Landen over de hele wereld hebben te kampen met recordtemperaturen en met een alarmerend hoog risico op natuurbranden. En dat terwijl veel gebieden nog niet hersteld zijn van de voorgaande maandenlange droogteperiodes. Voor landen als Nederland, die weinig ervaring hebben met aanhoudende hitte en droogte in de lente en zomer, is dit een grote zorg. Wat staat er op het spel en wat kunnen we eraan doen? We vroegen onze volgers op sociale media wat zij wilden weten over hittegolven en droogte; de vragen legden we voor aan onze wetenschappers. Dit overzicht zullen we regelmatig updaten.
Hitte en droogte in Nederland
- Vraag 1: Wanneer is er sprake van een hittegolf, en wat bedoelen we met droogte?
- V2: Is in Nederland de klimaatverandering de hoofdoorzaak van de droogte?
- V3: Kunnen we deze extreem hete en droge periodes nu ieder jaar verwachten?
- V4: Wat zijn de gevolgen van droogte in Nederland?
- V5: Wat is de invloed van de afgelopen droge jaren op de beschikbaarheid en de kwaliteit van water in Nederland?
- V6: Wat is het effect van droogte op gewassen en op de voedselproductie? En wat kunnen we hieraan doen?
- V7: Wat doet hittestress met (huis)dieren?
- V8: Nederland staat internationaal bekend om zijn strijd tegen het stijgende waterpeil. Maar zijn we ook voorbereid op droogte?
- V9: Hoe zal onze aanpak van de droogte de manier waarop we het stijgende waterpeil in de winter aanpakken, beïnvloeden?
- V10: Wie of wat heeft bij watertekort in Nederland de hoogste gebruiksprioriteit?
Waneer is er sprake van een hittegolf, en wat bedoelen we met droogte?
Beantwoord door Niko Wanders
Een hittegolf is een periode met ongewoon hoge temperaturen gedurende meer dan twee dagen. De 'abnormaliteit' wordt bepaald in relatie tot het gebruikelijke klimaat in een bepaald gebied. In Nederland wordt een hittegolf gedefinieerd als ten minste vijf opeenvolgende dagen met een maximumtemperatuur van 25°C of hoger, waarvan ten minste drie zogenoemde tropische dagen met temperaturen boven de 30°C. En als het om bijvoorbeeld de vlakten in India gaat, is bepaald dat er pas sprake is van een hittegolf wanneer de temperatuur minimaal 40°C is.
Terwijl een hittegolf overmatige hitte inhoudt, betekent droogte dat er een ernstig tekort aan water is. Droogte begint meestal met neerslagtekort over een langere periode, hetgeen leidt tot vermindering van bodemvocht en watertekort in beken, rivieren, reservoirs en een verlaagd grondwaterpeil.
Hittegolven en droogtes zijn nauw met elkaar verbonden. Hitte droogt de bodem uit, waardoor de omgevingstemperatuur verder stijgt. Hogere temperaturen versterken op hun beurt de verdamping van oppervlaktewateren als rivieren en meren, waardoor de beschikbare voorraad vers, zoet water voor miljoenen mensen sterk afneemt. En tijdens een hittegolf gebruiken we meer water om te drinken, af te koelen en onze gewassen te besproeien, waardoor het watertekort tijdens de droogte nog groter wordt. Wanneer hittegolven en lange periodes van droogte gelijktijdig optreden, zoals dit jaar in grote delen van Europa het geval was, zijn de gevolgen nog ernstiger.
Is in Nederland de klimaatverandering de hoofdoorzaak van de droogte?
Beantwoord door Niko Wanders
Doorgaans wordt droogte veroorzaakt door een langere periode met verminderde neerslag. In Nederland zien we hier twee belangrijke oorzaken van: te weinig regen in Nederland en te weinig regen in de Alpen en in Duitsland, waardoor het waterpeil in de Rijn - de levensader van onze drinkwatervoorziening, onze landbouw, onze natuur en scheepvaart - daalt.
