In de praktijk: tijd maken voor publieksactiviteiten

Tijd vinden naast onderzoeks- en onderwijstaken om publieksactiviteiten te verrichten kan een uitdaging zijn. We vroegen drie ervaringsdeskundigen om hun perspectief.

Tijd is een issue

Arthur Lutz: “Tijd is een issue. De voorbereiding van mijn publieksproject heeft me meer tijd gekost dan verwacht. Dit was goed bestede tijd in mijn ogen, maar ging wel ten koste van ander werk. Hoe zorg je ervoor dat je je tijd goed besteedt zodat je genoeg aandacht hebt voor de activiteit én onderwijs en onderzoek?”

Direct delen met de praktijk

Elma Blom: “Binnen ons project werken we met een bepaalde methode waarbij je al vanaf het begin samenwerkt met maatschappelijke partners. Dus de promovendi werken samen met families, met leerkrachten, met educatieve medewerkers in musea. Ze delen wat ze onderzoeken direct met de praktijk. Die vertaling naar de maatschappij, en het direct mensen betrekken van buiten de universiteit, gaat op een hele natuurlijke manier door de methode die we gebruiken.  

“Er zal zeker onderzoek blijven waarbij dit niet voor de hand ligt, dat  moeten we ook bewaken, maar het is wel belangrijk dat we als wetenschappers van tevoren goed nadenken bij al onze onderzoeksprojecten: zijn er methodes waarmee we in het hele project het erkennen en waarderen van dit soort activiteiten kunnen inbouwen? Dan kun je de promovendi ervoor waarderen, en ook zorgen voor een goede begeleidingsstructuur."

We kunnen zelf, als wetenschappers, veel oplossen en zijn daar ook creatief in. Maar je wil dat er op de universiteit niet alleen op het niveau van de individuele onderzoeker opgelost wordt, maar ook op een hoger niveau

“Daarnaast krijg ik vaak verzoeken om lezingen of workshops te geven. Daar heb ik lang niet altijd tijd voor. Het liefst heb ik een groep van onderzoekers om me heen met wie ik mijn tijd een beetje kan verdelen, dus met wie ik samenwerk daarin.

“Wat ik ook doe is een marktconform tarief vragen. Dan kun je proberen met verdiende geld wat tijd vrij te maken, door assistentie in te huren bijvoorbeeld.  

“Dus dat zijn denk ik de drie belangrijkste manieren waarop individuele onderzoekers hier mee om kunnen gaan. Maar waar ik ook tegenaan loop, zijn de functieprofielen waarmee we moeten werken. Die passen niet bij wat we willen. Soms wil ik iemand aannemen die heel goed is in communicatie met externe partners en naar buiten toe, maar dan is het moeilijk een functieprofiel te vinden met voldoende waardering. Dan moet ik me in allerlei bochten wringen om daar een oplossing voor te vinden. 

“We kunnen zelf, als wetenschappers, van alles proberen om het op te lossen, en daar zijn we ook heel creatief in. Maar je wil dat er op de universiteit niet alleen op het niveau van de individuele onderzoeker opgelost wordt maar ook op een hoger niveau, om dit soort dingen beter te regelen.”

Meer team spirit

Stans de Haas: “Erkennen en waarderen is een transformatie die gebeurt op individueel niveau, op teamniveau en op het niveau van de organisatie en het systeem.

“Ik zou willen pleiten voor meer team spirit in het academische werk. Dat betekent voor mij dat je met je team gaat nadenken over de impact die je gezamenlijk wilt bereiken, wetenschappelijk en maatschappelijk. En dat je vervolgens kijkt wat daar voor nodig is.

Bij de transitie naar het nieuwe erkennen en waarderen is de kern dat al die bijdragen aan de totale impact erkend en gewaardeerd worden

“Public engagement is dan onderdeel van een gezamenlijk plan. Daar hoort ook bij dat je gaat kijken welke competenties en vaardigheden nodig zijn. Die kan je binnen je team ontwikkelen, zodat het team daar gezamenlijk sterker in wordt en elkaar helpt om te ontwikkelen op dat vlak. Of je werft een nieuwe collega als daar ruimte voor is. Ik zou dan niet zozeer vanuit functieprofielen denken, meer vanuit een persoonlijk profiel en daarbij ruimte inbouwen voor ontwikkeling en aansluiting bij het team.

"Bij alle plannen spelen tijd en geld natuurlijk een rol. Bij een congres met commerciële toegangsprijzen is het geheel terecht dat wetenschappers een honorarium vragen voor hun bijdrage. Dat geld kan dan ingezet worden voor het gezamenlijke onderzoek of onderwijs waar de congresbijdrage uit voort kwam. Maar zo’n rechtstreekse financiering is niet altijd mogelijk. Dan zijn er andere middelen nodig, zoals het Public Engagement Seed Fund.

"Je kunt public engagement ook onderdeel maken van je onderzoeksproject. Ik zeg bewust ‘onderdeel’ en bijvoorbeeld niet ‘aanvullend resultaat’. Om impact te hebben  moet public engagement op gelijke voet staan met andere projectresultaten, zoals een wetenschappelijk artikel in een peer-reviewed tijdschrift.

"Verschillende vormen van output dienen diverse doelen en hebben hun eigen publiek en effect. Samen dragen ze bij aan de totale impact van het project. Bij de transitie naar het nieuwe erkennen en waarderen is de kern dat al die bijdragen aan de totale impact erkend en gewaardeerd worden. Daar kan je als organisatie wel aan bijdragen. Bijvoorbeeld door te investeren in leiderschap en handreikingen te bieden om te werken vanuit team spirit.“

Dr. Arthur Lutz is fysisch geograaf. Hij ontving Public Engagement Seed Fund voor een publieksproject waarin hij samen met een muziekproducer het publiek meeneemt op een reis door de waterkringloop van de aarde

Prof. dr. Elma Blom is hoogleraar Taalontwikkeling en Meertaligheid in Gezin en Onderwijs.  Zij leidt een onderzoeksproject voor de Nationale Wetenschapsagenda over de verschillende contexten waarin kinderen leren.

Dr. Stans de Haas is samen met prof. dr. Paul Boselie trekker van het thema Erkennen en Waarderen in het Open Science-programma van de Universiteit Utrecht.

In Beeld

Dit artikel staat ook in de tweede editie van het magazine In Beeld, vol met inspirerende columns, achtergrondverhalen en ervaringen van onderzoekers en ondersteunend medewerkers. 

Open het magazine