Dr. Carlijn van den Boomen

Carlijn van den Boomen is Cluster Chair bij University College Utrecht en Universitair Docent bij Psychologie (Faculteit Sociale Wetenschappen).

In haar rol als cluster chair geeft Carlijn leiding aan en is ze verantwoordelijk voor de ontwikkeling van de stafleden van haar cluster in de disciplines Psychologie, Biologie, Geneeskunde en Cognitieve Neurowetenschappen. Daarnaast is ze medeverantwoordelijk voor de ontwikkeling en innovatie van het curriculum binnen en tussen clusters, in samenwerking met de UU faculteiten en is ze lid van de Board of Studies.

Het onderwijs van Carlijn richt zich op interdisciplinair onderwijs: Carlijn heeft namens Dynamics of Youth een interdisciplinaire cursus en minor ontwikkeld die ze coordineert. Ook voert ze bij UCU een project uit over de rol van interdisciplinair in verhouding tot disciplinair onderwijs. Bij het departement psychologie is Carlijn daarnaast toetsambassadeur en geeft zij onder andere vaardigheden onderwijs over onderzoek doen met fysiologische meetinstrumenten zoals EEG.  

Het onderzoek van Carlijn richt zich op de ontwikkeling van perceptie van emotionele gezichten. Emoties in gezichten beïnvloeden sociale interacties: hoe verschillend reageren we op iemand die boos of blij is, zelfs wanneer we deze persoon niet kennen. Mensen verschillen in hun vermogen om emoties te herkennen en kunnen ernstige gebreken vertonen, zoals sommige personen met autisme. In haar onderzoek probeert ze de verschillende invloeden op de ontwikkeling van emotieherkenning te ontrafelen. De invloeden die ze bestudeert variëren van zeer eenvoudige visuele waarneming, zoals gevoeligheid voor details, tot ervaring met gezichten via ouders of actieve training. Carlijn bestudeert dit bij kinderen van babytijd tot volwassenheid, zowel in standaard ontwikkeling als in autisme. Voor haar studies gebruikt ze verschillende technieken om de hersenactiviteit en gedrag te registreren. Het ontrafelen van het brede scala aan factoren die emotieherkenning beïnvloeden, en het begrijpen van de mechanismen via welke deze visuele vaardigheid de ontwikkeling van sociale interactie beïnvloedt, helpt de ontwikkeling van therapieën voor personen met autisme.