Toen we de droogte van 2018 bestudeerden, constateerden we dat droogte de verschillende gebieden in Nederland anders beïnvloedt. In het laagland - ten westen van Utrecht - en in de noordelijke provincies is neerslagtekort in Duitsland de belangrijkste oorzaak van de verdroging: er stroomt dan minder water via de rivieren naar Nederland. In het zuiden en oosten van Nederland is de verdroging het gevolg van toegenomen verdamping als gevolg van hoge temperaturen in combinatie met lokale, aanhoudende droogte.
Dit roept de vraag op of droogte veroorzaakt wordt door de klimaatverandering. Wij concludeerden dat de opwarming van de aarde verantwoordelijk is voor tenminste de toegenomen kans op droogte in het oosten van Nederland, waar hogere temperaturen tot meer verdamping leiden. In de kustgebieden viel daarentegen meer regen in de zomer en kunnen we tot dusver de klimaatverandering niet in verband brengen met meer droogte in het kustgebied.
Afgezien van dit complexe samenspel van factoren kan droogte verergerd worden door de toenemende vraag naar water door de mens, door waterverlies vanuit lekkende, oude leidingen en door inefficiënte distributie en ondoelmatig gebruik van water.
Kunnen we deze extreem hete en droge periodes nu ieder jaar verwachten?
Beantwoord door Niko Wanders
Uit ons onderzoek blijkt dat het veranderende klimaat dit soort extreme periodes helaas steeds vaker en intenser zullen voorkomen; jaren met extreme droogte kunnen feitelijk bijna drie keer zo vaak voorkomen.
Kijken we naar de vijftien droogste jaren in Nederland sinds het begin van de metingen in 1901, dan hebben er alleen al vijf plaatsgevonden in het laatste decennium (zie figuur 1 hieronder). En 2022 breekt nieuwe records. In april vertoonde de Rijn een historisch lage volumesnelheid (debiet) en in augustus was dit lager dan ooit in die maand is voorgekomen, waardoor het recorddieptepunt van 1947 bijna werd aangetikt (zie figuur 2 hieronder).
Dat er in elkaar opvolgende jaren extreme droogte voorkomt, is bijzonder zorgwekkend omdat de getroffen gebieden in de jaren erna nog kwetsbaarder zijn voor droogte. Uit onze analyses van de impact van drie opeenvolgende droge jaren in Nederland en grote delen van Noord- en West-Europa (2018, 2019 en 2020) blijkt dat de bodemvochtigheid en de grondwaterstanden in de tussenliggende winters niet volledig herstelden.
Dit is niet verwonderlijk. Het aanvullen van het grondwaterpeil na een droogteperiode kost tijd - maanden tot zelfs jaren. Zelfs wanneer het weer begint te regenen, is het probleem niet direct opgelost, omdat verdroogde bodems nu eenmaal minder water opnemen. De neerslag van een onweersbui spoelt meestal direct via riolen en rivieren weg in plaats van dat het door de bodem wordt vastgehouden. Zo worden de gevolgen van elk extreem heet en droog jaar vergroot door de reeds aanwezige verdroging van de jaren ervoor. Dit kan resulteren in langer dan gebruikelijke droogte of zelfs meerjarige droogte.
Wat zijn de gevolgen van droogte in Nederland?
Beantwoord door Niko Wanders
Nederland is een waterrijk land en juist deze overvloed maakt dat ons land erg afhankelijk is van watervoorzieningen. Als er sprake is van droogte, zijn de gevolgen dan enorm. Uit onze analyse blijkt dat de meerjarige droogte van 2018, 2019 en 2020, die grote delen van Noord- en West-Europa - waaronder Nederland - trof, zelfs tot vandaag aan toe veel problemen heeft veroorzaakt. Sommige gemeenten voerden zelfs restricties in ten aanzien van het gebruik van water.
