Onderzoeksinteresses
- Gelijke kansen in het onderwijs
- Sociale en etnische diversiteit in scholen
- Motivatie van leerlingen
- Leerlingen met begaafdheidskenmerken
Voor een overzicht van publicaties, zie tabblad Publicaties.
Onderwijs is niet de “grote gelijkmaker” die het beoogt te zijn. Er zijn toenemende verschillen in onderwijskansen tussen leerlingen met verschillende sociaaleconomische en culturele achtergronden. Veel leerlingen die het basisonderwijs beginnen met een achterstand halen deze niet meer in. Dit project heeft tot doel te onderzoeken hoe leerkrachten in het basisonderwijs in hun dagelijkse interacties met leerlingen deze verschillen op de lange termijn vergroten of hoe ze die juist kunnen verkleinen.
Burgerschap door Lesgeven: Onderzoek in de Klas (BLOK)
Net als in veel andere Westerse landen, is er in Nederland sprake van aanhoudende etnische en sociaaleconomische segregatie gekenmerkt door kansenongelijkheid en negativiteit tussen verschillende groepen. Scholen bevinden zich in een unieke positie om deze segregatie tegen te gaan, aangezien zij verantwoordelijk zijn voor het bieden van gelijke onderwijskansen en het bevorderen van positieve intergroeprelaties. Het succes hiervan hangt waarschijnlijk af van de rol van individuele leerkrachten. In dit samenhangende onderzoeksproject zullen we de Self-Determination Theory integreren met het sociale identiteitsperspectief om te onderzoeken (a) hoe de dagelijkse onderwijspraktijken van basisschoolleerkrachten bepaald worden door hun attituden ten aanzien van verschillende etnische en sociaaleconomische groepen en hun motivaties om hun vooroordelen te reguleren, en (b) hoe deze praktijken uiteindelijk bijdragen aan de intergroepsrelaties van leerlingen en groepsverschillen in schoolsucces. Deelproject 1 (PhD Jonne Bloem, afdeling Onderwijswetenschappen) zal zich richten op differentieel leerkracht handelen ten aanzien van leerlingen met verschillende etnische en sociaaleconomische achtergronden, en de gevolgen daarvan voor hun motivatie, betrokkenheid en prestaties. Deelproject 2 (PhD Iris Boer, afdeling Interdisciplinaire Sociale Wetenschappen) zal onderzoeken wat leerkrachten communiceren over etnische en sociaaleconomische verschillen en hoe dit doorwerkt op de groepsattitudes en sociale relaties van leerlingen. Het onderzoek zal plaats vinden in de groepen 7 en 8 van de basisschool (70 klassen met 70 leerkrachten en ±1800 kinderen) en gebruik maken van een longitudinaal design (3 meetmomenten) en geavanceerde methoden, waaronder experience sampling modelling, impliciete metingen en sociometrie. Verder zullen de resultaten gedeeld worden met de onderwijspraktijk, waardoor scholen inzicht zullen krijgen in hoe effectief omgegaan kan worden met etnische en sociaaleconomische verschillen.
Het doel van dit onderzoek is het ontwikkelen van kennis over een dekkend onderwijsaanbod voor begaafde leerlingen. Dit wordt gedaan door het meten van de impact van activiteiten in het onderwijs voor begaafden (interventies) in het kader van de subsidieregeling van OCW.
Het consortium dat dit onderzoek gaat uitvoeren bestaat uit experts op het gebied van begaafdheidsonderwijs, passend onderwijs, interventie-onderzoek en alle leden van het Monitoronderzoek. Onderzoeksvragen betreffen:
Een mixed-method onderzoek wordt ingezet voor het verzamelen, analyseren en integreren van informatie van leerlingen en van actoren rond deze leerlingen in beleid, onderwijs en familie. Een systemisch perspectief is als algemeen thema genomen. Daarnaast wordt onderscheid gemaakt in vijf subthema's: A) Identificatie van begaafde leerlingen en hun ontwikkelbehoeften; B) Aanpassingen in het onderwijsaanbod voor begaafde leerlingen; C) Inzet van gecombineerde expertise in complexe situaties; D) Organisatieperspectief op begaafdheid in passend onderwijs; E) Ontwikkeling van expertise van professionals.
