Hoe ondersteun je als docent studenten die in een vreemde taal studeren?

Arm van docent wijst naar iets op de laptop van een student

Bij veel universitaire masteropleidingen is Engels de voertaal. Ook in Nederlandstalige bacheloropleidingen is vaak aandacht voor het Engels, omdat studenten voldoende vaardig moeten zijn in het Engels om na hun diploma een Engelstalige master te kunnen volgen. Dit kan uitdagingen opleveren voor studenten die het Engels niet als moedertaal hebben. Bijvoorbeeld bij het verwerken van academische teksten, het deelnemen in colleges en het voorbereiden van toetsen. Wat kun je als docent doen om deze studenten te ondersteunen?  

De uitdagingen van studeren in een vreemde taal

Tegen welke uitdagingen lopen studenten aan die studeren in een taal die niet hun moedertaal is?

  • Moeite met begrijpend lezen of informatie verwerken:
    De tijdsinvestering die studenten steken in lezen is groter en de informatieverwerking mogelijk slechter.
  • Actief participeren tijdens een werkcollege:
    Reageren in een vreemde taal is lastiger, en kan een drempel opwerpen om iets te zeggen. Daarnaast kan miscommunicatie ontstaan en ligt vaak het spreektempo te hoog om de besproken vakinhoud of instructie goed te begrijpen.
  • Academisch schrijven:
    Studenten ervaren tijdens het schrijven in een vreemde taal problemen met hun woordenschat, de wetenschappelijke schrijfstijl, zinsopbouw, en het selecteren van de correcte benaming. 

Wat kun je doen als docent?

Als docent kan je vaak niet kiezen in welke taal jouw colleges zijn of wat de toetstaal is. Maar je kan als docent de studenten die studeren in een vreemde taal hier wel bij ondersteunen. Hieronder volgen een aantal tips voor dit soort ondersteuning tijdens colleges en voor ondersteuning bij toetsing.

Ondersteuning voor en tijdens colleges
 

  • Geef taalbewust les:
    Gebruik duidelijke taal, herhaal belangrijke zaken met verschillende woorden, pauzeer af en toe voordat je verder praat of verlaag je spreektempo wanneer je complexe aspecten bespreekt. Gebruik goed gestructureerde colleges en materiaal, maak gebruik van AV-middelen zoals visuele ondersteuning en gebruik dezelfde taal voor uitleg, opdrachten en toetsen. Laat studenten indien nodig hun thuistaal inzetten, bijvoorbeeld door een toelichtende vraag te stellen aan medestudenten of om een complex begrip verwerken. Maak ze echter ook bewust van het belang om te oefenen en aantekeningen te maken in de toetstaal en geef feedback in deze taal.
  • Houd rekening met leestempo en niveau:
    In het eerste jaar van de bachelorvakken moeten studenten bijvoorbeeld nog leren omgaan met academische literatuur en dat is extra complex in een vreemde taal. Bouw daarom de complexiteit stapsgewijs op. 
  • Bied opties voor interactie:
    Geef schriftelijke opties om te reageren (via wooclap of meerkeuze opties) voor studenten die een sterk accent hebben en niet durven te spreken. Geef studenten bij mondelinge interactie voldoende tijd om hun antwoord te formuleren.

Ondersteuning bij toetsing
 

  • Gebruik een taalinclusieve toets:
    Controleer of de toetsvragen duidelijk en toegankelijk zijn voor niet-moedertaalsprekers, en wees niet onnodig langdradig in je vraagstelling. Evalueer hoe taalinclusief de toets was.
  • Adviseer studenten om te studeren in de toetstaal:
    Dit bevordert de transfer van kennis naar toetsvragen. 
  • Oefen met toetsing:
    Geef voorbeeldvragen en bespreek hoe studenten zich kunnen voorbereiden om specifieke vraagtypen. Vooral essayvragen zijn moeilijk voor studenten die minder vaardig zijn in de toetstaal. Laat hen daarom gedurende de cursus regelmatig oefenen met dit type vraag en geef hier ook feedback op.

Bronnen