Brede Welvaartsindicator

Hoe kunnen we welvaart optimaal meten en welke dimensies zijn dan belangrijk? Vaak wordt het bruto binnenlands product (bbp) gebruikt om de welvaart van mensen te meten. Economische groei is echter niet het enige wat de welvaart van Nederlanders bepaalt. Wij kiezen daarom nadrukkelijk voor één integrale welvaartsmaatstaf: de Brede Welvaartsindicator (BWI).

Brede welvaart weer op niveau

Brede Welvaartsindicator

Samenlevingen zijn complex en functioneren niet in enge economische zin, maar in verschillende dimensies. De BWI meet en weegt elf dimensies die het welzijn van Nederlanders weerspiegelen: veiligheid, milieu, gezondheid, subjectief welzijn, balans tussen werk en privé, wonen, onderwijs, materiële welvaart, maatschappelijke betrokkenheid, sociale relaties en banen. De Brede Welvaartsindicator is de eerste integrale welvaartsindex van Nederland en een initiatief van het onderzoeksnetwerk Institutions for Open Societies van Universiteit Utrecht in samenwerking met RaboResearch. Deze brede welvaartsindex blijkt zich, vooral tijdens en na de crisis van de afgelopen jaren, heel anders te ontwikkelen dan het bbp per hoofd. Dat is extra opvallend omdat het bbp tot nu toe vaak gebruikt wordt om het (economische) welzijn van Nederlanders te meten. Geld (alleen) maakt dus niet gelukkig.

*Er is geen volledige BWI-publicatie uitgebracht in 2018, de onderzoekers van de Universiteit Utrecht en RaboResearch hebben de BWI-gegevens over deze periode wel verzameld en verwerkt.

Infographic met de elf dimensies van brede welvaart; inkomen, werk, onderwijs, gezondheid, balans tussen werk en privé, sociale contacten, maatschappelijke betrokkenheid, subjectief welzijn, woontevredenheid, veiligheid, milieu.
De elf dimensies van de Brede Welvaartsindicator. Bron: Rabobank

Eén integrale maatstaf

Wij kiezen nadrukkelijk voor één integrale indicator, waardoor de verhouding tussen verschillende dimensies expliciet wordt. Dat maakt internationale meting en vergelijking van brede welvaart mogelijk. Zo worden de uitruilen tussen verschillende dimensies expliciet en disciplineert het daarmee het debat over brede welvaart. Werken met één indicator zorgt er ook voor dat analyses en vergelijkingen van welvaart tussen regio’s en over de tijd beheersbaar blijven. Bovendien sluit de BWI zo aan op het raamwerk van het Better Life Initiative van de OESO en bouwt erop voort. Dat opent de mogelijkheid om op termijn te komen tot een internationale meting en vergelijking van brede welvaart te komen. Onderzoekers vanuit verschillende achtergronden werken aan het steeds verder verbeteren van de indicator en reflecteren op de resultaten om zo tot goede conclusies te komen. Lees meer over de verschillende projecten.

Samenwerken? Neem contact met ons op.

Achtergrond

Sinds de jaren de jaren zestig wordt er gesproken over de beperkingen van het concept bruto binnenlands product (bbp) om het welzijn van mensen te meten. Het zou te eenzijdig zijn. Er zijn in de loop der jaren wel initiatieven in de richting van meer inclusieve of bredere welvaartsbegrippen genomen maar de ideale meetlat leek nog niet te zijn gevonden. Met de BWI willen de initiatienemers de trend verstevigen om welvaart breder te meten dan louter aan de hand van economische indicatoren. De BWI heeft hiermee een pioniersrol in Nederland, o.a. door de nauwe samenwerking met de OECD en vergelijkbare onderzoeksinitiatieven in Nederland, alsook de academische expertise van een interdisciplinair team van onderzoekers aan UU. Inmiddels zijn er ook vergelijkbare initiatieven ontwikkeld zoals de Monitor Brede Welvaart van het CBS.

Het BWI project is in 2016 begonnen in samenwerking met de afdeling RaboResearch van de Rabobank. In december 2016 werd de eerste Brede Welvaartsindicator gelanceerd, en sindsdien werken het BWI-team van Universiteit Utrecht en RaboResearch samen om de BWI ieder jaar te vernieuwen en te verfijnen.