Perspectief op ... Even over Morgen
Wetenschappelijk onderzoek start met vragen. Daarom organiseerde het Centrum voor Wetenschap en Cultuur in oktober 2021 ‘Even over Morgen’: een laagdrempelig programma in zeven Utrechtse wijkbibliotheken met gelijkwaardige dialogen tussen bibliotheekbezoekers en onderzoekers van de Universiteit Utrecht en het UMC Utrecht.
De onderzoekers gingen op zoek naar vragen en inzichten die kunnen leiden tot nieuw onderzoek of een verrassende wending in bestaand onderzoek. Deze vragen maken kans om deel uit te maken van de Utrechtse Wetenschapsagenda, die in 2022 wordt opgesteld.
Voor de Utrechtse Wetenschapsagenda wilden wij graag in gesprek gaan met Utrechters die niet zo vanzelfsprekend met wetenschap of de Universiteit Utrecht in contact komen. Dat was voor ons een uitdaging. Vandaar dat we intensief zijn gaan samenwerken met de Bibliotheek Utrecht. Door een programmamaker van de Bibliotheek een actieve rol te geven in ons projectteam, konden wij gebruik maken van kennis over en ervaring met de doelgroep die wij niet goed kennen. Zo ontstond Even over Morgen. Dankzij dit mooie programma hebben we meer dan 500 vragen opgehaald over wat Utrechters belangrijk vinden voor de toekomst.
Toen de Universiteit Utrecht bij de Bibliotheek Utrecht aanklopte om in gesprek te komen met ‘de Utrechtse burger’ moest ik wel even lachen om deze benaming. Alle Utrechters zijn welkom in de bibliotheek. Om te lezen, leren, te informeren maar ook om even te schuilen voor de regen of gewoon om even te zitten. En tijdens dit project dus ook om in gesprek te gaan met wetenschappers! Een project dat voor zowel de bezoekers, de universiteit en de bieb enorm leerzaam was. Ik ben blij dat we ook kijken naar meer gezamenlijk aanbod voor de Utrechters. Er valt voor ons alle drie nog een hoop meer te leren. Dit was in ieder geval een project met een heel fijne samenwerking!
Van mijn deelname aan Even over Morgen heb ik vooral onthouden hoe de oprechte, interessante en originele vragen van Utrechters uit alle wijken en van alle leeftijden je aan het denken kunnen zetten over je eigen vakgebied en onderzoek. Of het nu ging over zorgen om de coronapandemie of (on)vrijheid in andere delen van de wereld. Telkens leidden de vragen tot interessante gesprekken, die ik meeneem in mijn werk als onderzoeker. Dat heeft me bovendien duidelijk gemaakt dat het onderzoek aan de Universiteit Utrecht écht relevant is voor mensen, hen raakt en ertoe doet.
Ik zat in de bibliotheek Overvecht te studeren toen iemand van de Universiteit Utrecht aan mij vroeg of ik met een onderzoeker in gesprek wilde gaan. Aan het begin was ik een beetje zenuwachtig, tot Max (Vetzo, red.) zei: ‘Je mag alles vertellen en vragen wat je bezighoudt.’ Het was heel fijn dat hij me op mijn gemak stelde en zo goed luisterde. We hebben uitgebreid gepraat over angst en hoe het komt dat mensen zich gevangen kunnen voelen terwijl ze vrij zijn. Samen hebben we een vraag geformuleerd voor de wetenschap: ‘Hoe kunnen we ervoor zorgen dat mensen die naar Nederland vluchten, zich hier thuis voelen?