Rapport onverplichte tegemoetkoming onvolledige AOW Suriname aangeboden aan minister Koolmees

Janneke Gerards (Universiteit Utrecht) samen met onder meer minister Koolmees van Sociale Zaken
Professor Janneke Gerards (derde van links) met onder meer minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Inwoners van Suriname waren tot 1975 rijksgenoten in het Koninkrijk, maar zij waren niet in Nederland verzekerd voor de AOW. Het gaat hierbij dus om inwoners van ons land die tot 1975 in Suriname woonden en gedurende die tijd geen AOW hebben opgebouwd. De ministerraad heeft op donderdag 1 april 2021 een commissie van wijzen ‘onverplichte tegemoetkoming ouderen van Surinaamse herkomst’ ingesteld. Deze commissie was gevraagd een juridisch advies uit te brengen over de vraag of er een onverplichte tegemoetkoming mogelijk is voor uitsluitend deze ouderen die een onvolledige AOW hebben. Janneke Gerards, hoogleraar fundamentele rechten aan de Universiteit Utrecht was een van de leden.  

Voorzitter van de commissie was dr. J.J. (Joyce) Sylvester, sinds 1 februari 2016 substituut ombudsman en derde lid was mr. dr. R.K. (Rob) Visser, voormalig secretaris Raad van State.

Drie maanden later, op donderdag 1 juli 2021 bood de commissie haar eindrapport ‘Onvolledige opbouw AOW, naar een onverplichte tegemoetkoming voor ouderen van Surinaamse herkomst’ aan minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan.

De commissie concludeert dat bij deze groep ouderen sprake is van een unieke combinatie van omstandigheden en kenmerken en dat dit rechtvaardigt dat hun een onverplichte tegemoetkoming wordt toegekend. Het risico van precedentwerking en uitstraling naar andere groepen acht de commissie zeer beperkt.

Verder adviseert de commissie de regering onder meer om voor deze specifieke groep een regeling te treffen waardoor de jaren dat ze in Suriname woonden, voor de opbouw van AOW mee te tellen alsof ze in Nederland woonden. Minister Koolmees heeft het advies aan de Tweede Kamer gestuurd.