Onderzoek naar oorzaken hoge instroom speciaal onderwijs in Brainportregio

Kleuter houdt een handvol gekleurde krijtjes vast

In de Noord-Brabantse Brainportregio groeit het speciaal onderwijs (SO) sterker dan in de rest van Nederland, waarbij kinderen met een niet-Nederlandse achtergrond oververtegenwoordigd zijn. Onderwijsadvies & Training deed onderzoek naar de mogelijke factoren die deze hoge instroom veroorzaken, en onderzocht wat er gedaan kan worden in het reguliere basisonderwijs (PO) om ervoor te zorgen dat deze kinderen de juiste ondersteuning krijgen. 

Projectleider Martine Broekhuizen vertelt over de noodzaak van het onderzoek: “De problematiek in de Brainportregio is urgent. Zo lopen de wachtlijsten op scholen in het speciaal onderwijs op en er is ook grote druk op het reguliere basisonderwijs. Dit is namelijk de plek waar leerlingen met een niet-Nederlandstalige achtergrond in eerste instantie een plek moeten kunnen vinden, soms met aanvullende ondersteuning.”

Aanpak: drie deelonderzoeken

Het onderzoeksteam, bestaande uit zes onderzoekers, voerde drie deelonderzoeken uit.

1. Om welke leerlingen gaat het, en met welke problematiek?

In het eerste onderzoek is geïnventariseerd wat voor type niet-Nederlandstalige leerlingen het speciaal onderwijs instromen, met wat voor soort problematiek en ondersteuningsbehoeften. Een verrassende bevinding is dat het merendeel van de instromende niet-Nederlandstalige leerlingen wél in Nederland is geboren. Het beeld dat kinderen direct vanuit het buitenland het SO instromen, klopt dus niet. Daarnaast stromen de leerlingen op relatief jonge leeftijd in, en is het overgrote deel van deze leerlingen daarvoor nog nooit naar school geweest.

2. Stand van zaken van het huidige onderwijs en de ondersteuning van leerlingen in het PO

In het tweede onderzoek is in kaart gebracht hoe het huidige onderwijs en de ondersteuning aan leerlingen met een niet-Nederlandstalige achtergrond in het reguliere PO wordt vormgegeven in de regio. Hierbij viel op dat er veel variatie is in de overtuigingen ten aanzien van het belang van multicultureel onderwijs, en in hoe competent leerkrachten zich voelen in cultureel responsief lesgeven. Leerkrachten gaven zichzelf gemiddeld een magere voldoende wat betreft hun kennis en expertise over het verwerven van het Nederlands als tweede taal. Ook bleek dat op driekwart van de scholen geen schoolbreed talenbeleid is vastgelegd. 

3. Bouwstenen voor succesvol onderwijs aan meertalige leerlingen

Tot slot is in het derde onderzoek bij good practice scholen en bovenschoolse organisaties in heel Nederland onderzocht welke bouwstenen en randvoorwaarden nodig zijn voor succesvol onderwijs aan meertalige leerlingen, én is gekeken bij welke scholen en organisaties in de regio deze al worden toegepast

Aanbevelingen

De onderzoekers hebben zeven concrete aanbevelingen geformuleerd, die aansluiten bij de vijf bouwstenen en twee randvoorwaarden uit het derde deelonderzoek. Deze bouwstenen en randvoorwaarden zijn ook relevant voor andere regio’s met een meertalige leerlingpopulatie. Bekijk ze in de factsheet hieronder, of download het rapport verderop op deze pagina.

Factsheet bouwstenen en randvoorwaarden

Vervolgonderzoek

De onderzoekers doen ook suggesties voor vervolgonderzoek. Zo is het nuttig om verder te onderzoeken waarom veel leerlingen direct vanuit voorschoolse (zorg)voorzieningen doorstromen naar het speciaal onderwijs, en regelmatig op relatief late leeftijd wanneer zij al leerplichtig zijn (vanaf 5 jaar). Hoe ziet hun voortraject eruit en wie zijn daar allemaal bij betrokken? Ook zouden ouders betrokken kunnen worden in vervolgonderzoek, om meer inzicht te krijgen in welke gezinsfactoren mogelijk bijdragen aan de hoge instroom en wat de ervaringen van ouders zijn met het speciaal en regulier onderwijs.

Verder lezen

Opdrachtgevers

Onderzoeksteam

De onderzoeksvragen zijn ontstaan in co-creatie met de opdrachtgever en uitgewerkt in samenspraak met de regio en onderzoekers van de afdeling pedagogiek (Universiteit Utrecht). 

Contact

Wil je meer weten over dit project? Neem dan contact op met projectleider Martine Broekhuizen.