Droogte treft de landbouwsector hard: de oogst brengt minder op, er is minder grasland en het inkomen van de boeren daalt. Lage grondwaterstanden ondermijnen de infrastructuur die nodig is om overstromingen te voorkomen. Hierdoor zijn onze dijken minder goed bestand tegen de kracht van het zeewater. En als het grondwaterpeil daalt, klinkt de grond onder onze woningen in. Naar schatting heeft de schade aan huizen als gevolg van bodemdaling de Nederlandse belastingbetaler tussen de 450 en 2080 miljoen euro gekost (Ecorys 2018). Door de lage waterstand in de rivieren konden de schepen per vaart minder vracht vervoeren, hetgeen leidde tot hogere kosten voor de opdrachtgevers. De verminderde hoeveelheid oppervlaktewater - zoals meren en rivieren - heeft gevolgen gehad voor de drinkwatervoorziening en voor de natuurlijke ecosystemen. Door het lagere waterpeil dringt zout water ons land binnen, wat weer gevolgen heeft voor de bronnen van onze zoetwatervoorraad en voor de vruchtbaarheid en productiviteit van zowel onze natuur- als landbouwgronden.
Wat is de invloed van de afgelopen droge jaren op de beschikbaarheid en de kwaliteit van water in Nederland?
Beantwoord door Michelle van Vliet
De recente droogteperiodes hebben naast een sterke daling van de stroomafvoer (debiet) van de Maas en de Rij geleid tot hogere watertemperaturen en tot een verslechtering van de waterkwaliteit: verhoogde zoutgehalten, eutrofiëring (algengroei) en hogere concentraties van diverse verontreinigende stoffen - waaronder farmaceutisch afval. Wanneer de stroomsnelheid van rivieren laag is, is er minder water beschikbaar om de aanwezige verontreinigende stoffen te verdunnen, wat kan resulteren in hogere concentraties van stoffen die tijdelijk de drempelwaarden voor drinkwater, irrigatie of ander watergebruik kunnen overschrijden. Hogere watertemperaturen tijdens droogte en hittegolven kunnen leiden tot beperkingen voor bijvoorbeeld de krachtcentrales die rivierwater als belangrijkste bron voor koeling gebruiken. We hebben dit tijdens de hittegolf van midden juli 2022 gezien bij kerncentrales in België, Duitsland en Zwitserland.
Wat is het effect van droogte op gewassen en op de voedselproductie? En wat kunnen we hieraan doen?
Beantwoord door Rashmi Sasidharan en Mariana Silva Artur
Planten hebben water nodig voor hun groei en ontwikkeling, met inbegrip van de productie van vruchten, bladeren, wortels en zaden die wij consumeren. Planten halen het water meestal direct uit de grond. De opwarming van de aarde heeft er inmiddels toe geleid dat er in verschillende delen van de wereld vaker te veel of juist te weinig neerslag valt, met overstromingen en droogte tot gevolg, die allebei dan weer negatieve gevolgen hebben voor de planten. De grote droogte die we nu in Nederland meemaken, betekent bijvoorbeeld dat planten niet voldoende water op kunnen nemen om te overleven. Voor plantensoorten die wij voor ons voedsel verbouwen, zal - zelfs als de plant het overleeft - de beperkte watertoevoer de kwaliteit en de kwantiteit van de opbrengst sterk verminderen. Dit betekent bijvoorbeeld minder graan van gewassen als rijst en tarwe en minder of kleinere hoeveelheden wortelen en aardappelen. Droogte heeft directe gevolgen voor de voedselproductie en -kostprijs.
Aan de Universiteit Utrecht en Wageningen University & Research onderzoeken we de effecten die waterstress (droogte en overstromingen) heeft op de overleving van planten. We identificeren de genen en de mechanismen die de planten helpen om in dergelijke ongunstige situaties te overleven. Met onze bevindingen hopen we een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van planten die beter bestand zijn tegen waterstress en daarmee de toekomst van de voedselproductie in Nederland en wereldwijd veilig te stellen.
