Interview: Uit je comfortzone voor maatschappelijke verandering

Foto: Lize Kraan

Kennis delen met lokale gemeenschappen en samen maatschappelijke uitdagingen aanpakken. Dat is waar het om draait bij Anders Utrecht. Anders Utrecht brengt Utrechtse initiatieven in kaart die sociale en ecologische problemen aanpakken en verbindt ze met elkaar, ontwikkelt podcasts om initiatieven een stem te geven en stimuleert samenwerking via workshops en onderzoek.

Kloof overbruggen

Tijdens zijn werk als onderzoeker in Aotearoa in Nieuw-Zeeland kwam Ozan Alakavuklar terecht in een omgeving van kleinschalige lokale maatschappelijke organisaties die zonder hulp van buitenaf maatschappelijke uitdagingen aangingen. Hij zag daar dat de academische wereld als iets totaal anders wordt gezien dan de wereld van het buurtwerk. Daarom vroeg hij zich af: hoe kunnen we ons onderzoek anders doen om deze kloof te overbruggen? Hoe kan de universiteit een ankerinstelling in de stad worden – een langetermijnpartner voor maatschappelijke verandering? 

In Utrecht zette hij Anders Utrecht op. Onderzoekers van de Universiteit Utrecht bevorderen in dit project de lokale kennisuitwisseling op vlakken als voedsel en duurzaamheid en creëren zo een netwerk voor langdurige samenwerking. Dit netwerk bestaat uit vijftien verenigingen, sociale ondernemingen, burgerbewegingen, buurtinitiatieven, én een groep onderzoekers van de Universiteit Utrecht. “De eerste reactie van de organisaties was: wat levert het ons op? Daarom nodigden we ze uit voor bijeenkomsten, om manieren te vinden om als gelijkwaardige partners samen te werken en om te onderzoeken we hoe we de waarde van onze expertise en academische kennis voor hen kunnen vergroten.” 

Actieve bijdrage

Als onderdeel van het nieuwe masterprogramma ‘Organising Social Impact’ brengt Anders Utrecht studenten in contact met organisaties om een actieve bijdrage te leveren aan hun activiteiten. Soms hebben de betrokken organisaties al een praktisch probleem waaraan studenten met hun onderzoek een bijdrage kunnen leveren. Alakavuklar legt uit: “We willen echt dat ze hun handen vuil maken. Als de organisatie een buurttuin runt, gaan de studenten aan de slag in de tuin. Dat noemen we betrokken veldwerk. Geen adviezen vanaf de zijlijn, maar in het echt zien hoe maatschappelijke impact in de dagelijkse praktijk wordt georganiseerd.”  

Zouden alle afdelingen van de Universiteit Utrecht actief moeten samenwerken met lokale partners? “Dat kun je niet zo algemeen stellen, omdat elk maatschappelijk domein andere behoeften heeft. Al geloof ik wel in de waarde van nauwe samenwerking”, aldus Alakavuklar. Dat wil niet zeggen dat een universiteit haar autonomie of onafhankelijkheid verliest, of dat zij in het directe belang van de betrokken organisatie zou moeten werken, maar wel dat een universiteit buiten haar comfortzone kan treden door theoretische en praktische kennis samen te voegen, om sociale verandering teweeg te brengen.  

Tekst: Hilke Grootelaar

In Beeld

Dit artikel staat ook in de derde editie van het magazine In Beeld, vol met inspirerende columns, achtergrondverhalen en ervaringen van onderzoekers en ondersteunend medewerkers. 

Ga naar In Beeld #3