Nieske Vergunst
Strategisch communicatieadviseur en postdoc-onderzoeker Public Engagement
Ruim 8 jaar geleden ben ik begonnen in het team Externe Communicatie van de faculteit Bètawetenschappen. Nooit eerder werkte ik zo lang op dezelfde plek. Gedurende deze tijd heb ik mezelf kunnen ontwikkelen en door open te zijn over mijn wens voor een nieuwe stap in mijn carrière kan ik mijn rol als communicatieadviseur inmiddels combineren met een onderzoeksfunctie. Dat multidisciplinaire is niet nieuw voor mij. Al tijdens mijn studie Kunstmatige Intelligentie puzzelde ik met de roosters van verschillende opleidingen, om zo de meest interessante vakken te kunnen combineren.
Jobcrafting
Op een vergelijkbare manier werk ik nu voor twee, of eigenlijk zelfs drie afdelingen binnen de Universiteit Utrecht. Vanuit mijn rol als communicatieadviseur sprak ik een paar jaar geleden met Erik van Sebille voor een nieuwsbericht over zijn benoeming als hoogleraar Oceanografie & Public Engagement. Tijdens dat gesprek hadden we het ook over de totstandkoming van zijn onderzoeksgroep, en er borrelden plannen op voor een nauwere samenwerking. In deze groep kon de link met de praktijk van wetenschapscommunicatie niet ontbreken. Vervolgens was mijn leidinggevende ook enthousiast en zag mogelijkheden, mede omdat ik al gepromoveerd was en dus als postdoc aan de slag zou kunnen. Financiële steun vonden we onder meer bij het Centrum voor Wetenschap en Cultuur van de universiteit.
Op basis van een aantal gesprekken schreef ik een plan en het werd steeds duidelijker dat we hier allemaal blij van werden en de meerwaarde zagen. Zo kan het dat ik nu vanuit de bèta-communicatieafdeling gedurende twee jaar twee dagen per week intern gedetacheerd ben als postdoc Public Engagement bij het Freudenthal Instituut. Voor mijn onderzoek ontwikkelde ik het Zeespiegelspel 2080, dat wordt gespeeld door diverse gezelschappen zoals middelbare school-leerlingen en publiek op het Betweter Festival. Ik onderzoek wat het effect is van zo’n spel als instrument voor wetenschapscommunicatie.
Het voordeel van deze combinatie is dat ik allerlei belangrijke verbanden kan leggen en zo mijn werk en dat van collega’s naar een hoger niveau kan tillen.
Essentiële verbindingen
Het is geweldig dat dit mogelijk is, al is het ook intensief om twee banen te combineren. Omdat ik de universiteit goed ken en al heel wat jaren werkervaring heb, kan ik efficiënt werken. Ik moest wel weer wennen aan de academische manier van werken, tien jaar na het afronden van mijn promotie, en ook nog in een ander vakgebied. In de academische wereld kun je geen bochten afsnijden, je kunt niets opschrijven zonder referentie of bewijs. Als communicatieadviseur kan en mag ik juist vertrouwen op mijn eigen ervaring en intuïtie. Het voordeel van deze combinatie is dat ik allerlei belangrijke verbanden kan leggen en zo mijn werk en dat van collega’s naar een hoger niveau kan tillen.
Als postdoc zie ik direct hoeveel ballen onderzoekers in de lucht moeten houden: je onderzoeksdata op de juiste manier opslaan en toegankelijk maken, de ethische toetsing van onderzoek waarbij mensen in het spel zijn en ga zo maar door. Allemaal heel belangrijk, maar het telt wel op. Dat beïnvloedt hoe en wat ik adviseer als ik mijn communicatiepet op zet. En andersom kijk ik ook door een communicatiebril naar mijn onderzoek. Zo houd ik in het kader van Open Science een blog bij over mijn onderzoeksactiviteiten om het publiek er directer bij te betrekken.
Werkdruk
Het gevaar is dat ik door mijn enthousiasme niet ophoud met werken, omdat ik mijn werk belangrijk vind, en het natuurlijk goed wil doen voor mijn drie interne opdrachtgevers. Voor mij geen onbekend risico: ik heb een paar jaar geleden een burn-out gehad. Dat we hier met zijn allen goede en belangrijke dingen doen is een valkuil, zeker in combinatie met een systemisch probleem. We willen zo veel mogelijk doen met zo weinig mogelijk geld en soms slaat dat door naar een manier van werken die uiteindelijk onhoudbaar is. We verwachten meer van onszelf dan we kunnen waarmaken en remmen elkaar niet altijd af. Het is moeilijk om als eerste in een groep nee te zeggen en daardoor blijft de werkdruk hoog. Met het risico dat collega’s afbranden.
Dit geeft me een gevoel van vrijheid en dat er veel mogelijk is.
Gevoel van vrijheid
Er was een tijd dat ik twijfelde of ik hier wilde blijven. Er was geen ruimte voor een functie met een hoger salaris en ik zag geen mogelijkheden om inhoudelijk nog te groeien. Nu leer ik weer nieuwe dingen en ontwikkel ik mezelf op een manier die ik toen niet mogelijk achtte. Deze stap maakt dat ik me gewaardeerd voel voor mijn werk, niet alleen financieel, maar ook op andere manieren. Nu zie ik hier weer perspectief, ook voor de lange termijn. Dit geeft me een gevoel van vrijheid en dat er veel mogelijk is. Als ik op een gegeven moment weer het gevoel krijg dat ik vastzit, kan ik misschien weer op zoek naar zo’n mooie zijstap.