Voor meer informatie, zie https://www.imageproject.nl/.
Onderzoeksproject
Een groot deel van de Nederlandse leerlingen is niet optimaal gemotiveerd voor school (Onderwijsinspectie, 2014). Bovendien neemt de motivatie van veel leerlingen af naarmate ze ouder worden. Door toenemende verschillen in leerlingenpopulatie is het voor veel docenten lastig om in de verschillende motivationele behoeften van al hun leerlingen te voorzien. Motivatie is essentieel voor een optimale schoolloopbaan van leerlingen en het is daarom belangrijk dat docenten manieren vinden om al hun leerlingen te motiveren voor school. In dit project, dat werd uitgevoerd in samenwerking met verschilllende basisscholen en vmbo-scholen, werd samen met docenten een docententraining ontwikkeld gericht op het motiveren van leerlingen door middel van het bieden van autonomie-ondersteuning en structuur. Er werd vervolgens nagegaan in hoeverre de training effect had op de wijze van lesgeven en op de motivatie van leerlingen. In het basisonderwijs waren de effecten van de training beperkt, maar in het vmbo bleek dat de aangeboden training geleid heeft tot het ervaren van meer behoefte-ondersteuning door leerlingen en een verbetering van hun motivatie voor school.
Docentenhandleiding Motiverend lesgeven
Op basis van dit project is een docentenhandleiding ontwikkeld met daarin negen praktijkprincipes om leerlingen te motiveren. Deze is toegankelijk als PDF via deze link.
De principes worden samengevat in bijgaand animatiefilmpje.
In veel landen blijken leerkrachten onvoldoende tegemoet te komen aan de onderwijsbehoeften van (hoog)begaafde leerlingen, wat kan leiden tot minder motivatie en onderpresteren. (Hoog)begaafde leerlingen in Nederland presteren gemiddeld minder goed dan vergelijkbare leerlingen in andere landen. Met de invoering van passend onderwijs wordt ook van reguliere scholen verwacht dat zij betere begeleiding gaan bieden aan (hoog)begaafde leerlingen. Voor een betere aansluiting bij de specifieke onderwijsbehoeften van (hoog)begaafde leerlingen en om hen in staat te stellen zich optimaal te ontwikkelen, is het volgende nodig: (1) kennis van (hoog)begaafdheid en methodieken om (hoog)begaafde leerlingen zo vroeg mogelijk te signaleren en (2) passende strategieën om hen goed te kunnen begeleiden en motiveren zodat ze (blijven) presteren naar hun vermogens. In deze werkplaats werken leerkrachten, pabodocenten en wetenschappers samen om de onderwijspraktijk voor (hoog)begaafde leerlingen te versterken.
Doelstellingen van deze werkplaats zijn:
(1) een duurzame professionele leergemeenschap vormgeven waarin samengewerkt wordt aan thema’s die aansluiten bij passend onderwijs, (2) kennisontwikkeling door wetenschappers, scholen en pabo aangaande signalering en passende begeleiding van jonge (hoog)begaafde leerlingen, (3) kennis en methodieken aan leerkrachten (in opleiding) aanreiken, uitproberen en samen doorontwikkelen om (hoog)begaafde leerlingen te signaleren en passend te begeleiden.