Wat doet hittestress met (huis)dieren?
Dieren kunnen niet zo goed zweten als mensen. Daarom is het moeilijker voor hen om zich te ontdoen van overmatige warmte. Op warme dagen kan hittestress het gevolg zijn. De temperatuur van het dier is dan abnormaal hoog. Als op zo'n moment niet direct tot actie wordt overgegaan, kunnen de dieren in shock raken, waardoor orgaanbeschadiging kan optreden - met alle gevolgen van dien.
Wat kan je doen? Preventie is het belangrijkste: zorg voor een goede ventilatie en voor voldoende schaduw en water voor je huisdier. Laat op een warme dag je hond nooit alleen in de auto achter, zelfs niet in de schaduw met een raampje open. Doe het rustig aan op het heetst van de dag en ga dan niet uitgebreid met je hond wandelen of ravotten. Besteed extra aandacht aan dieren die oud zijn of hart- of ademhalingsproblemen hebben. Als je hond te lang in de zon heeft gezeten, is het belangrijk om voor afkoeling te zorgen: maak het dier helemaal nat met water. IJskoud water is niet nodig, kraanwater is prima. Wikkel de hond niet in een natte doek, want dan kan het zijn warmte niet kwijt. En als je je zorgen maakt: neem contact op met een dierenarts!
Nederland staat internationaal bekend om zijn strijd tegen het stijgende waterpeil. Maar zijn we ook voorbereid op droogte?
Beantwoord door Maarten Kleinhans
De roem verdient Nederland eigenlijk maar ten dele, want de strijd tegen het water heeft juist ook voor grote problemen gezorgd, nu en in de toekomst. De gebieden langs de Rijn en Maas en langs de kustgebieden hebben sinds 900 jaar geleden de eerste dijken en dammen zijn gebouwd, te lijden gehad onder een groot aantal overstromingen. De dijken en dammen hebben er samen met de verlaging van het grondwaterpeil geleid tot wijdverbreide bodemverzakking en verlies van veengrond. In het afgelopen millennium zijn we op deze manier enkele meters aan hoogte kwijtgeraakt. Het land daalt nu even snel als de zeespiegel later deze eeuw zal stijgen. En daarnaast heeft het veenverlies gezorgd voor een extra verhoging van de broeikasgassen.
Om overstromingswater en neerslag zo snel mogelijk kwijt te raken, zijn lange tijd de twee meest gangbare reacties gericht geweest op het verder laten dalen van het grondwaterpeil en het snel kwijtraken van neerslag. Het huidige waterbeheersysteem sluit hiermee dus niet goed aan op het vasthouden van water. Nederland wordt hierdoor steeds kwetsbaarder voor zowel de zeespiegelstijging als de droogte.
Niet alleen Nederlanders, maar ook Duitsers, Belgen en Fransen zullen ontdekken dat herstel van de natuur een uitermate krachtig middel is voor de infiltratie van neerslag en het vasthouden van water in de bodem. In het verleden leidde het verwijderen van bos, hagen en andere natuurlijke landschapvormen tot meer infiltratie, hetgeen een te snelle ophoping van de afvoerstromen in de beken en rivieren voorkwam, hetgeen stroomafwaarts tot dijkdoorbraken en overstromingen leidden. De catastrofale overstroming van de Maas in 2021 was niet alleen te wijten aan de klimaatverandering, maar ook aan een millennium van landschapsverandering door verstedelijking, uitroeiing van ecosystemen en grootschalige landbouw. Als de landen stroomopwaarts van Nederland meer water vasthouden, zal dat het overstromingsrisico in ons land verlagen. Maar er zal ook meer water vastgehouden worden in de zomer, waardoor de rivierstroom naar Nederland gereduceerd zal worden en de droogteproblemen toe zullen nemen.
