Zaaigeld voor interdisciplinair onderzoek naar robotisering van werkprocessen

Onderzoekers van de faculteiten Sociale wetenschappen (prof. dr. Maria Peeters en dr. Judith Plomp), Bètawetenschappen (prof. dr. Hajo Reijers) en Recht, Economie, Bestuur en Organisatie (prof. dr. Joop Schippers) slaan de handen ineen voor een onderzoek naar de robotisering van werkprocessen. De wetenschappers zijn betrokken bij de Future of Work hub van de Universiteit Utrecht.

Het strategisch onderzoeksthema Institutions for Open Societies van de Universiteit Utrecht heeft zaaigeld toegekend om onderzoek op te zetten naar de kritieke succesfactoren voor de implementatie, het gebruik en het beheer van Robotic Process Automation (RPA). RPA is momenteel een van de meest gebruikte nieuwe technologieën in de automatisering van bedrijfsprocessen die een hogere productiviteit van organisaties mogelijk moet maken.

RPA is in weze software die de acties van menselijke werknemers nabootst door de interface van een reeds aanwezig computersysteem te gebruiken. Hoewel de ingebruikname van RPA veel voordelen heeft, wordt geschat dat tussen 30-50% van alle RPA-implementaties niet geheel volgens plan verlopen en ook ongewenste en onvoorziene neveneffecten kunnen hebben. De onderzoekers willen weten hoe dit komt en hier vervolgens wat aan doen.

Datawetenschap en psychologisch perspectief

Bij het ontwikkelen van het onderzoeksvoorstel zullen inzichten vanuit een data science perspectief en psychologisch perspectief gecombineerd worden. Vanuit data sience perspectief worden gegevens verzameld en geanalyseerd die automatisch worden gegenereerd door de RPA technologie. Door het gebruik van process mining technieken is het mogelijk om antwoorden te vinden op vragen als: hoeveel werk wordt door RPA verricht, hoe snel worden werkprocessen uitgevoerd, wat is de verhouding tussen handmatig werk en geautomatiseerd werk in dergelijke werkprocessen en hoe verloopt de overdracht van werk tussen de RPA-systemen en werknemers?

Vanuit psychologisch perspectief wordt de aandacht gericht op de gevolgen van RPA voor de kwaliteit van werk en het welzijn van de eindgebruikers van RPA, de werknemers. Dit kan antwoorden geven op vragen als:  hoe beïnvloedt het werken met RPA vitale werkkenmerken zoals autonomie, afwisseling in het werk, werkdruk en sociale relaties; hoe beïnvloedt het werken met RPA de motivatie, het welzijn en de prestaties van medewerkers en welke gevolgen heeft het werken met RPA voor de ervaren zinvolheid van het werk en de duurzame inzetbaarheid van werknemers?

Door het combineren van beide perspectieven kan inzicht verkregen worden in welke werkprocessen het beste geautomatiseerd kunnen worden en hoe de verschillende stakeholders hierbij het beste kunnen worden betrokken opdat de vitaliteit van zowel werknemers als organisaties gewaarborgd blijft.