Meer informatie is te vinden op de website www.point013.nl
Kansrijk Lesgeven: Interacties in de Klas (KLIK)
Net als in veel andere Westerse landen, is er in Nederland sprake van aanhoudende etnische en sociaaleconomische segregatie gekenmerkt door kansenongelijkheid en negativiteit tussen verschillende groepen. Scholen bevinden zich in een unieke positie om deze segregatie tegen te gaan, aangezien zij verantwoordelijk zijn voor het bieden van gelijke onderwijskansen en het bevorderen van positieve intergroeprelaties. Het succes hiervan hangt waarschijnlijk af van de rol van individuele leerkrachten. In dit samenhangende onderzoeksproject zullen we de Self-Determination Theory integreren met het sociale identiteitsperspectief om te onderzoeken (a) hoe de dagelijkse onderwijspraktijken van basisschoolleerkrachten bepaald worden door hun attituden ten aanzien van verschillende etnische en sociaaleconomische groepen en hun motivaties om hun vooroordelen te reguleren, en (b) hoe deze praktijken uiteindelijk bijdragen aan de intergroepsrelaties van leerlingen en groepsverschillen in schoolsucces. Deelproject 1 zal zich richten op differentieel leerkracht handelen ten aanzien van leerlingen met verschillende etnische en sociaaleconomische achtergronden, en de gevolgen daarvan voor hun motivatie, betrokkenheid en prestaties. Deelproject 2 zal onderzoeken wat leerkrachten communiceren over etnische en sociaaleconomische verschillen en hoe dit doorwerkt op de groepsattitudes en sociale relaties van leerlingen. Het onderzoek zal plaats vinden in de groepen 7 en 8 van de basisschool (70 klassen met 70 leerkrachten en ±1800 kinderen) en gebruik maken van een longitudinaal design (3 meetmomenten) en geavanceerde methoden, waaronder experience sampling modelling, impliciete metingen en sociometrie. Verder zullen de resultaten gedeeld worden met de onderwijspraktijk, waardoor scholen inzicht zullen krijgen in hoe effectief omgegaan kan worden met etnische en sociaaleconomische verschillen.
Tussen 2019 en 2023 stelt het ministerie van OCW subsidie beschikbaar om het primair en voortgezet onderwijs te stimuleren een passend onderwijs- en ondersteuningsaanbod voor (hoog)begaafde leerlingen in te richten. De meerderheid van de samenwerkingsverbanden in het po en vo heeft een plan ingediend om aanspraak te maken op de subsidie. Het monitoringsonderzoek geeft een breed en landelijk beeld van de inhoud van deze plannen, de realisatie van de plannen en de borging op lange termijn. Ook kijkt het monitoringsonderzoek naar de mate waarin scholen en samenwerkingsverbanden ervaren dat de subsidie bijdraagt aan de drie subsidiedoelen:
Het monitoringsonderzoek loopt van 2019 tot 2023 en rapporteert jaarlijks de bevindingen op basis van verschillende gegevensbronnen. Zo analyseren de onderzoekers de subsidieplannen en worden samenwerkingsverbanden en scholen in het po en vo via vragenlijsten bevraagd over de voortgang. In jaarlijkse reflectiebijeenkomsten met scholen en samenwerkingsverbanden worden de uitkomsten in een breder perspectief gezet. Eind 2023 verschijnt een overkoepelend rapport waarin de uitkomsten van alle metingen worden geïntegreerd en waarin wordt gereflecteerd op de ontwikkelingen door de jaren heen.
Recent developments in immersive learning technologies are providing exciting new tools for teaching and training programmes, yet they remain underutilised in science & technology education, and nowhere is this more true than in the field of chemistry and chemical engineering.
CHARMING, the European Training Network for CHemicAl EngineeRing IMmersive LearnING, takes on this challenge by developing learning strategies, content and prototypes for the application of games and virtual/augmented reality for motivating, teaching and training children, students and employees in chemistry, chemical engineering and chemical operations. The inter-sectorial and interdisciplinary CHARMING ETN consists of leading universities and industry participants and trains 15 ESRs in the areas of innovative chemical engineering, instructional psychology & pedagogy and immersive technology.
https://www.youtube.com/watch?time_continue=1&v=b4IwcQu_YsQ&feature=emb_logo