Terugblik PO Conferentie 2024

Animatie van gekleurde balletjes die als een toren op elkaar balanceren

Op woensdag 7 februari 2024 vond in Utrecht de jaarlijkse PO Conferentie plaats, waarbij de ‘basisvaardigheden’ centraal stonden. Een mix van zo’n honderd  leraren, pabo-docenten, schoolleiders, studenten en onderzoekers kwam deze middag samen voor een key note, posterpresentaties en workshops over taal, rekenen, digitale geletterdheid en burgerschap. In dit artikel lees je een uitgebreide terugblik.

Openingslezing: Gelijkwaardig samenwerken in het Utrechtse onderwijsveld 

Lotte Henrichs, universitair docent bij Onderwijswetenschappen/Educatie (Universiteit Utrecht), opende het programma met een lezing over gelijkwaardig samenwerken in het Utrechtse onderwijsveld. Hierin werd het belang van het overbruggen van de kloof tussen onderwijsonderzoek en onderwijspraktijk benadrukt. Onderwijsonderzoek kun je namelijk niet direct vertalen naar de onderwijspraktijk. Volgens de universitair docent is het van belang rekening te houden met de context van het klaslokaal, ook wel contextualiseren genoemd. Daarnaast is het voor de onderwijspraktijk belangrijk om praktijkkennis uit de context te plaatsen, te decontextualiseren. Zo is het mogelijk om op den duur niet alleen te werken MET bewijs maar ook AAN bewijs.

Een effectieve manier om samen aan de slag te gaan is met behulp van partnerschappen. In Utrecht zijn er al verschillende, waaronder het PO Partnerschap (waar vanuit deze conferentie wordt georganiseerd) en een partnerschap voor het opleiden van (academische) leraren. In deze partnerschappen is kennisdeling tussen de leraren, niet alleen wat betreft onderwijsonderzoek maar ook wat betreft onderwijspraktijk, een van de doelstellingen. Wat werkt, maar vooral: wat werkt niet en waarom werkt dat niet? Met behulp van deze partnerschappen ontstaan zo waardevolle inzichten voor de onderwijspraktijk én het onderwijsonderzoek. In in de woorden van Lotte Henrichs: “Op naar effectieve partnerschappen in Utrecht, voor een door onderzoek gedreven dialoog!”.

Workshop basisvaardigheden


Workshop Burgerschap 

De workshop over Burgerschap  werd gegeven door Lida Klaver, onderzoeker bij Hogeschool Saxion in Deventer én leerkracht op de Jenaplanschool Zonnewereld in Vleuten. De workshop zette alle deelnemers flink aan het denken. 

Al bij de start werd door middel van stellingen duidelijk dat er discussie bestaat over welke thema’s en activiteiten allemaal onder burgerschapsonderwijs vallen. Hiermee illustreerde Lida de diversiteit aan opvattingen die er bestaat over wat ‘goed’ burgerschapsonderwijs is. Volgens de inspectie is de definitie wel duidelijk, maar mogen scholen zelf de leerdoelen en invulling van hun burgerschapsonderwijs bepalen vanwege de vrijheid van onderwijs én omdat er nog geen kerndoelen zijn die scholen een leidraad bieden (deze zijn momenteel in ontwikkeling). Wanneer gekoppeld aan deze eigen leerdoelen lijkt opbrengstgericht burgerschapsonderwijs wel mogelijk, maar is dit ook wenselijk zolang discussie bestaat over wat ‘goed’ burgerschapsonderwijs is?

Lida’s oproep: Ga met elkaar in gesprek over je visie als school op burgerschapsonderwijs en wat je wellicht al doet. Daarnaast is het belangrijk om als school na te denken over opbrengstgericht werken aan burgerschap, en wat je hier dan mee zou willen bereiken. Aan de hand daarvan kun je als school gaan handelen (zoals het koppelen van leerdoelen aan instrumenten). 

Workshop Digitale Geletterdheid

In deze workshop gaven Geertje Damstra (docent HU) en Petra Jansen (docent Marnix) ons een inkijkje in de vier inhoudslijnen die SLO voor het vakgebied Digitale Geletterdheid heeft uitgewerkt: praktische ict-vaardigheden, computational thinking, digitale informatievaardigheden en mediawijsheid. Ze gaven voorbeelden van leeractiviteiten die misschien niet direct in je hoofd opkomen als je aan digitale geletterdheid denkt, maar er zeker wel onderdeel van zijn. Denk aan het werken met een atlas of het tekenen van een waterkringloop. 

Vervolgens nam Joep van Maarseveen (leerkracht en bovenschools ICT-coördinator Proceon Scholengroep) ons mee in de manier waarop je deze inhoudslijnen vorm kan geven op jouw school of binnen jouw bestuur. De deelnemers lazen de inhoudslijnen door en bespraken dat veel van de doelen die daar geformuleerd staan al worden aangeboden op school. Dit was ook de ervaring die Joep deelde vanuit de scholen binnen zijn bestuur: door de doelen op kaartjes te zetten en die kaartjes te plakken op het bestaande aanbod, zie je wat je allemaal al doet en hoe dat verweven zit in je curriculum. 

