“Wetenschappers hebben vaak pas echt impact als ze samenwerken”

Stevinpremie voor hoogleraar Ethiek van Instituties Ingrid Robeyns

Prof. dr. Ingrid Robeyns. Foto: Studio Oostrum
Prof. dr. Ingrid Robeyns. Foto: Studio Oostrum

Hoogleraar Ethiek van Instituties Ingrid Robeyns heeft van Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) de hoogste onderscheiding voor onderzoekers in Nederland gekregen: de Stevinpremie. Robeyns is ontzettend blij met de prijs: “Het is fantastisch dat met de toekenning van de Stevinpremie het soort onderzoek dat ik doe, nu zo gewaardeerd wordt.”

Ideeën en theorieën om de samenleving beter in te richten

De prijs is extra belangrijk, omdat het voor politiek filosofen vaak niet meevalt tastbaar te maken wat de maatschappelijke impact van hun onderzoek is, zegt Robeyns. “Vaak wordt verwacht dat je de maatschappelijke impact van onderzoek kan aantonen met concrete uitvindingen of veranderingen. Maar mijn bijdragen liggen op het niveau van ideeën: ik ontwikkel concepten, theorieën, en kijk naar normen die ten grondslag liggen aan beleid en structuren in de maatschappij. Deze analyses helpen ons de samenleving beter te begrijpen en ook beter in te richten.”

Voorbeelden daarvan zijn Robeyn’s werk over de capability benadering (wat in Nederland gebruikt wordt door onder andere het Sociaal en Cultureel Planbureau en het denken over brede welvaart). En over limitarisme: het idee dat er naast een armoedegrens ook een grens moet zijn aan extreme rijkdom.

Een nieuw economisch systeem is nodig

Robeyns ziet dat we op een kruispunt in de geschiedenis staan. Het sociaaleconomische model dat de voorbije decennia dominant is geweest, het neoliberale kapitalisme, ligt onder vuur. In het Visions for the Future Project onderzoekt zij met haar team wat de mogelijke modellen voor de toekomst zijn. “Hier en daar zien we al dat het neoliberale kapitalisme verlaten wordt”, vertelt Robeyns.

We hebben een economisch systeem nodig dat het floreren van álle mensen en andere soorten centraal stelt en de aarde beschermt.

“Zo beweegt Trump zich daarvan af richting een conservatief-autoritair systeem. Maar met zo’n systeem offeren we de democratie op, en het is onwaarschijnlijk dat het welzijn van burgers verbetert in zo’n systeem. Bovendien helpt het zeker niet als wetenschappelijke kennis zoals over klimaatverandering simpelweg ontkend wordt. We hebben een economisch systeem nodig dat het floreren van álle mensen en andere soorten centraal stelt en de aarde beschermt.”

Wetenschappers moeten hun krachten bundelen

Wetenschappers hebben een belangrijke rol te spelen in het analyseren en verder ontwikkelen van dergelijke visies, vindt Robeyns. Daarom is zij met de Stevinpremie van plan een internationaal en interdisciplinair netwerk op te richten van de beste onderzoekers ter wereld, die naar nieuwe economische systemen onderzoek doen.

“Zo kan er van elkaar geleerd worden en kunnen we de verschillende stukjes van de puzzel in elkaar schuiven. Wetenschappers hebben vaak pas echt impact als ze samenwerken, en het onderzoek dat ze doen bundelen. Misschien zullen burgers daar op korte termijn niet veel van merken, maar ik hoop dat we met dit netwerk op langere termijn de wereld fundamenteel beter kunnen maken.”

Misstanden aankaarten als academicus

De Stevinpremie wordt toegekend aan wetenschappers die een inspiratie zijn voor beginnende onderzoekers. Op de vraag wat Robeyns kenmerkt als wetenschapper, denkt zij zelf aan hoe ze over de grenzen van vakgebieden heen haar werk heeft gedaan. En dat viel lang niet altijd mee: “Ik beweeg me tussen disciplines, en dat was aan het begin van mijn carrière heel lastig. Interdisciplinair onderzoek is zelden welkom in wetenschappelijke tijdschriften met de hoogste status, en voor universitair docentschappen wordt toch vaak gezocht naar iemand die in het hart van een discipline werkt.”

“Verder ben ik altijd kritisch gebleven over waarom we de dingen doen zoals we ze doen. Als ik gevraagd word iets te doen dat ik zinloos vind, of zelfs schadelijk, dan zal ik dat ook zeggen. Ik vind dat het de professionele plicht is van wetenschappers om zaken te benoemen zoals je ze ziet.”

Ik beweeg me tussen disciplines, en dat was aan het begin van mijn carrière heel lastig.

Robeyns doet dat zelf ook binnen en buiten de muren van de universiteit. “Ik heb het probleem van werkdruk in de wetenschap aangekaart toen dat nog niet breed gedeeld werd. Dat heeft me toen een aantal vervelende reacties opgeleverd, maar het was de juiste analyse.” Ook zet ze zich al sinds 2009 in voor het uitbreiden van het promotierecht, dat volgens haar aan een veel te kleine groep wetenschappers voorbehouden is.

In actie voor het hoger onderwijs

De voorbije jaren is zij bijzonder actief geweest voor WOinActie: een beweging van studenten en medewerkers die zich inzet voor de toekomst van het hoger onderwijs. “Ik had het niet voor mogelijk gehouden dat er een Nederlandse regering zou komen die onze universiteiten moedwillig opnieuw naar een staat van drastische onderfinanciering brengt.”

“We moeten alert zijn op aanvallen van buitenaf, zoals wanneer de overheid de voorwaarden voor universiteiten om hun werk goed te doen ondergraaft. Wat er nu in de Verenigde Staten gebeurt in de aanvallen op de universiteiten, is uiterst zorgwekkend. Het is dus alle hens aan dek om de unieke functie van de universiteiten in de samenleving te beschermen. Maar we moeten ook kritisch zijn op onze interne organisatie en binnen de universiteit bijvoorbeeld het gesprek aangaan over in hoeverre we voldoende een gemeenschap zijn, in plaats van een hiërarchische organisatie.”