MRSA-PREVENT richt zich op het verminderen van de overdracht van de methicilline-resistente Staphylococcus aureus (MRSA) bacterie van varkens naar mensen. Mensen op varkensbedrijven lopen het risico om besmet te worden met deze resistentie bacterie. In ziekenhuizen wordt door het actieve ‘search en destroy’ beleid de insleep van MRSA voorkomen maar de kosten hiervan zijn hoog.

In dit project wordt gezocht, met hightech moleculaire technieken, of bacteriën die van nature bij varkens in de neus voorkomen de groei van MRSA kunnen remmen. Modelmatig wordt onderzocht of deze bacteriën ‘kolonisatie resistentie’ geven zodat MRSA zich niet meer kan vestigen in de varkens neus. Bij een aantal varkens bedrijven wordt onderzocht hoeveel deze toediening het risico voor overdracht van MRSA naar mensen beperkt. Dit project is een interdisciplinaire aanpak, waarin artsen, onderzoekers, dierenartsen en veehouders gezamenlijk werken aan het beperken van de overdracht van MRSA van varkens naar mensen.

• prof. dr. ir. D.J.J. (Dick) Heederik
• dr. A. (Arie) van Nes
• dr. A Fluit
• A.A. (Abel) Vlasblom
• prof. dr. J.A. (Jaap) Wagenaar
• dr. B. (Birgitta) Duim
• dr. A.L. (Aldert) Zomer

• Marjolein Kluytmans-van den Bergh
• Gerard van Eijden

Intensieve veehouderij gaat gepaard met de uitstoot van fijnstof, micro-organismen, endotoxines  en andere factoren die kunnen bijdragen aan het ontstaan en/of verergeren van luchtwegklachten. Dit project onderzoekt of omwonenden van een veehouderij daadwerkelijk een verhoogde kans lopen luchtwegklachten te ontwikkelen.

Project leader of two work packages (Astma/COPD and Data Management). 

• prof. dr. ir. D.J.J. (Dick) Heederik
• dr. ir. I.M. (Inge) Wouters

Bij bouwplaatspersoneel komen huidklachten veelvuldig voor. Ondanks de hoge prevalentie van huidklachten in verschillende beroepen, oplopend tot rond de 25% voor bepaalde typen klachten, is in de arbozorg in de bouwnijverheid de aandacht voor huidproblematiek tot nu toe fragmentarisch geweest. Acties hebben zich beperkt tot enkele agentia, zoals glas- en steenwol en epoxy’s. De doelstelling van het project is inzicht te krijgen in de risicofactoren voor huidaandoeningen in de bouwnijverheid en zo mogelijk op grond van dit inzicht een diagnostische regel voor screening op huidaandoeningen en een model voor de Stoffenmanager Bouwnijverheid te ontwikkelen.

This research project investigates the possible impact of global climate change on reproductive health in Arctic and three local European populations. The key questions to be addressed are, first, how may climate change impact on human exposure to widespread environmental contaminants and, second, how may contaminants impact on occurrence of reproductive disorders as sensitive indicators of health.

To provide affirmative answers to these questions the project will

(i) identify and describe mechanisms by which a changing climate may affect the exposure of arctic and other human populations to contaminants through change in chemical use and emissions, delivery to the arctic ecosystem as well as processing within the arctic physical environment and human food chain. This work relies on modeling of existing data.

(ii) expand the existing knowledge database on human exposure to polybrominated diphenylethers, perfluorinated surfactants and phthalates by analyses of 1000 biobanked serum samples collected in the EU FP5 programme INUENDO

(iii) increase the limited knowledge on links between human exposure to contaminants and reproductive health. This work relies on a large existing parent-child-cohort, where a follow-up survey provide new data that are fed into risk assessment

(iv) perform reviews of experimental and epidemiological literature to identify critical reproductive effects and exposure response data for the selected compounds as input to the risk assesment

(v) integrate data on relative climate induced changes in contaminant mobility and distribution and links between contaminant exposure and reproductive health into a risk evaluation providing insight into possible future risk scenarios related to global climate change.

• prof. dr. ir. R.C.H. (Roel) Vermeulen
• prof. dr. ir. D.J.J. (Dick) Heederik
• dr. V.C. (Virissa) Lenters

HLA is a principal candidate gene region for occupational asthma. Recently, HLA-DQ emerged from genome-wide association studies of late-onset asthma. The aim of this study is to further elucidate the role of HLA class II in adult-onset asthma, by taking occupational exposure into account.

Multi-center study on HLA variants, occupational exposure and adult-onset asthma.