Twee unieke aanwinsten voor Bijzondere Collecties

Nieuwe inzichten in de Utrechtse boekcultuur na de Reformatie

De Universiteitsbibliotheek Utrecht heeft twee 17de-eeuwse boeken verworven. Beide werken zijn in Utrecht gedrukt en er zijn van beide geen andere exemplaren bekend. De boeken geven een inkijk in de theologische discussies en de stedelijke leescultuur in de periode nadat Utrecht in 1580 protestants werd. Extra bijzonder is dat een van de boeken, een anti-katholiek traktaat, in bezit is geweest van een vooraanstaande Utrechtse vrouw, Susanna van der Muelen (1629-1648).

Henricus Caesarius, Sielen Hemel ende Helle (1622)

 De nieuwe aanwinsten zijn:

  • Henricus Caesarius, Sielen Hemel ende Helle, Dat is, een Tractaet, van aller menschen Sielen staet ende ghelegentheyt, hier, ende hiernamaels (1622). Gedrukt door Salomon de Roy, ‘Boeckdrucker, woonende inde leege Jacobijne straet, in de Druckerye’ in Utrecht. Signatuur: Rariora oct 758.

  • François Monginot, Ontbindinge der Twijffelingen, Ofte Corte en clare verhandelinge van de voornaemste verschillen tusschen de Gereformeerde ende de Roomsche Kercke (1631). Vertaald door Daniel Costerus en gedrukt door Amelis Janssz, ‘Boeck-Vercooper inde Lijnmarckt’ te Utrecht. Signatuur: Rariora duod 700.

Conservator oude drukken Andrea van Leerdam: “Vanwege de Utrechtse herkomst in combinatie met de uniciteit wilden we deze boeken heel graag aan onze collectie toevoegen.” Volgens van Leerdam stammen de boeken uit een bijzondere periode, namelijk vlak voordat de Universiteit Utrecht werd opgericht in 1636. Binnen de Universiteit was theologie vanaf het begin een centraal vakgebied. De boeken geven meer inzicht in de discussies over godsdienst uit die tijd. Dat het werk van Monginot in het bezit was van Susanna van der Muelen, laat zien dat ook vrouwen deze werken lazen. Van Leerdam: “Het is belangrijk ons te beseffen dat dat publiek niet alleen maar uit geleerde mannen bestond.”

Boeken bekijken?

Onderzoekers en studenten die geïnteresseerd zijn in het bekijken van de boeken, kunnen dit op aanvraag doen in de leeszaal van de Universiteitsbibliotheek Utrecht Science Park. Het werk van Henricus Caesarius is bovendien al gedigitaliseerd en ook online te bekijken. Het werk van Monginot wordt in de toekomst gedigitaliseerd.

Protestantse schrijvers en lezers

Portret van Henricus Caesarius door Crispijn van de Passe II, 1625, Rijksmuseum

Lees hieronder meer over de schrijvers die zich afzetten tegen het katholieke geloof, en een vrouwelijke lezer die een van deze boeken in haar bezit kreeg.

Van kerkdienaar tot kerkcriticus

Henricus Caesarius (ca. 1550-1628), auteur van Sielen Hemel ende Helle, leefde in een tijd van religieuze twisten rondom de Reformatie. Caesarius groeide katholiek op in Zaltbommel, maar werd al in zijn tienerjaren protestants. Nadat hij in Dordrecht en vervolgens Schoonhoven als predikant had gewerkt, vestigde hij zich in 1589 in Utrecht. Dat was kort nadat de stad formeel protestants werd – het stadsbestuur had het uitoefeningen van de katholieke godsdienst in 1580 verboden. Maar liefst 30 jaar lang was hij predikant in Utrecht, tot hij in 1619 werd afgezet. Vermoedelijk vanwege zijn sympathie voor de Remonstranten die zich begin 17de eeuw van de Gereformeerde kerk hadden afgesplitst. Op het titelblad van Sielen Hemel ende Helle uit 1622, omschrijft Caesarius zichzelf daarom als ‘Out-kercken-dienaer’.  

In dit werk biedt Caesarius een compilatie van geschriften over de ziel en het hiernamaals. Puttend uit de Bijbel, de Kerkvaders en andere theologische autoriteiten gaat hij in op vragen als: wat is de ziel? Hoe kom je in de hemel? En, wat gebeurt er aan het einde der tijden? Hij deelt ook zijn afkeur over het katholieke geloof in het bestaan van een vagevuur. “…daer mede de Roomsche kercke soo veel hondert jaren de Christe menschen so jammerlick heeft verleyt ende bedrooghen” schrijft hij.

Het was bekend dat Sielen Hemel ende Helle bestond, want het traktaat wordt genoemd in biografische en bibliografische naslagwerken. Toch was er sinds het eind van de 17de eeuw geen exemplaar meer gedocumenteerd. Het exemplaar dat de Universiteitsbibliotheek heeft verworven is afkomstig uit een privéverzameling.

Portret van Susanna van der Muelen door Jan van Niwael, 1645, RKDimages
Portret van Susanna van der Muelen door Jan van Niwael, 1645, bron: RKDimages

De vrouwelijke lezer van het anti-katholiek traktaat

Ergens in de jaren 1640 heeft de Utrechtse Susanna van der Muelen (1629-1648) de verhandeling over de voornaemste verschillen tusschen de Gereformeerde ende de Roomsche Kercke in haar bezit. Dit werk werd in 1617 in het Frans geschreven door François Monginot. De Utrechtse uitgave uit 1631 is voor zover we weten de enige editie die in het Nederlands verscheen. Monginot, geneesheer van de Franse koning Lodewijk XIV, beschrijft hier waarom hij zich tot het protestantisme bekeerde en maakt daarbij gebruik van medische beeldspraak en analogieën. De vertaler van de Nederlandse editie, Daniël Costerus, was predikant in Houten. 

Susanna was in 1645, op haar 15de, in Utrecht getrouwd met de adellijke Albert Schach von Wittenau (1619-1692). In het jaar van hun huwelijk schilderde Jan van Niwael hun portretten (Susanna en Albert, RKD). In 1646 werd hun dochter Maria Catharina geboren. Susanna was een jonge boekbezitter, want ze overleed al op 19-jarige leeftijd.

In een zorgvuldig handschrift noteerde Susanna van der Muelen haar naam voorin het boek. Wat voor boeken Susanna nog meer bezat, weten we niet. Ook is niet zeker of ze het boek van Monginot daadwerkelijk gelezen heeft. Wel zijn er met de hand enkele correcties in de gedrukte tekst aangebracht, op aanwijzing van de gedrukte lijst van errata achterin. Maar of Susanna degene was die deze correcties doorvoerde of iemand die het boek vóór of na haar in bezit had, is lastig te zeggen.