Hoe sociale media-conversaties protest op straat mobiliseren
Van scherm naar straat: de invloed van radicaal gedachtegoed op protestbewegingen
Door Jeroen Bakker, junior onderzoeker bij Utrecht Data School
Het was gisteravond voor de vierde dag op een rij raak: in verschillende steden in Nederland lieten relschoppers opnieuw een spoor van vernieling achter. Bushokjes, winkelpanden en kinderopvangcentra, maar ook politie en hulpverleners, moesten het ontgelden. Hoe kunnen coronademonstraties uitmonden in zulke 'orgies van geweld'? Is hier nog wel sprake van een protest? De Utrecht Data School publiceerde dit voorjaar het rapport Van scherm naar straat, waarin zij onderzocht hoe protestbewegingen zich online mobiliseren en wat de invloed van radicaal gedachtegoed in deze groepen is. De bevindingen van toen blijken nog steeds relevant.
De onderzoekers van Utrecht Data School analyseerden de sociale netwerken van een verscheidenheid aan Nederlandse actiegroepen, uiteenlopend van Black Lives Matter en anti-5G-bewegingen tot boerenprotestgroepen en coronademonstranten. Hiervoor werden de activiteiten van de groepen en hun leden op Twitter en Telegram in kaart gebracht.
Onderlinge verbindingen
Gebruikers zijn op Telegram en Twitter – al dan niet bewust – actief in 'topic communities': groepen gebruikers die elkaar vinden door een gedeelde interesse. Uit ons onderzoek blijkt dat deze groepen niet los van elkaar staan. Zo troffen we op Telegram aankondigingen van coronademonstraties aan in boerenprotestgroepen, en werden er oproepen voor boerenprotesten gedeeld in groepen die zich tegen coronamaatregelen keren. Er blijkt dus sprake te zijn van actieve pogingen tot samenwerking.
Het houdt echter niet op bij contact tussen verschillende protestgroepen. Ook groepen die zich focussen op complottheorieën en radicaal gedachtegoed hebben korte lijntjes met de coronademonstranten en boerenprotestbeweging, zo blijkt uit een analyse van onderlinge interactie tussen de groepen. Waarom slaat dergelijk gedachtegoed juist bij deze groepen zo aan?
De gemene deler lijkt een breed gedragen anti-establishmentsentiment dat bij de onderzochte bewegingen vooral binnen de boeren- en corona-actiegroepen leeft.
Anti-establishment
De gemene deler lijkt een breed gedragen anti-establishmentsentiment dat bij de onderzochte bewegingen vooral binnen de boeren- en corona-actiegroepen leeft. Frustratie over concrete onderwerpen, zoals het stikstofbeleid en de strenge coronamaatregelen, kan leiden tot een verlies in vertrouwen in de overheid, media, wetenschap en andere vormen van autoriteit die tegen het belang van de groep ingaan. Dit groeiende wantrouwen blijkt een vruchtbare voedingsbodem voor alternatieve narratieven en extreme geluiden, die ook in toenemende mate in de Nederlandse politiek worden gerepresenteerd en versterkt.
Radicale overtuigingen leiden tot een zichtbare verharding van het debat. De overheid en kennisinstellingen worden door leden in deze groepen neergezet als "vijanden van het volk", ministers als "pedofielen" of "satanisten", en journalisten worden "op een zwarte lijst gezet". Wanneer de tegenstanders worden afgeschilderd als directe gevaren voor de samenleving, neemt het gevoel van urgentie toe. Buitensporige acties, zoals het intimideren van verslaggevers of het aanvallen van politie, kunnen hierdoor sneller als geoorloofd worden ervaren door de daders.
De harde taal blijkt niet enkel bij woorden te blijven. Uit ons onderzoek bleek dat protesten die werden aangekondigd in Telegram-groepen – waar het grootste deel van de radicale uitingen is te vinden – opvallend vaak escaleren. Van de in 2020 geëscaleerde demonstraties werden er 12 van de in totaal 29 aangekondigd in de openbare Telegram-chats die we onderzochten.
Wie wil, vindt met een druk op de knop tientallen kanalen waar complottheorieën en misinformatie welig tieren. Wanneer een groep wordt opgedoekt, verplaatsen gebruikers zich simpelweg naar een nieuwe chat.
Openbare organisatie
In tegenstelling tot Twitter, wordt er op Telegram nauwelijks gemodereerd. De politie haalde in oktober weliswaar twee Telegram-kanalen van complotdenkers offline wegens de vele bedreigingen en opruiende berichten die er werden geplaatst, maar in een mum van tijd werden er alternatieve groepen opgericht, sommigen zelfs onder vrijwel dezelfde naam. Wie wil, vindt met een druk op de knop tientallen kanalen waar complottheorieën en misinformatie welig tieren. Wanneer een groep wordt opgedoekt, verplaatsen gebruikers zich simpelweg naar een nieuwe chat.
Een korte ronde langs verschillende openbare Telegram-kanalen toont dat ook de rellen van de afgelopen dagen openlijk worden besproken in deze chats. Anonieme gebruikers spreken ontmoetingsplaatsen af, geven instructies ("Laat kleine ondernemers met rust") en bespreken strategieën om politie te overmeesteren. Tussendoor ruien ze elkaar op met teksten en afbeeldingen over "De Nieuwe Wereldorde", vaccins als "experimentele gentherapie" en QR-codes als een vorm van "moderne slavernij".
Meer dan radicaal gedachtegoed
We moeten benadrukken dat de agressie richting politie en hulpverleners van de afgelopen dagen niet enkel kan worden verklaard door radicaal gedachtegoed in protestbewegingen. Demissionair minister Grapperhaus geeft aan aanwijzingen te hebben dat de coronarellen mede werden gebruikt als dekmantel door de georganiseerde misdaad om gericht geweld richting politie te gebruiken. Ook andere factoren, zoals het de-escalatiebeleid van de politie of de aanwezigheid van pers kunnen invloed hebben op het verloop van een protest.
Dat wil niet zeggen dat de extreme overtuigingen en vele misinformatie binnen de protestbewegingen niet bijdragen aan de snelle escalatie van coronaprotesten. Hoe meer het vertrouwen in de instituten van de democratie wordt ondermijnd, des te moeilijker wordt het om grip te krijgen op deze bewegingen.
Utrecht Data School
Dit onderzoek wordt uitgevoerd in de context van de Utrecht Data School, een onderzoeks- en onderwijsplatform binnen de Faculteit Geesteswetenschappen aan de Universiteit Utrecht. Utrecht Data School (UDS) doet sinds 2013 onderzoek naar de impact van digitalisering op de maatschappij, door middel van samenwerkingen met overheden, NGO’s, bedrijven, studenten en wetenschappers.