Nederland mag internationaal bekend staan om zijn expertise op het gebied van waterbeheer op korte termijn, maar om het ergste te voorkomen vereist het duurzaam beheren van water radicale veranderingen in zowel landgebruik als natuurherstel, als ook het nemen van een leidende rol in klimaatoplossingen.
Hoe zal onze aanpak van de droogte de manier waarop we het stijgende waterpeil in de winter aanpakken, beïnvloeden? En omgekeerd, hoe beïnvloeden onze maatregelen voor de zeespiegelstijging ons vermogen om de droogte het hoofd te bieden?
Beantwoord door Maarten Kleinhans
Deze verbanden zijn complex. Veel hangt af van hoe snel het waterpeil in de winter stijgt. Een geleidelijke stijging van het water in de rivieren in de winterperiode betekent dat grondwater de tijd heeft om zich vanuit het waterkanaal te verspreiden, terwijl een plotselinge stortvloed zo snel en veilig mogelijk het land uit moet worden geloodst. De geleidelijke stijging van de zeespiegel in deze eeuw betekent dat er een steeds groter verschil ontstaat in het waterpeil in en langs de rivieren, waardoor de infiltratie van grondwater langs de rivieren toeneemt. En een zeespiegelstijging van meer dan een meter of twee betekent dat er draconische maatregelen ingezet moeten worden, zoals dijkverhoging en -verbreding, het volledig afdammen van de riviermonding of het wegpompen van zeewater. Daarnaast houdt een hogere waterstand bij een lagere rivierafvoer in combinatie met verzakte polders in dat in de zomerperiode zout zeewater geleidelijk zijn weg verder landinwaarts zal vinden. Door droogte in de polders komt er nu al zout grondwater aan de oppervlakte. Uitspoelen van dat zout kan alleen met zoet water.
Zeker geen kwestie van vrijblijvendheid! Het is ook niet dat je je goed voorbereidt op het ene en het andere op de koop toeneemt. Nederland zal het probleem met een dubbele focus aan moeten pakken: én het waterbeheer én het landgebruik moeten zo heringericht worden dat de ergste effecten van de klimaatverandering worden voorkomen. Deze maatregelen zullen bovendien ten minste neutraal of liever nog beter moeten zijn voor de klimaataanpak en het ombuigen van de trend van de vernietigende biodiversiteit.
Wie of wat heeft bij watertekort in Nederland de hoogste gebruiksprioriteit?
Beantwoord door Herman Kasper Gilissen
Onder ‘normale’ omstandigheden kan in Nederland in de meeste gevallen in de waterbehoefte van vrijwel alle soorten watergebruik worden voorzien. Water kan in principe vrijelijk aan het watersysteem onttrokken worden; sommige vormen van gebruik - met name grotere onttrekkingen van grond- of oppervlaktewater - worden gereguleerd door middel van vergunningen- of meldingssystemen.
In geval van (dreigende) waterschaarste - een situatie waarin de (regionale) vraag naar water groter is dan de beschikbare en toegankelijke hoeveelheid water van een bepaalde kwaliteit - kan het recht op water van specifieke gebruikstypen worden beperkt ten gunste van andere gebruikstypen. Dit gebeurt op basis van een wettelijk geregelde voorrang van gebruik, de zogenoemde verdringingsreeks (zie artikel 2.9 Waterwet en artikel 2.1 Waterbesluit). Op basis van deze prioritering krijgen hoogwaterbescherming en het voorkomen van onomkeerbare schade aan natuur en landschap voorrang boven respectievelijk de nutsvoorzieningen (drinkwater- en energieproductie om de leveringszekerheid te waarborgen), het kleinschalige hoogwaardige gebruik (beregening van kapitaalintensieve gewassen en verwerking van industrieel proceswater) en de overige vormen van gebruik, waaronder scheepvaart, landbouw, natuur, industrie, recreatie, visserij en drinkwater- en energieproductie die de leveringszekerheid te boven gaat.
