Kári Driscoll is universitair docent Literatuurwetenschap aan de Universiteit Utrecht. Hij behaalde een bachelor Moderne Talen aan het Wadham College van de Universiteit Oxford, en promoveerde aan de Columbia Universiteit in New York met een proefschrift over de poëtica van dierlijkheid bij Hugo van Hofmannsthal, Rainer Maria Rilke, Luigi Pirandello en Franz Kafka. Zijn onderzoek gaat over de relatie tussen mens en dier in literatuur en cultuur. Hij is geïnteresseerd in zoöpoëtica, de dierentuin als een ruimte van ontmoeting en verbeelding in het tijdperk van het Antropoceen, evenals de verschillende wijzen van afwezigheid van katten in literatuur, cultuur en filosofie. Hij is sinds 2021 hoofdredacteur van het tijdschrift Humanimalia.

Van 2018-2021 onderzoeksproject, “Reading Zoos in the Age of the Anthropocene”, werd gefinancierd door de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). Hij is mederedacteur van What Is Zoopoetics? – Texts, Bodies, Entanglement (2018) samen met Eva Hoffmann, Book Presence in a Digital Age (2018) met Kiene Brillenburg Wurth en Jessica Pressman, en “Memory after Humanism”, een themanummer van Parallax (2017), met Susanne C. Knittel. Naast zijn wetenschappelijke werkzaamheden is hij ook een prijswinnende literair vertaler.


What Is Zoopoetics? – Texts, Bodies, Entanglement. Edited by Kári Driscoll and Eva Hoffmann (Palgrave Macmillan, 2018)

Book Presence in a Digital Age, ed. Kiene Brillenburg Wurth, Kári Driscoll, and Jessica Pressman (Bloomsbury, 2018)

Susanne C. Knittel and Kári Driscoll, eds. “Memory after Humanism,” spec. issue of Parallax vol. 23, no. 4 (2017)