Vrijwillige preventiemaatregelen en opgelegde interventies kunnen de verspreiding van COVID-19 stoppen

Vrijwillige preventiemaatregelen zoals je handen wassen, een gezichtsmaker dragen en social distancing, kunnen in combinatie met overheidsinterventies aanzienlijk bijdragen aan het tegengaan van de verspreiding van COVID-19. Dat blijkt uit een modelleringsstudie uitgevoerd door onderzoekers van UMC Utrecht en de Universiteit Utrecht. Het vergroten van het ziektebewustzijn bij het grote publiek is essentieel om de pandemie onder controle te kunnen houden en om zo een tweede infectiegolf te voorkomen.

COVID-19 heeft zich wereldwijd verspreid sinds het virus eind 2019 in China opdook. Veel landen hebben een vorm van social distancing geïmplementeerd om de besmettingsgolf van de pandemie af te vlakken. Een evaluatie van de impact van door de overheid opgelegde social distancing en andere interventies, is belangrijk. Vooral vanwege de enorme maatschappelijke en economische impact. Onderzoekers van de mathematical modelling group onder leiding van hoogleraar Mirjam Kretzschmar van het Julius Centrum voor Gezondheidswetenschappen en Eerstelijns Geneeskunde van het UMC Utrecht, vergeleken daarom de effectiviteit van vrijwillige preventiemaatregelen en van kortdurende overheidsinterventies bij het verminderen, vertragen of het voorkómen van een COVID-19-epidemie.

Social distancing in combinatie met het dragen van een gezichtsmasker, kan het aantal mensen dat COVID-19 krijgt aanzienlijk verminderen. Voorwaarde is  wel dat een groot deel van de bevolking de maatregelen toepast

De onderzoekers ontwikkelden een transmissiemodel van SARS-CoV-2 waarbij rekening werd gehouden met ziektestatus (vatbaar, blootgesteld, besmettelijk met milde of ernstige ziekte, gediagnosticeerd en hersteld) en ziektebewustzijn (bewust en onbewust). Vrijwillige maatregelen werden verondersteld te worden genomen door ziektebewuste individuen. Door de overheid opgelegde social distancing zorgde voor afname van het aantal contacten van individuen, ongeacht hun ziekte- of bewustzijnsstatus. “Vrijwillige maatregelen, met name een combinatie van bijvoorbeeld social distancing en het dragen van een gezichtsmasker, kan het totaal aantal mensen dat besmet raakt aanzienlijk verminderen”, aldus Alexandra Teslya universitair docent en eerste auteur van het wetenschappelijke artikel. "Voorwaarde is  wel dat een groot deel van de bevolking de maatregelen toepast, zodat een bepaalde drempel wordt overschreden. Alleen dan wordt de piek van de epidemie lager en uitgesteld.”

“In het geval van een langzame vorming van het ziektebewustzijn, verlagen vrijwillige maatregelen de piek van de epidemie en het totale aantal besmettingen, maar hebben ze geen invloed op de timing van de piek. Vroegtijdige implementatie van kortdurende, door de overheid opgelegde social distancing kan de piek enkel vertragen (met maximaal 7 maanden voor een interventie van 3 maanden). De vertraging kan nog langer zijn en de hoogte van de piek kan extra worden verlaagd als de vrijwillige maatregelen ook nog worden toegepast nadat de overheidsinterventies zijn opgeheven.”

Voor het beheersen van de aanhoudende pandemie én het voorkómen van een tweede infectiegolf, benadrukken we het belang van ziektebewustzijn bij het grote publiek

Mede-onderzoeker Ganna Rozhnova concludeert: “De resultaten van onze modelleringsstudie suggereren dat effectieve verspreiding van volksgezondheidsinformatie over COVID-19, effectief kan zijn om de epidemie te verminderen en te vertragen. Bovendien kan een vroegtijdige en kortdurende door de overheid opgelegde social distancing, de zorg de tijd geven om zich voor te bereiden op een toenemend aantal COVID-19-patienten. We benadrukken het belang van ziektebewustzijn bij het grote publiek voor het beheersen van de aanhoudende pandemie én het voorkómen van een tweede infectiegolf. Daarom raden we aan dat overheden en volksgezondheidsinstellingen, naast het beleid inzake social distancing, mensen motiveren om vrijwillige maatregelen met bewezen doeltreffendheid te blijven nemen om de COVID-19-pandemie met succes aan te pakken.”

De onderzoekers benadrukken dat ook met deze vrijwillige maatregelen een vaccin nodig blijft, zelfs als het merendeel van de samenleving zich aan de preventiemaatregelen houdt. Dit heeft te maken met het feit dat er altijd een deel van de bevolking is die, vanwege diverse redenen, zich niet volledig aan de maatregelen kunnen houden.