Stikstof is belangrijkste oorzaak van verschuiving Europese bosplanten
Biodiversiteit onder druk
Niet klimaatverandering, maar stikstofneerslag door luchtvervuiling blijkt de belangrijkste oorzaak te zijn van verschuivingen in de verspreiding van Europese bosplanten. Deze planten schuiven dan ook vaker naar het westen op dan naar het noorden. Dat toont een internationale groep onderzoekers, waaronder de Utrechtse ecoloog Jonas Lembrechts, aan in een publicatie in Science. De resultaten wijzen erop dat de verplaatsing van biodiversiteit niet alleen beïnvloed wordt door de opwarming van de aarde, maar door een combinatie van door de mens veroorzaakte verstoringen van het ecosysteem.
Klimaatverandering kan ervoor zorgen dat de leefgebieden van soorten veranderen. Zo wordt vaak aangenomen dat de opwarming van de aarde ertoe leidt dat plantensoorten in Europa van het warmere zuiden naar het koudere noorden opschuiven. Maar is dat wel zo?
Om deze vraag te kunnen beantwoorden, bekeken Lembrechts en zijn collega’s hoe 266 bosplantensoorten zich de afgelopen decennia verplaatsten in Europa. Ze gebruikten daarvoor gegevens uit Europese bossen, waarin op meerdere momenten werd gekeken welke plantensoorten daar precies groeiden. Sommige locaties werden al in het jaar 1933 voor het eerst in kaart gebracht. Ook gegevens uit het Veluwse Speulderbos bij Garderen werden meegenomen.
Stikstofgeneralisten
De onderzoekers concluderen dat Europese bosplanten 2,6 keer vaker naar het westen migreren dan naar het noorden. Toen de onderzoekers bekeken welke omgevingsfactoren deze migratie het beste konden verklaren, bleek dat niet klimaatverandering te zijn, maar stikstofneerslag door luchtvervuiling. Bovendien bleken vooral stikstofgeneralisten, planten die zich weinig aantrekken van hoge stikstofgehaltes, naar het westen te zijn verschoven. Zwavelvervuiling door zure regen in het verleden speelt mogelijk ook een rol in de verschuivingen, maar lijkt niet de belangrijkste factor te zijn.
We zijn een loterij aan het spelen, en je weet niet bij welke soort het uiteindelijk echt misgaat.
Minder biodiversiteit
De snelle verspreiding van stikstofgeneralisten gaat ten koste van plantensoorten die groeien op voedselarme bodems, oftewel bodems waar minder voedingsstoffen in zitten. Deze planten zijn vaak gespecialiseerder, wat betekent dat ze alleen onder specifieke omstandigheden groeien. Door de toename van stikstof in de bodem verdwijnen deze omstandigheden en gaan gebieden meer op elkaar lijken.
Lembrechts: “Het is duidelijk dat als de stikstofuitstoot in Nederland niet afneemt, de diversiteit aan planten alleen maar verder zal verarmen. Dan staan er straks alleen nog maar bramen, brandnetels en andere stikstofgeneralisten, zoals sparren, fluitenkruid of Noorse esdoorns, in de bossen.”
Als we de biodiversiteit in de toekomst willen behouden, dan is het cruciaal dat we inzicht krijgen in de complexe interacties tussen de verschillende factoren.
Vergelijking met vliegtuig
Met deze verschuivingen in plantensoorten, komen ook de dieren en andere wezens die van deze planten afhankelijk zijn in de problemen.
Lembrechts: “Wanneer mensen mij vragen waarom het erg is dat soorten verdwijnen, dan haal ik graag de vaker gemaakte vergelijking met een vliegtuig aan. Een vliegtuig bestaat uit heel veel verschillende onderdelen die allemaal een functie hebben. Wanneer een vliegtuig vliegt, zal het niet meteen neerstorten als het wat onderdelen verliest (al zal een oplettende passagier die een schroefje voorbij het raam ziet vliegen zich toch hoogst oncomfortabel voelen). Maar op een gegeven moment is het wel gedaan met het vliegtuig. Je weet alleen van tevoren niet welk schroefje net teveel is. Zo is het ook in de natuur. Iedere soort speelt een rol, en je kunt wel wat soorten missen. Maar we zijn een loterij aan het spelen, en je weet niet bij welke soort het uiteindelijk echt misgaat. En dat terwijl de natuur onder andere zorgt voor schone lucht, schoon water, een goede bodemkwaliteit en voor de bestuiving van gewassen.”
Klimaatverandering
Lembrechts benadrukt dat de studie, die werd aangestuurd door een team van de Universiteit Gent, niet aantoont dat klimaatverandering geen rol speelt bij de verschuiving van soorten. De resultaten wijzen er wel op dat de verplaatsing van bosplanten wordt beïnvloed door een combinatie van menselijke invloeden, en niet alléén door de opwarming van de aarde. Lembrechts: “Als we de biodiversiteit in de toekomst willen behouden, dan is het cruciaal dat we inzicht krijgen in de complexe interacties tussen de verschillende factoren.”
Publicatie
Unexpected westward range shifts in European forest plants links to nitrogen deposition
Science, 10 oktober 2024. DOI: 10.1126/science.ado0878
Pieter Sanczuk, Kris Verheyen, Jonathan Lenoir, Florian Zellweger, Jonas J. Lembrechts*, Francisco Rodriguez-Sanchez, Lander Baeten, Markus Bernhardt-Römermann, Karen De Pauw, Pieter Vangansbeke, Michael P. Perring, Imre Berki, Anne Bjorkman, Jörg Brunet, Markéta Chudomelová, Emiel De Lombaerde, Guillaume Decocq, Thomas Dirnböck, Tomasz Durak, Caroline Greiser, Radim Hédl, Thilo Heinken, Ute Jandt, Bogdan Jaroszewicz, Martin Kopecký, Dries Landuyt, Martin Macek, František Máliš, Tobias Naaf, Thomas A. Nagel, Petr Petřík, Kamila Reczynska, Wolfgang Schmidt, Tibor Standovár, Ingmar Staude, Krzysztof Świerkosz, Balázs Teleki, Thomas Vanneste, Ondrej Vild, Donald Waller, Pieter De Frenne
*Verbonden aan de Universiteit Utrecht