Onderzoek

Gezondere dieren: Erfelijke ziekten worden veroorzaakt door mutaties in het DNA. In honden- en kattenpopulaties kunnen sommige van deze ziekten bij wel 50 tot 100% van de dieren voorkomen. Dit is meestal het gevolg van ondoordachte selectie en inteelt. Erfelijke ziekten openbaren zich soms pas op latere leeftijd, vaak nadat er al met een dier is gefokt. Door deze afwijkingen in het DNA op te sporen, kunnen we beter begrijpen hoe een ziekte ontstaat en zich ontwikkelt. Dit opent de deur naar gerichte behandelingen én de ontwikkeling van DNA-tests en screenings, waarmee fokkers dieren kunnen selecteren met meer kans op een gezond nageslacht.

Vertaling naar mensen: veel genetische aandoeningen die we bij dieren aantreffen, komen ook bij mensen voor. Door erfelijke ziekten bij honden en katten te onderzoeken, krijgen we meer inzicht in de onderliggende genetische mechanismen. Deze kennis helpt niet alleen de veterinaire geneeskunde vooruit, maar levert ook waardevolle informatie op voor het begrijpen en behandelen van vergelijkbare aandoeningen bij mensen.