De deelnemers gaven aan dat het fijn is om te kunnen werken vanuit een schoolbrede visie, omdat dat richting geeft aan de inhoud van de lessen en het zichtbaarder wordt welke vaardigheden je als leerkracht zelf in huis moet hebben.

Workshop Taal

Hoe zorg je ervoor dat kinderen met een andere moeder- en/of thuistaal dan het Nederlands hun eigen taal toch effectief kunnen inzetten om het leren én de vakinhoud te stimuleren? En bevordert dit dan ook de ontwikkeling van de Nederlandse taal? Deze vragen stonden centraal in deze taalworkshop, die werd gegeven door Lianne Stolte (promovendus aan de UU), Sasja Vennekens (ambulant begeleider experticenstrum taalgroepen Voila), Elma Blom (hoogleraar aan de UU) en Vera Ellen van Bork (leerkracht Wereldkidz De Hoogstraat).

Deelnemers van de workshop werden meegenomen in de wereld van het nieuwkomersonderwijs aan de hand van theoretische inzichten en lichtende praktijkvoorbeelden. Daarnaast werd er ingezoomd op praktische hulpmiddelen, waarbij de deelnemers werden uitgedaagd om kritisch na te denken hoe je nieuwkomers in het onderwijs kunt faciliteren.

Hierbij kwam het gebruik en het belang van de eigen taal naar voren, middels een sleutel-, brug-, en spiegelfunctie om het kind te ondersteunen in hoe iets in het Nederlands kan worden geuit. Daarnaast werden praktische tips gegeven voor het inzetten van apps zoals SayHi, Chat GTP en Google Translate in verschillende situaties. 

De bewustwording van het inzetten van de eigen taal van het kind in het Nederlandse (nieuwkomers)onderwijs en het potentieel hiervan werd door de deelnemers als uitermate waardevol ervaren voor de eigen onderwijspraktijk en/of onderwijsonderzoek.

Worksop Rekenen-wiskunde

Marjolein Kool (docent aan de HU ) is in opdracht van het ministerie bezig geweest om de kerndoelen rekenen-wiskunde voor het PO te herzien. Er ligt nu een conceptversie die wordt getoetst in het hele land. De workshop ging over één van de kerndoelen binnen die set van 17 nieuwe kerndoelen: wiskundig probleem oplossen. Dit begint altijd met een uitdagend rekenprobleem, waar alle kinderen in de klas mee aan de slag gaan. Leerlingen oefenen hiermee hun probleemoplossend vermogen, dankzij de strategieën die ze kunnen toepassen. In huidige methodes zoals Pluspunt zitten weinig van dit soort puzzelvragen, en het is Marjoleins  missie om meer leerlingen op deze manier aan het rekenen te krijgen. 

Tijdens de workshop werd besproken wat er van belang is bij het uitproberen van zogenaamde ‘low-floor-high-ceiling’ problemen (Boaler, 2016), waar de hele klas aan kan meedoen en er veel verschillende oplossingsstrategieën mogelijk zijn (van simpel naar meer complex). Hierbij is de lesvoorbereiding allereerst van belang. Bedenk als leerkracht van tevoren met welke oplossingsrichtingen je groep zou kunnen komen en hoe je daarmee omgaat. Bedenk ook vragen die de zwakkere rekenaars zouden kunnen helpen en verdiepingsvragen voor de sterkere rekenaars (‘hoe weet je dat dit goed is?’). 

Daarnaast zijn er drie stappen die je tijdens de les kunt volgen: 
1.    Verhelder eerst het probleem. Begrijpt iedereen het? Laat verder open hoe je het zou kunnen oplossen, zodat iedereen zich vrij voelt zijn eigen strategie te kiezen.  
2.    Zet leerlingen aan het werk (individueel en evt. daarna met schoudermaatje). Loop tijdens het werken rond, zodat je kunt kijken welke oplossingsrichtingen er worden gebruikt en welke je wilt nabespreken 
3.    Organiseer een klassikale uitwisseling over een aantal gekozen aanpakken. Hierbij gaat het erom dat je helder krijgt hóe leerlingen het hebben gedaan. 

Aan het einde van de les bespreek je: wat hebben we hiervan geleerd? Welke verschillende manieren zijn er om dit probleem op te lossen? 

Vervolgens interviewde Marjolein Jelle van Toledo (leerkracht bij Kindcentrum  De Koekoek) en Jasper Schagen (leerkracht bij Kindcentrum  Leeuwesteyn), die een aantal van deze ‘puzzelvragen’ hebben geprobeerd in hun groepen 6, 7, 8. Zij gaven aan dat leerlingen heel betrokken waren bij deze opdrachten, en lieten voorbeelden zien van hoe de leerlingen de opdrachten verschillend hebben aangepakt. Volgens hen werkte de ene opdracht beter dan de ander, afhankelijk van in hoeverre het aansloot bij de leeftijdsgroep en of er voldoende verschillende strategieën waren waar de leerlingen uit konden putten.

Contact

Heb je een vraag? Neem dan contact op met po@uu.nl. De PO Conferentie Regio Utrecht is een initiatief van het PO Partnerschap Provincie Utrecht en wordt georganiseerd door Onderwijsadvies & Training.