In geval van waterschaarste zullen in eerste instantie de lager gerangschikte gebruikssoorten tijdelijk hun recht op water verliezen en/of geen aanspraak meer kunnen maken op overheidsmaatregelen om water te leveren. Dat er minder water toebedeeld wordt, zal dan geaccepteerd moeten worden. Ook kunnen watergebruikers geconfronteerd worden met expliciete verboden om water aan het watersysteem te onttrekken. Overheidsmaatregelen, zowel technische als administratieve, kunnen worden genomen om het beschikbare water toe te delen waar en aan wie het nodig is.
Om te bepalen welk type gebruik vooralsnog bediend moet worden en welke maatregelen er genomen moeten worden, zetten de waterbeheerders de verdringingsreeks zowel strategisch in als in een concrete situatie.
Hoewel de categorisering en de volgorde van de gebruikstypen kunnen afwijken, hebben veel andere landen en ook de Europese Unie een vergelijkbaar prioriteringssysteem. Anders dan in Nederland - wat door de geografische ligging van ons land te verklaren valt - wordt in de meeste landen de productie van drinkwater als de hoogste prioriteit beschouwd.
Wie is verantwoordelijk voor de opslag van water als water in overvloed aanwezig is?
Beantwoord door Herman Kasper Gilissen
Het Nederlandse watersysteem is zo ingericht dat overtollig water zo snel mogelijk naar de zee wordt afgevoerd. Dit wordt vooral gedaan om te voorkomen dat het land overstroomt. De keerzijde van deze aanpak is dat in tijden van droogte en/of een verminderde instroom via de rivieren de beschikbare hoeveelheid zoet water beperkt is, waardoor het risico op schaarste aan water toeneemt.
Een van de mogelijke strategieën om het risico op en de gevolgen van waterschaarste te beperken, is om het overtollige water vast te houden en op te slaan ('vasthouden en bergen') in plaats van het af te voeren. Tot nu toe liggen er nog geen duidelijke afspraken over de verdeling van de verantwoordelijkheden omtrent de opslag van water. Waterberging kan in principe op (zeer) grote schaal in het watersysteem plaatsvinden, bijvoorbeeld door het peil van waterlichamen als het IJsselmeer te verhogen, door waterlopen meer ruimte te geven om te meanderen of zich uit te breiden, of door speciale waterbergingsgebieden in te richten. Aangezien dergelijke maatregelen genomen moeten worden binnen en deel moeten gaan uitmaken van het watersysteem, ligt het voor de hand dat in Nederland de verantwoordelijkheid hiervoor in de eerste plaats bij de waterbeheerders op centraal en regionaal niveau ligt.
Het invoeren van dergelijke maatregelen vergt letterlijk veel van de ruimte en kan al snel conflicteren met de ruimtelijke claims voor bijvoorbeeld wonen, landbouw of natuur. De publieke verantwoordelijkheid kan hierdoor niet als absoluut en exclusief gezien worden. Met andere woorden: de overheid is niet de verantwoordelijke partij om de levering van water van goede kwaliteit te garanderen op álle tijden, álle plaatsen en voor álle soorten gebruik.
Water (regenwater of water onttrokken aan het watersysteem) kan ook buiten het watersysteem om op kleinere schaal worden opgeslagen, zoals in vijvers, bassins en vaten. Dit wordt over het algemeen beschouwd als een individuele, particuliere verantwoordelijkheid van burgers en boeren. Zo kunnen ze zelf effectief hun individuele weerbaarheid tegen droogte vergroten. Hoewel dit niet expliciet via de wet verplicht is, kan deze verantwoordelijkheid wel afgeleid worden uit de verplichting van bedrijven en particulieren om op actieve wijze schade te voorkomen en/of te beperken waar dat redelijkerwijs mogelijk is.
