CoDEmBI

Tweetaligheid

Veel meertalige kinderen in Nederland spreken thuis een andere taal dan op de crèche of op school. Deze kinderen zijn niet vanaf geboorte tweetalig, maar ze worden tweetalig. Wij noemen dit “ontluikende tweetaligheid”. De thuistaal ontwikkelt zich eerst, terwijl het Nederlands vaak pas op een iets later moment geleerd wordt.

Dit onderzoek bestudeert veranderingen in tweetaligheid bij schoolgaande kinderen tussen de 5 en 8 jaar. De onderzoekers richten zich op kinderen van Turkse en Marokkaanse afkomst. In dit onderzoek brengen we de taalomgeving van deze kinderen in kaart en we onderzoeken hoe ontluikende tweetaligheid de cognitieve ontwikkeling van kinderen beïnvloedt.

Implicaties voor de klinische praktijk

Kinderen die een tweede taal leren, kunnen soms dezelfde “fouten” maken als kinderen met een taalontwikkelingsstoornis (TOS). Bij de meeste kinderen is dit een fase die vanzelf overgaat. Bij sommige kinderen kan er echter ook sprake zijn van een TOS. Meer onderzoek is cruciaal om te herkennen wat er aan de hand is, een adequate diagnose te stellen en tot de beste behandeling te komen.  In het kader van COST Actie IS0804 zijn diverse nieuwe instrumenten ontwikkeld speciaal voor gebruik in meertalige contexten die in het PhD project van Tessel Boerma zijn getest.

Meedoen aan ons project?
logo CoDEmBI

Contact

Project CoDEmBi is onmogelijk zonder de medewerking van scholen, logopedisten, ouders en kinderen. 
Wilt u meedoen aan ons project of heeft u vragen, stuurt u dan een mail naar: 

w.b.t.blom@uu.nl 
m.timmermeister@uu.nl
t.d.boerma@uu.nl