Jaap de Haan promoveerde eind 2022 op de Hollandse raadpensionaris in de Gouden Eeuw. Hij onderzocht hoe Johan van Oldenbarnevelt, Johan de Witt en Gaspar Fagel de Republiek konden besturen. Officieel waren zij ambtenaren in dienst van de Staten van Holland, maar in de praktijk traden zij op als politieke leiders van de Republiek. Door naar de ambtelijke, de uitvoerende, de politieke en de representatieve functie maakt hij inzichtelijk welke positie van deze vroegmoderne bestuurlijke leiders hadden in Holland en de Republiek.

De Haan werkt twee dagen per week aan de UU, daarnaast is hij werkzaam aan een middelbare school in Amsterdam als docent geschiedenis.