Vrijheid en onvrijheid door de generaties heen
Er komt een tijd waarop er geen ooggetuigen van de Tweede Wereldoorlog meer in leven zijn. Daarmee verdwijnen ook de herinneringen. Jongere generaties zullen het moeten doen met verhalen, foto’s en belevingen. Het is daarom belangrijk om te leren hoe jongeren hun ideeën over oorlog, vrede en vrijheid ontwikkelen en welke rol hun sociale omgeving daarbij speelt.
Samen met het Nationaal Comité 4 en 5 mei doen we hier onderzoek naar, in het onderzoeksprogramma ‘Vrijheid en onvrijheid door de generaties heen’. Het onderzoeksprogramma combineert sociologische en historische inzichten, methodes en bronnen.
Hoe ontwikkelen opeenvolgende generaties hun opvattingen en gedragingen rondom vrijheid, onvrijheid en herdenken?
Iedere generatie ontwikkelt haar eigen opvattingen over deze onderwerpen, maar hoe dit precies gebeurt, is nog vrijwel onbekend. Daarom onderzoeken we hoe generaties vorm en inhoud geven aan beelden van vrijheid en onvrijheid en of er sprake is van overdracht tussen de generaties.
Voor het beantwoorden van de vragen wordt gebruikgemaakt van ‘Het Nationaal Vrijheidsonderzoek 1990-2012’, het LIS/MESS-panel (waar in het voorjaar 2014 een vragenlijst is ingevuld), en een onderzoek bij bezoekers van Bevrijdingsfestivals op 5 mei.