel van het hergebruikproces te verifiëren werken we op locatie met mobiele digitale weegstations. Zo wordt alles wat het gebouw verlaat gewogen en wordt tegelijkertijd het hergebruik in kaart gebracht. Dit proces is 100% verifieerbaar.

Circulaire status volgen

Tijdens de ontmanteling wordt de circulaire status van het project gevolgd. Door het gebruik van een dashboard wordt inzichtelijk gemaakt hoe het project ervoor staat. Zo kunnen de aannemer en de Universiteit samen kijken of het hergebruikpercentage nog verder opgevoerd kan worden. De data die gegenereerd wordt tijdens de ontmanteling geeft een praktische onderbouwing voor de juiste materiaalkeuzes voor de gebouwen van de toekomst. Een mooie stap in de richting van circulair bouwen.

Marktplaats voor hergebruik materialen

De vrijkomende materialen worden op de marktplaats van Insert geplaatst. Aannemer Dusseldorp is mede-oprichter en kernpartner van deze stichting. Het doel van Insert is door samenwerking te komen tot een betere en gezondere wereld, nu en voor toekomstige generaties. Dit sluit goed aan bij de doelen van de Universiteit Utrecht.

Welke materialen komen er vrij voor hergebruik?

Om vast te stellen hoe de elementen uit het Aardwetenschappengebouw het meest optimaal kunnen hergebruiken (vanuit hoeveelheid en mogelijke milieuwinst) is er een top 10 met de meest kansrijke en impact-hebbende vrijgekomen bouwproducten vastgesteld.

De top 10, zoals deze op dit moment is vastgesteld is als volgt: 

  1. Bakstenen buiten
  2. Bakstenen binnen
  3. Geprefabriceerd betonnen borstweringen (het gedeelte van de muur dat zich tussen de vloer en de onderkant van het kozijn bevindt)
  4. Geprefabriceerd betonnen trappen
  5. Staalconstructie
  6. Systeemplafonds
  7. Aluminium buitenkozijnen (mits afzet binnen de UU, anders wordt het hoogwaardig gerecycled)
  8. Kabelgoten
  9. Vlakglas (vensterglas)
  10. Binnenkozijnen

Voor dit project wordt er berekend wat de consequenties zijn van hergebruik op element-niveau ten opzichte van een standaardaanpak, waarbij veelal sprake is van recycle-scenario’s.

Wat leren we van het circulaire ontmantelingsproces?

Het proces van berekenen en afwegen is gedurende het hele project volop bezig en is nog geen geijkt proces. De aannemer maakt bijvoorbeeld overzichten en keuzematrices die terwijl het project loopt aangevuld worden. Ook de kosten en opbrengsten en eventuele consequenties voor de planning en doorlooptijden worden in beeld gebracht.

Daarnaast wordt de afzet van de materialen goed onderzocht. In eerste instantie proberen we dit binnen de Universiteit Utrecht zelf te doen, maar dit is niet altijd haalbaar omdat projecten niet altijd even goed op elkaar aansluiten. Ook zijn sommige materialen verouderd qua afmetingen en materiaalsoort of voldoen ze niet meer aan de regels uit het Bouwbesluit (dit is een verzameling technische en andere voorschriften die gelden voor het bouwen, de staat en het gebruik van een bouwwerk). Zo kunnen bijvoorbeeld alle deuren uit het Aardwetenschappengebouw geen nieuwe plek krijgen, omdat deze afmetingen hebben die uit de jaren ’70 stammen. In dit tijdperk werd er ook veelvuldig gebruik gemaakt van asbest, waarvan we nu weten dat minder veilig is dan we toen dachten. Veel materialen zijn hierdoor aangetast en daardoor verminderd of onbruikbaar.

Er is lang geroepen dat het circulair ontmantelen niet kan in de traditionele vastgoedbranche. Met dit project onderzoeken we wat er wél kan. Hoewel er veel onvoorziene omstandigheden plaatsvinden op de weg naar het circulair ontmantelen, leren we gaandeweg steeds meer van het proces. We brengen alles wat we leren zorgvuldig in kaart en willen deze kennis graag delen. Zo kunnen we van elkaar leren en het circulaire ontmantelingsproces verder optimaliseren.

Wil je meer weten?

Heb je vragen of wil je meer weten over het circulair ontmantelen van het Aardwetenschappengebouw? Stuur dan een mailtje naar communicatievenc@uu.nl. Of neem contact op met Koen van der Hoorn (circulariteit) of Kevin Dijke (projectleider Ontmanteling Aardwetenschappengebouw).