Sjors Overman krijgt VENI voor onderzoek naar individuele benadering in publieke verantwoording

Sjors Overman (USBO) heeft een VENI subsidie van 250.000 euro ontvangen van NWO voor onderzoek naar de mogelijkheden en beperkingen van verantwoording. Binnen het project Betere publieke verantwoording dankzij een individuele benadering zal hij de komende drie jaar met name onderzoek gaan doen naar de emoties die verantwoording losmaakt bij individuele medewerkers.

Overman zal inzichten uit de psychologie en bestuurskunde combineren. Naast interviews en enquêtes onder alle lagen van overheidsorganisaties als bijvoorbeeld ministeries, inspectiediensten en de politie, zal hij in een laboratoriumsituatie ook studie gaan doen naar gezichtsuitdrukkingen. Die leveren vaak een duidelijker beeld op van de emotionele beleving dan wat mensen erover zeggen. Doel is uiteindelijk om de verantwoording, waar mogelijk, te verbeteren.

‘Verantwoording is een instrument dat geschikt is om mensen beter werk te laten leveren maar het heeft zijn beperkingen. We kennen misschien de mogelijkheden niet zo goed, maar de emotionele gevolgen zeker niet,’ zegt Sjors Overman. ‘Op het niveau van het systeem hebben we daar wel wat ideeën over, maar niet op het niveau van het individuele ervaring. Dat gaan we dus onderzoeken.

‘Wat voor soort emoties maak je los als je om verantwoording vraagt? We weten dat het bij iedereen andere ervaringen oplevert. We willen onderzoeken wanneer verantwoording werkt en wanneer het niet meer werk maar leidt tot te hoge werkdruk, angst of verkeerde beslissingen. Bang zijn kan leiden tot frustratie en ziekte-uitval. En politieagenten moeten bijvoorbeeld soms in een split second beslissingen nemen met grote impact op mensenlevens; dan moet je geen angst voelen omdat je verantwoording moet afleggen.’

De individuele ervaring van verantwoording

‘Over het algemeen gaan mensen gaan beter nadenken als ze verantwoording moeten afleggen. Ze nemen meer informatie op en nemen betere beslissingen. Maar het kan ook zijn dat ze vrezen voor de consequenties of dat ze liever niet willen vertellen wat ze hebben gedaan.

We hebben al veel onderzoek gedaan naar gevoelde verantwoording op het individuele niveau. Ik heb dat eerder onderzocht onder museumdirecteuren en directeuren van zelfstandige bestuursorganen. We weten bijvoorbeeld dat het helpt als je een consequentie kunt verwachten (straf, beloning). We weten ook dat regelmatig een beetje informeel contact hebben, niet uitmaakt voor het gevoel dat je verantwoording moet afleggen. Dat denken we vaak wel, maar mensen zijn best wel rationeel: we weten gewoon dat we ergens voor beloond of gestraft kunnen worden.’

Emoties, hiërarchie en socialisatie

‘Voor Betere publieke verantwoording dankzij een individuele benadering gaan we op verschillende lagen in de Nederlandse overheid onderzoek doen. We gaan kijken naar hoge ambtenaren, politieagenten, eventueel toezichthouders en meer onafhankelijk experts, zoals bijvoorbeeld een directeur van het RIVM, die misschien eerder verantwoording voelt ten opzichte van de wetenschap dan tegenover een hiërarchisch leidinggevende. Of de inspecteur-generaal van het onderwijs, die zelf docent is (geweest) en die waarschijnlijk ook een verbondenheid voelt met het beroep zelf, en niet alleen met de hiërarchische lijn vanuit het ministerie. Dat heeft ook met socialisatie te maken.

Wat bijzonder interessant is, is dat we mensen ook in een laboratoriumsituatie gaan brengen,’ wil Overman nadrukkelijk nog kwijt, ‘want we willen kijken wat de gezichtsuitdrukking is in bepaalde situaties. Kijkt iemand boos of verdrietig? Dat levert vaak een duidelijker beeld op van hun emoties dan wat mensen erover zeggen.’

Sjors Overman is blij met de toekenning van de VENI: ‘Het is op dit moment natuurlijk een beetje vreemd om zo’n bericht te krijgen. We werken thuis en ik heb het dus wel gezellig in familieverband gevierd, maar er komt vast in de komende drie jaar nog een goed moment om dat ook met collega’s te doen, want die zijn heel belangrijk geweest in de ontwikkeling van het voorstel en zullen een grote rol spelen in de uitvoering van het onderzoek. Het is in ieder geval een supermooie erkenning van onderzoek wat volgens mij echt heel belangrijk is, maar wat ik ook superleuk vind om te doen.’

Sjors Overman is universitair docent en verbonden aan het departement Bestuurs- en Organisatiewetenschap (USBO) van de faculteit Recht, Economie, Bestuur en Organisatie.

Lees meer over de VENI toekenningen aan onderzoekers van de Universiteit Utrecht in het nieuwsbericht.