Samenvattend is het antwoord op de gestelde vraag: hoewel het watersysteembeheer zeker verantwoordelijkheden van de overheid met zich meebrengt als het gaat over het nemen van maatregelen om het risico van waterschaarste te verkleinen, betekent dit niet dat er geen (extra) verantwoordelijkheid is voor private partijen om in hun eigen (nood)watervoorziening te voorzien.
Zijn er efficiënte en duurzame manieren om zout water om te zetten in drinkwater?
Beantwoord door Edward Jones
Ontzilting - het proces waarbij de zouten uit zout water worden verwijderd - wordt al langer gebruikt voor het aanvullen van de watervoorraden in rivieren en meren en voor het verhogen van het grondwaterpeil. Hoewel ontzilting van oudsher geconcentreerd is in de regio’s waar grote waterschaarste vaker voorkomt, maakt de technologische vooruitgang in combinatie met de toenemende druk op beschikbare watervoorraden ontzilting in toenemende mate wereldwijd tot een interessante en wat de kosten betreft concurrerende optie voor het beheer van de watervoorzieningen. De gedachte om een vrijwel onbeperkte, droogtebestendige en betrouwbare toevoer van water van hoge kwaliteit veilig te stellen, maakt het ontzilten van zeewater bijzonder aantrekkelijk.
Ondanks de snelle technologische vooruitgang liggen er nog uitdagingen, waaronder de hoge kosten, de hoeveelheid benodigde energie (vaak fossiele brandstoffen) en de verwijdering van het afvalwater die met de ontzilting gepaard gaat. Hoewel voor het gebruik van ontzilting het gebruik van duurzame energiebronnen toeneemt, staat het directe gebruik hiervan nog in de kinderschoenen (minder dan 1% van de wereldwijde ontziltingscapaciteit). Kleinschalige projecten zijn veelbelovend, maar kunnen moeilijk worden opgeschaald. En uiteraard is het koolstofvrij maken van de elektriciteitsnetwerken die de ontziltingsinstallaties bevoorraden belangrijk voor het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen.
Hoewel ontzilting een enorm potentieel heeft, moeten landen ook sterk de nadruk leggen op het maximaliseren van het gebruik van water dat reeds voorhanden is. Dit betekent niet alleen een verhoging van de inspanningen voor het behoud van en het efficiënter gebruik van water, maar ook voor het hergebruik van gezuiverd afvalwater. Veel landen produceren al aanzienlijke hoeveelheden behandeld afvalwater, maar loodsen deze vervolgens in het milieu, terwijl direct hergebruik een haalbare optie zou kunnen zijn om hiermee de druk op de andere zoetwaterbronnen te verminderen.
Welke planten en bomen kunnen helpen om de neerslag te verhogen?
Beantwoord door Rashmi Sasidharan and Mariana Silva Artur
Het is niet helemaal duidelijk hoe planten de watercyclus beïnvloeden. Wel is zeker dat bossen een positieve invloed hebben op neerslagpatronen. Water dat door de plantenwortels wordt opgezogen, wordt aan het eind van het proces voor een deel weer via verdamping aan het milieu afgegeven. Als we aan een hele grote boom denken, kan de hoeveelheid vocht die door het evapotranspiratie-proces weer in het milieu terechtkomt bijdragen aan de toename van de luchtvochtigheid. En daarmee stimuleren bossen neerslag. Het evapotranspiratie-effect zorgt er ook voor dat de omgevingstemperatuur daalt, wat een koelend effect tot gevolg heeft. Meer bomen en planten in tuinen en stedelijke gebieden kunnen tijdens een hittegolf naast de schaduw die zij bieden dus ook de nodige verkoeling brengen. Een derde bijdrage van planten aan de watercyclus verloopt via het wortelsysteem. Plantenwortels houden de bodem bijeen en voorkomen daarmee erosie tijdens regenval. Het wortelsysteem draagt ook bij aan de infiltratie van de neerslag.